ECLI:NL:OGEAA:2018:695
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake schuldvordering tussen ISLAND FINANCE ARUBA N.V. en gedaagde
In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is eiseres ISLAND FINANCE ARUBA N.V. een rechtszaak gestart tegen gedaagde, die in persoon procedeert. De zaak betreft een overeenkomst van verbruikleen die op 24 juni 2014 is aangegaan, waarbij gedaagde een bedrag van Afl. 13.121,41 ter leen heeft ontvangen. Gedaagde heeft echter in gebreke gebleven met de terugbetaling van de lening, wat heeft geleid tot een vordering van eiseres. Eiseres heeft gedaagde in gebreke gesteld en conservatoir beslag gelegd op het salaris van gedaagde.
Eiseres vordert een veroordeling van gedaagde tot betaling van Afl. 9.346,05, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten. Gedaagde heeft de hoogte van de vordering betwist, maar erkent dat zij tekort is geschoten in de nakoming van de betalingsverplichtingen. De rechter heeft overwogen dat gedaagde voldoende op de hoogte was van de voorwaarden van de lening en dat de vordering van eiseres gerechtvaardigd is.
De rechter heeft de vordering van eiseres toegewezen, inclusief de buitengerechtelijke incassokosten, en gedaagde veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 21 november 2018 door mr. J. Sap, en is uitvoerbaar bij voorraad.