ECLI:NL:OGEAA:2018:375

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
25 juni 2018
Publicatiedatum
26 juni 2018
Zaaknummer
LAR nr. AUA201703545
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van een vergunning voor onbepaalde tijd op basis van legaal verblijf in Aruba

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 25 juni 2018 uitspraak gedaan in het beroep van een appellante tegen de afwijzing van haar verzoek om een vergunning voor onbepaalde tijd. De appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. D.M. Canwood, had eerder een verzoek ingediend dat op 18 november 2016 door de Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Integratie was afgewezen. De minister verklaarde het bezwaar van de appellante ongegrond op 16 november 2017, waarna de appellante op 27 december 2017 beroep instelde bij het gerecht.

Tijdens de zitting op 14 mei 2018 werd de zaak behandeld. De appellante stelde dat zij voldeed aan de vereisten voor een vergunning tot verblijf, zoals vastgelegd in artikel 7a, tweede lid, van de Landsverordening toelating, uitzetting en verwijdering (Ltuv), dat vereist dat men ten minste 10 jaren onafgebroken legaal in Aruba verblijft. De minister had echter in zijn verweerschrift een beoordelingslijst overgelegd waaruit bleek dat de appellante op dat moment slechts 109 maanden legaal in Aruba verbleef, terwijl 120 maanden vereist zijn voor de vergunning voor onbepaalde tijd.

De rechter oordeelde dat de minister op goede gronden het verzoek van de appellante had afgewezen, aangezien zij niet voldeed aan de vereiste verblijfsduur. De rechter verklaarde het beroep van de appellante ongegrond en gaf instructies voor het indienen van een hoger beroep, inclusief de vereisten voor het hogerberoepschrift. De uitspraak werd gedaan door mr. A.J.H. van Suilen en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Uitspraak van 25 juni 2018
LAR nr. AUA201703545
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
[appellante],
wonende in Aruba,
APPELLANTE,
gemachtigde: de advocaat mr. D.M. Canwood,
gericht tegen:
DE MINISTER VAN RUIMTELIJKE ONTWIKKELING, INFRASTRUCTUUR EN INTEGRATIE,
zetelende in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. G.M.N. Maduro (DIMAS).

1.PROCESVERLOOP

Bij beschikking van 18 november 2016 heeft verweerder het verzoek van appellante afgewezen, om haar een vergunning voor onbepaalde tijd te verlenen.
Bij beschikking van 16 november 2017 heeft verweerder het daartegen door appellante gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Tegen deze beschikking heeft appellante op 27 december 2017 beroep ingesteld bij dit gerecht.
De zaak is behandeld ter zitting van 14 mei 2018, alwaar zijn verschenen appellante bijgestaan door haar gemachtigde voornoemd en verweerder bij zijn gemachtigde.
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Ingevolge artikel 7a, tweede lid, van de Landsverordening toelating, uitzetting en verwijdering (hierna: Ltuv) kan een vergunning tot verblijf worden verleend aan degene die kan aantonen dat hij gedurende een periode van ten minste 10 jaren onafgebroken legaal ingezetene van Aruba is geweest.
2.2
Aan haar tegen de primaire beschikking van 18 november 2016 gerichte bezwaar heeft appellante ten grondslag gelegd dat verweerder bij die beschikking heeft miskend dat zij voldoet aan het voor verlening van een vergunning tot verblijf (voor onbepaalde tijd) in artikel 7a, tweede lid, van de Ltuv gestelde vereiste dat zij 10 jaren onafgebroken legaal verblijf in Aruba heeft gehad. Indien die vergunning echter niet kan worden afgegeven verzoekt appellante om haar wederom een vergunning tot tijdelijk verblijf te verlenen met als garantsteller Eikon Employment Agency N.V.
2.3
Verweerder heeft bij haar verweerschrift een “Beoordelingslijst Zelfstandigen” overgelegd. Hieruit blijkt dat appellante ten tijde van de primaire beschikking 109 maanden legaal in Aruba verblijft. Om in aanmerking te komen voor een vergunning voor onbepaalde tijd dient de betrokkene echter 120 maanden legaal in Aruba te verblijven. Ter zitting heeft appellante bevestigd dat de beoordelingslijst klopt. Dit brengt mee dat verweerder het verzoek derhalve op goede gronden heeft afgewezen.
2.4
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
verklaart het beroep van appellante ongegrond.
Deze beslissing werd gegeven door mr. A.J.H. van Suilen, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op maandag, 25 juni 2018, in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na dagtekening van deze uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (LAR-zaken).
Het hogerberoepschrift moet worden ingediend bij de griffie van dit Gerecht.
U wordt verzocht bij het indienen van het hogerberoepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het hogerberoepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het hogerberoepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de dag van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd.