ECLI:NL:OGEAA:2018:611

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 oktober 2018
Publicatiedatum
11 oktober 2018
Zaaknummer
2118 van 2017/AUA201703601
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rekening en verantwoording curator na de dood van de curandus

In deze bodemzaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 9 oktober 2018 een beschikking gegeven met betrekking tot het verzoek van de verzoekster, vertegenwoordigd door mr. J.M.R.F. Scheper. De belanghebbenden in deze zaak zijn de broer van de verzoekster, vertegenwoordigd door mr. D.C. Crouch, en de curatrice van de overleden curandus. De procedure is gestart met een verzoekschrift dat op 12 september 2017 is ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 22 mei 2018 waren de verzoekster en de belanghebbenden aanwezig, waarbij de verzoekster werd bijgestaan door mr. C.F.K.J. Lejuez.

De feiten van de zaak zijn als volgt: de curandus is op 17 september 2007 onder curatele gesteld wegens geestelijke stoornis, met [naam belanghebbende 2] als curatrice. De curandus is op [overlijdensdatum] 2016 overleden. Het verzoek van de verzoekster is gericht op het gelasten van de curatrice om rekening en verantwoording af te leggen over het beheer van het vermogen van de curandus. Dit is noodzakelijk voor de verdeling van de nalatenschap tussen de erfgenamen.

De rechter heeft geoordeeld dat door het overlijden van de curandus de curatelestelling van rechtswege is geëindigd. De curatrice is gehouden om rekening en verantwoording af te leggen over de periode waarin zij het beheer heeft gevoerd. De curatrice heeft niet betwist dat zij tot deze verantwoording gehouden is. Het verzoek van de verzoekster is dan ook toewijsbaar verklaard. De beschikking verplicht de curatrice om binnen drie maanden na de uitspraak rekening en verantwoording af te leggen aan de verzoekster en haar broer.

Uitspraak

Beschikking van 9 oktober 2018
behorend bij E.J. nr. 2118 van 2017/AUA201703601.
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[verzoekster],
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER,
gemachtigde: mr. J.M.R.F. Scheper.
Belanghebbenden:
[naam belanghebbende 1], de broer van verzoekster,
gemachtigde: de advocaat mr. D.C. Crouch,
[naam belanghebbende 2], de curatrice van wijlen [naam curandus].

1.DE PROCEDURE:

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 12 september 2017;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 22 mei 2018, alwaar zijn verschenen de verzoekster bijgestaan door mr. C.F.K.J. Lejuez occuperende voor mr. J.M.R.F. Scheper, de heer [naam belanghebbende 1] bij zijn gemachtigde mr. D.C. Crouch en mevrouw [naam belanghebbende 2] in persoon.
De uitspraak is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Bij beschikking van dit Gerecht van 17 september 2007 is [naam curandus] (hierna ook: de curandus) wegens geestelijke stoornis onder curatele gesteld en is [naam belanghebbende 2] (hierna ook: [naam belanghebbende 2]) benoemd tot haar curatrice.
2.2
De curandus is op [overlijdensdatum] 2016 overleden.

3.HET VERZOEK

3.1
Het - ter zitting gewijzigde - verzoek strekt ertoe om [naam belanghebbende 2] te gelasten rekening en verantwoording af te leggen over het beheer van het vermogen van de curandus.
3.2
Verzoekster grondt de vordering erop dat [naam belanghebbende 2] als voormalig curatrice gehouden is tot rekening en verantwoording, hetgeen noodzakelijk is voor de verdeling van de nalatenschap van wijlen [naam curandus] tussen haar erfgenamen.

4.DE BEOORDELING

Door de dood van de curandus is haar curatelestelling van rechtswege geëindigd, en is [naam belanghebbende 2] als haar voormalig curatrice gehouden rekening en verantwoording af te leggen over de periode dat zij het beheer heeft gevoerd over het vermogen van de curandus. [naam belanghebbende 2] betwist overigens niet tot die rekening en verantwoording gehouden te zijn. Het verzoek komt voor toewijzing in aanmerking.

5.DE BESLISSING:

Het Gerecht:
-gelast [naam belanghebbende 2] om binnen drie maanden na de uitspraak van deze beschikking aan [verzoekster] en aan [naam belanghebbende 1] rekening en verantwoording af te leggen over het door haar als curatrice gevoerde beheer over het vermogen van wijlen [naam curandus].
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 9 oktober 2018 in tegenwoordigheid van de griffier.

Voetnoten

1.[1] Zie onderaan bijlage Formele relaties
2.[2] Zie onderaan bijlage Overzicht rechtsgebieden
3.[3] Zie onderaan bijlage Bijzondere kenmerken van uitspraak