Uitspraak
1.[Gedaagde 1],
[Gedaagde 2],
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser een kort geding aangespannen tegen zijn twee kinderen, gedaagden, met het verzoek om hen te ontruimen uit de woning die aan hem is toebedeeld na zijn echtscheiding. Eiser heeft gedaagden in 2006 erkend en zij zijn na de echtscheiding bij hem blijven wonen. Eiser heeft gedaagden gesommeerd om de woning te verlaten, maar de rechter heeft geoordeeld dat gedaagden een gebruiksrecht hebben verkregen op basis van het echtscheidingsconvenant, waarin is afgesproken dat zij bij eiser zouden blijven wonen. De rechter heeft vastgesteld dat gedaagden zonder recht of titel in de woning verblijven, maar dat hun gebruiksrecht niet onopzegbaar is.
De rechter heeft ook overwogen dat gedaagden op dit moment geen andere woonruimte hebben en dat eiser onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat gedaagden op dit moment niet meer bij hem kunnen blijven wonen. De belangen van gedaagden om in de woning te blijven wegen zwaarder dan de belangen van eiser om hen te ontruimen, vooral gezien de psychische toestand van eiser en het feit dat gedaagden nog geen andere woonruimte hebben.
Daarom heeft de rechter de vordering van eiser tot ontruiming afgewezen en ook het gevorderde gebiedsverbod en contactverbod afgewezen. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De uitspraak is gedaan op 3 augustus 2018 door mr. M. Schoemaker.