ECLI:NL:OGEAA:2018:706

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
20 november 2018
Publicatiedatum
28 november 2018
Zaaknummer
E.J. AUA201802838
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens vertrouwelijke informatieverspreiding en dringende reden

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 20 november 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen Tropical Bottling Company of Aruba N.V. en [Verweerder]. Tropical Bottling verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [Verweerder] op grond van dringende redenen, omdat hij vertrouwelijke bedrijfsinformatie naar zijn privé e-mailadres had gestuurd. Dit gebeurde in de context van zijn verzoek om ontslag uit het non-concurrentiebeding, omdat hij in dienst wilde treden bij een concurrent, Pepia Est. Het Gerecht heeft vastgesteld dat [Verweerder] in strijd heeft gehandeld met de 'acceptable use policy' van Tropical Bottling door vertrouwelijke informatie te verspreiden. Hoewel de enkele overtreding van deze policy niet altijd een dringende reden voor ontslag oplevert, waren er bijkomende omstandigheden die dit in dit geval wel rechtvaardigden. Het Gerecht oordeelde dat de combinatie van het doorsturen van vertrouwelijke informatie en het voornemen om bij een concurrent te gaan werken, een dringende reden opleverde voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst werd ontbonden met ingang van 21 november 2018, en de proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.

Uitspraak

Beschikking van 20 november 2018
Behorend bij E.J. AUA201802838
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
TROPICAL BOTTLING COMPANY OF ARUBA N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Tropical Bottling,
gemachtigde: mr. M.E.D. Brown,
tegen:
[Verweerder],
te Aruba,
hierna ook te noemen: [Verweerder],
gemachtigden: mrs. M. Bemer en J.J. Steward.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift;
- de overgelegde aantekeningen ter zitting van Tropical Bottling;
- de overgelegde aantekeningen ter zitting van [Verweerder];
- de aantekeningen van de griffier van de zitting van 30 oktober 2018.
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag beschikking zou worden gegeven. Het door [Verweerder] ingediende tegenverzoek, geen betrekking hebbend op de ontbinding van de arbeidsovereenkomst, maar op de loondoorbetalingsverplichting van Tropical Bottling en de werking van het non concurrentiebeding is afgesplitst en zal apart behandeld worden.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Tropical Bottling is een in Aruba gevestigde groothandel in (onder meer) alcoholhoudende dranken. De onderneming Pepia Est en de daarmee verbonden onderneming Divino kunnen als directe concurrenten van Tropical Bottling worden gezien.
2.2
Op 30 oktober 2017 is [Verweerder] bij Tropical Bottling in dienst getreden en is daar werkzaam als sales manager tegen een laatstelijk salaris van Afl. 7.140,- bruto per maand. In de arbeidsovereenkomst is een non concurrentiebeding opgenomen.
2.3
In de maand mei 2018 heeft [Verweerder] zich gewend tot Tropical Bottling met het verzoek om hem te ontslaan uit de non concurrentiebeding, omdat hij in dienst kon treden bij Pepia Est. Tropical Bottling heeft dit geweigerd. Een door [Verweerder] verzochte voorziening tot schorsing van dit beding is geweigerd bij vonnis van 12 september 2018 (KG AUA201802371).
2.4
Bij brief van 15 juni 2018 heeft [Verweerder] zijn arbeidsovereenkomst (voorwaardelijk) opgezegd, met daarbij de volgende tekst:
“Please accept this letter as a formal notification that I am resigning (with the resolutive condition that the non-competition clause be suspended in court) from my position as sales manager (currently acting as Wine portfolio manager).
…”.
2.5
Op of omstreeks 20 juni 2018 heeft Tropical Bottling middels een controle van de emails van [Verweerder] ontdekt dat hij in de maanden februari t/m april 2018 bedrijfsgevoelige informatie naar zijn privé emailadres heeft gestuurd. Deze handeling is in strijd met de door Tropical Bottling gehanteerde “acceptable use policy”. In aansluiting op deze constatering heeft Tropical Bottling [Verweerder] met ingang van 20 juni 2018 geschorst in zijn werkzaamheden. Tevens heeft zij hem laten weten dat zij hem houdt aan zijn opzegging van de arbeidsovereenkomst en dat de laatste dag van zijn overeenkomst is 31 juli 2018. Het door [Verweerder] bij voormeld kort geding gedane verzoek tot wedertewerkstelling is afgewezen.

3.HET VERZOEK EN HET VERWEER

3.1
Tropical Bottling verzoekt het gerecht om de arbeidsovereenkomst met [Verweerder], voorwaardelijk, namelijk voor het geval deze nog mocht blijken te bestaan, met onmiddellijke ingang te ontbinden op grond van gewichtige redenen, primair bestaande uit een dringende reden en subsidiair bestaande uit een wijziging van omstandigheden, zonder toekenning van een vergoeding, met veroordeling, uitvoerbaar bij voorraad, van [Verweerder] tot vergoeding van de proceskosten.
3.2
Tropical Bottling grondt het verzoek, samengevat, erop dat [Verweerder] gehandeld heeft in strijd met de acceptable use policy, door (zeer) vertrouwelijke bedrijfsgegevens naar zijn privé email te sturen.
3.3 [
Verweerder] voert gemotiveerd verweer dat voor zover voor de beslissing van belang hieronder zal worden besproken en verzoekt subsidiair toekenning van een vergoeding naar billijkheid ten bedrage van Afl. 43.200,- en veroordeling van Tropical Bottling tot vergoeding van de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het voorwaardelijke karakter van het verzoek is erin gelegen dat Tropical Bottling zich op het standpunt stelt dat de arbeidsovereenkomst door opzegging door [Verweerder] is geëindigd. Over deze vraag zal het Gerecht zich thans niet uitlaten. Het zal er veronderstellende wijs vanuit gaan dat de arbeidsovereenkomst niet door opzegging is geëindigd en thans nog voortduurt.
4.2
Primair ligt de vraag voor of [Verweerder] aan Tropical Bottling een dringende reden heeft gegeven om op grond daarvan de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Het Gerecht overweegt hierover het volgende.
4.3
Het Gerecht constateert allereerst dat sprake is van een zeer kort dienstverband. Reeds enige maanden na aanvang van de arbeidsovereenkomst heeft [Verweerder] vertrouwelijke documenten van Tropical Bottling naar zijn privé emailadres gestuurd. Naar zijn zeggen was dit om daaraan of daarmee thuis te kunnen werken, maar Tropical Bottling heeft onbestreden aangevoerd dat daarvan niets is gebleken. [Verweerder] kan dat verder ook niet toelichten. Deze handelswijze is in strijd met de acceptable use policy van Tropical Bottling. Dat zij het wel toestaat dat thuis op het zakelijke emailaccount kan worden ingelogd, is in tegenstelling tot hetgeen [Verweerder] lijkt te betogen, niet in strijd met die policy. Het lijkt er immers op dat Tropical Bottling zicht wil houden op de verspreiding van vertrouwelijke informatie die haar positie in een competitieve markt kan schaden. Het Gerecht acht dat te billijken.
4.4
De enkele overtreding deze policy levert echter niet onder alle omstandigheden een dringende reden voor ontslag op. Daarvoor zullen bijkomende omstandigheden nodig zijn. Anders kan immers ook worden volstaan met een minder zware sanctie. In het onderhavige geval acht het Gerecht echter dat wel sprake is van bijkomende omstandigheden. Het gedurende enige maanden doorsturen van vertrouwelijke informatie door [Verweerder] naar zijn eigen emailadres kan moeilijk anders worden gezien dan in de context van zijn verlangen om bij een ander bedrijf dan Tropical Bottling werkzaam te zijn en, zoals bleek in mei 2018, bij een concurrent, te weten Pepia Est, of de daarmee verbonden onderneming Divino, in dienst te treden. Immers de doorgezonden informatie betrof een kostenberekening van Tropical Bottling, het zogenoemde “wineplan” en prijsstrategieën voor die portfolio. Dat is typisch het soort informatie die bepalend kan zijn voor de concurrentiepositie. Dit, gevoegd bij de niet aannemelijk geworden verklaring van [Verweerder] dat hij thuis aan die documenten wilde werken, levert gecombineerd met zijn voornemen om in dienst te treden bij een concurrent, een dringende reden op.
4.5
Dit leidt ertoe dat het Gerecht het verzoek op de primaire grond zal toestaan. Voor een vergoeding aan [Verweerder] is dan geen plaats. Voor een kostenveroordeling ziet het Gerecht geen aanleiding.

5.DE UITSPRAAK:

Het Gerecht:
ontbindt de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst, voor het geval deze nog mocht bestaan, met ingang van 21 november 2018;
compenseert de proceskosten en wel zo dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. Sap, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 20 november 2018 in aanwezigheid van de griffier.