ECLI:NL:OGEAA:2018:742

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 november 2018
Publicatiedatum
27 december 2018
Zaaknummer
AUA201600861
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming deskundige voor vaststelling bedrijfsschade in civiele procedure

In deze civiele procedure, aangespannen door Antraco Aruba N.V. tegen Witec N.V. en El Louvre N.V., heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 28 november 2018 een tussenvonnis uitgesproken. De zaak betreft de benoeming van een deskundige voor het vaststellen van bedrijfsschade. In een eerder tussenvonnis van 22 augustus 2018 was al aansprakelijkheid vastgesteld van Witec en El Louvre voor de schade die Antraco heeft geleden. Partijen kregen de gelegenheid om zich uit te laten over de benoeming van de deskundige en de vragen die aan deze deskundige gesteld moesten worden. Het Gerecht heeft besloten om een forensisch accountant, drs. F.C. Leendertse RA, te benoemen als deskundige, omdat deze voldoet aan de vereisten voor de rol. De deskundige moet binnen drie weken na de beslissing een begroting van de kosten indienen, en partijen hebben de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen deze begroting. Het Gerecht heeft ook benadrukt dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De verdere procedure is aangehouden, en de zaak is gepland voor een parkeerrol op 3 juli 2019. Het vonnis is uitgesproken door rechter J. Sap in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 28 november 2018
Behorend bij A.R. AUA201600861
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ANTRACO ARUBA N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Antraco,
gemachtigde: mr. R.T.J.M. Oomen,
tegen:
de naamloze vennootschappen
WITEC N.V.,
EL LOUVRE N.V.,
beide te Aruba,
hierna ook te noemen: Witec, onderscheidenlijk El Louvre,
gemachtigden: mrs. A.A. Ruiz en I.R. Wever.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 22 augustus 2018;
- de akte van Antraco;
- de akte van El Louvre en Witec.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VERDERE BEOORDELING VAN HET GESCHIL

2.1
Partijen waren bij voormeld tussenvonnis in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de te benoemen deskundige en de te stellen vragen.
2.2
Over de persoon van de deskundigen hebben partijen geen eensluidend voorstel gedaan. Ten aanzien van de vragen hebben El Louvre en Witec gesteld dat ook de vragen die zij zelf hebben tegen het rapport van [naam accountantspraktijk] aan de deskundige moeten worden voorgelegd. Antraco heeft geen aanvullende vragen voorgesteld, maar wel gewezen op de totale schade-omvang, die ook bestaat uit kosten, verbonden aan de reconstructie en het in beeld brengen van de thans gevorderde schade. Het Gerecht overweegt als volgt.
2.3
Ten aanzien van de persoon van de deskundige volgt het Gerecht het standpunt van El Louvre en Witec, dat het meer voor de hand ligt een forensisch accountant te benoemen. In het onderhavige geschil gaat het om de vaststelling van een bedrijfsschade en Dekra, in de persoon van [naam accountant], voldoet, naar oordeel van het Gerecht aan de kwalificatie die aan de deskundige moet worden gesteld. Hij zal dan ook worden benoemd. Hij heeft aan het Gerecht laten weten vrij te staan om in deze zaak te rapporteren.
2.4
Voor wat betreft de vraagstelling, zal het Gerecht blijven bij de vragen die al zijn opgenomen in het vonnis van 22 augustus 2018. De vragen die partijen hebben gesuggereerd hebben minder betrekking op het onderzoek door de deskundige, maar meer op de wijze waarop Antraco stelt schade te hebben geleden c.q. de werkwijze van de door Antraco ingeschakelde accountant ([naam accountantspraktijk]). Dat is voor het thans te verrichten onderzoek niet van belang.
2.5
In het vonnis van 22 augustus 2018 is aansprakelijkheid van El Louvre en Witec voor de door Antraco geleden schade vastgesteld. De thans te verrichten werkzaamheden betreffen kosten die verband houden met de vaststelling van de omvang van die schade. Hieruit volgt dat El Louvre en Witec gehouden zijn om het voorschot voor de deskundige te voldoen.
2.6
Het Gerecht wijst erop dat partijen op grond van artikel 174b lid 3 Rv wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. Het Gerecht zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan het Gerecht daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.
2.7
Als een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan onmiddellijk afschrift aan de wederpartij te verstrekken.
2.8
Het Gerecht zal iedere verdere beslissing aanhouden.

3.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
beveelt een onderzoek door een deskundige ter beantwoording van de volgende vragen zoals vermeld onder 4.13 van het vonnis van 22 augustus 2018;
benoemt tot deskundige:
drs. F.C. Leendertse RA,
correspondentieadres: Dekra Caribbean N.V.
bezoekadres: [adres],
telefoon: [telefoonnummer],
fax: [faxnummer],
emailadres: [emailadres],
bepaalt met het oog op de vaststelling van het voorschot op de kosten van de deskundige het volgende:
binnen drie weken na de datum van deze beslissing dient door de deskundige een begroting van de kosten op te geven aan de griffie van het gerecht, gespecificeerd naar het verwachte aantal te besteden uren, het uurtarief en de eventuele overige kosten,
de griffie zal de opgave van de deskundige vervolgens toezenden aan partijen,
partijen kunnen desgewenst binnen twee weken na dagtekening van de brief van de griffie schriftelijk bij het gerecht bezwaar maken tegen de begroting,
als niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag.
als wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing,
bepaalt dat El Louvre en Witec het voorschot dienen over te maken op het bankrekeningnummer:
[bankrekeningnummer] (Awg)
t.n.v. gemeenschappelijk hof van justitie
CARIBBEAN MERCANTILE BANK
CAYA BETICO CROES 53
ORANJESTAD, ARUBA
SWIFT CODE: [code]
onder vermelding van "voorschot deskundigenrapport zaak AR AUA201600861 en wel binnen vier weken na deze beslissing;
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
bepaalt dat Antraco het procesdossier in afschrift aan de deskundige(n) dient te doen toekomen,
bepaalt dat de deskundige het onderzoek zelfstandig zal instellen op de door de deskundige in overleg met partijen te bepalen tijd en plaats,
wijst de deskundige er op dat:
de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op
www.rechtspraak.nlof desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact op te nemen met de griffier, als tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige dienen te verstrekken als daarom verzocht wordt, de deskundige toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen, en de deskundige ook voor het overige gelegenheid dienen te geven tot het verrichten van het onderzoek,
draagt de deskundige op om uiterlijk vier maanden na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend rapport in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, zodat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
bepaalt dat partijen binnen vier weken dienen te reageren op het concept-rapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden, en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren,
wijst de deskundige(n) er op dat, indien schriftelijk wordt gerapporteerd:
uit het schriftelijk rapport moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige(n) is gebaseerd,
bepaalt dat de zaak op de
parkeerrolzal komen van
woensdag 3 juli 2019,
draagt de griffier op de zaak op een eerdere rol te plaatsen:
als het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
na ontvangst ter griffie van het rapport: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van Antraco op een termijn van vier weken,
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Sap, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 28 november 2018 in aanwezigheid van de griffier.