ECLI:NL:OGEAA:2018:593

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
2 oktober 2018
Publicatiedatum
4 oktober 2018
Zaaknummer
AUA201801038
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van verzoek tot betaling van achterstallig salaris en vakantiedagen in arbeidsrechtelijke zaak

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. P.G. Dowers-Alders, een verzoek ingediend tegen Denplex Corporation N.V., vertegenwoordigd door mr. R.J. Kock. Het verzoek betreft de betaling van achterstallig salaris en vakantiedagen. De procedure begon met een verzoekschrift en een verweerschrift, gevolgd door een zitting op 21 augustus 2018. Tijdens de zitting werd aan partijen meegedeeld dat op 2 oktober 2018 een beschikking zou worden gegeven.

Verzoeker verzocht om kosteloos te mogen procederen en om Denplex te veroordelen tot betaling van Afl. 962,50 aan achterstallig salaris, drie vakantiedagen, en een vergoeding voor ten onrechte ingehouden salaris, vermeerderd met wettelijke verhogingen en rente. Verzoeker baseerde zijn verzoek op zijn rechten uit de wet met betrekking tot uitbetaling van loon en vakantiedagen. Denplex voerde verweer en stelde dat het verschuldigde loon in totaal Afl. 1.108,26 bedroeg, wat door verzoeker niet werd weersproken.

De rechter oordeelde dat verzoeker recht had op uitbetaling van het achterstallige salaris en de vakantiedagen, maar wees het verzoek om betaling van drie ao-dagen af, omdat verzoeker geen bewijs van ziekte had overgelegd. De rechter verleende verzoeker toestemming om kosteloos te procederen en veroordeelde Denplex tot betaling van Afl. 1.108,26, met wettelijke verhogingen en rente, en compenseerde de proceskosten, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De beschikking werd uitgesproken op 2 oktober 2018 door mr. S. Verheijen.

Uitspraak

Beschikking van 2 oktober 2018
Behorend bij AUA201801038
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: [verzoeker],
gemachtigde: de advocaat mr. P.G. Dowers-Alders,
tegen:
de naamloze vennootschap
DENPLEX CORPORATION N.V.,
h.o.d.n. Denplex Corporation,
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: Denplex,
gemachtigde: de advocaat mr. R.J. Kock.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift;
- de behandeling ter zitting van 21 augustus 2018 en de daarvan gemaakte aantekeningen van de griffier.
1.2
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag beschikking zou worden gegeven.

2.. DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1 [
verzoeker] verzoekt dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking:
- [ verzoeker] toelaat om kosteloos te procederen;
- Denplex veroordeelt om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen het achterstallige salaris over de periode van 15 tot en met 30 augustus 2017 ad
Afl. 962,50, drie vakantiedagen, drie dagen salaris ter zake ten onrechte ingehouden salaris, vermeerderd met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente sedert 15 maart 2018;
- Denplex veroordeelt in de proceskosten, alsmede in de nakosten.
2.2 [
verzoeker] grondt het verzoek op zijn uit de wet voortvloeiende rechten met betrekking
tot het uit te betalen loon in verband met de verrichte werkzaamheden, de
opgebouwde maar niet genoten vakantiedagen en het door te betalen loon tijdens de
periode waarover hij ziek is geweest.
2.3
Denplex voert verweer, dat bij de beoordeling aan de orde komt.

3.DE BEOORDELING

3.1
Gelet op het overgelegde bewijs van onvermogen, zal [verzoeker] worden toegelaten om kosteloos te procederen.
3.2
Vaststaat dat [verzoeker] op 4 maart 2017 voor onbepaalde tijd in dienst is getreden bij Denplex, laatstelijk in de functie van “animacion”, tegen een salaris van Afl. 12,03 bruto per uur.
3.3
In het midden latend of [verzoeker] op staande voet is ontslagen of dat [verzoeker] vrijwillig ontslag heeft genomen (partijen berusten in het gegeven dan wel genomen ontslag), zijn partijen het erover eens dat [verzoeker] voor het laatst op 30 augustus 2017 heeft gewerkt, en dat [verzoeker] recht heeft op uitbetaling van loon over de dagen die hij gewerkt heeft. Ook zijn partijen het erover eens dat [verzoeker] recht heeft op uitbetaling van de opgebouwde maar niet genoten vakantiedagen.
3.4
Denplex heeft als verweer, anders dan [verzoeker] heeft gesteld, aangevoerd en met stukken onderbouwd dat het aan [verzoeker] verschuldigde loon in totaal Afl. 1.108,26 bedraagt. Het achterstallige salaris van [verzoeker] zou, gelet op het aantal gewerkte uren (79.4 uren x Afl. 12,03), in totaal Afl. 955,38 bedragen en de post uitstaande vakantiedagen zou, gelet op het aantal gewerkte uren (24 uren x Afl. 12,03), in totaal
Afl. 288,72 bedragen. Nu [verzoeker] bovengenoemde bedragen niet heeft weersproken, komt naar het oordeel van het Gerecht hetgeen Denplex bij verweerschrift heeft aangevoerd vast te staan. Het verzoek van [verzoeker] met betrekking tot het achterstallige loon en de nog uit te betalen vakantiedagen zal daarom, als na te melden, worden toegewezen.
3.5
De vraag die vervolgens dient te worden beantwoord, is of Denplex aan [verzoeker] drie ao-dagen dient uit te betalen. De wet bepaalt dat de werknemer bij ziekte, gedurende betrekkelijk korte tijd, recht heeft op doorbetaling van het overeengekomen loon. [verzoeker] stelt ziek te zijn geweest, hetgeen door Denplex wordt betwist.
[verzoeker] heeft geen doktersverklaring overgelegd waaruit blijkt dat hij drie dagen arbeidsongeschikt is geweest. Dit brengt mee dat niet kan worden vastgesteld dat [verzoeker] op bedoelde dagen ziek is geweest. Nu [verzoeker] zijn stelling, dat Denplex hem drie ao-dagen verschuldigd is, onvoldoende heeft onderbouwd, zal dit deel van het verzoek worden afgewezen.
3.6
Nu partijen over en weer in het gelijk zijn gesteld, zullen de kosten van deze procedure worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
verleent [verzoeker] toestemming om kosteloos te procederen;
veroordeelt Denplex om aan [verzoeker] te betalen Afl. 1.108,26 ter zake achterstallig salaris
en uitstaande vakantiedagen, vermeerderd met de wettelijke verhoging en de wettelijke
rente sedert 15 maart 2018;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
compenseert de proceskosten en wel zo dat iedere partij de eigen kosten draagt;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. S. Verheijen, rechter in dit Gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 2 oktober 2018 in aanwezigheid van de griffier.