ECLI:NL:OGEAA:2018:3
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar inzake vergunning tot tijdelijk verblijf
Op 8 januari 2018 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een zaak waarbij appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M.G.A. Baiz, in beroep ging tegen de minister van Infrastructuur, Ruimtelijke Ontwikkeling en Integratie. De zaak betreft een verzoek van appellante om een vergunning tot tijdelijk verblijf, dat door de minister op 12 april 2017 was afgewezen. Appellante maakte bezwaar tegen deze afwijzing op 23 mei 2017, maar ontving geen beslissing van de minister. Hierop heeft zij op 17 augustus 2017 beroep ingesteld bij het gerecht.
Het gerecht heeft vastgesteld dat er ten tijde van het sluiten van het onderzoek nog geen reële beslissing op het bezwaar was genomen en dat de minister geen verweerschrift had ingediend. Gezien deze omstandigheden kon de ongemotiveerde afwijzende beschikking niet in stand blijven. Het beroep van appellante werd gegrond verklaard, en de minister werd opgedragen om binnen drie maanden na de uitspraak een reële beslissing te nemen op het bezwaar van appellante.
Daarnaast werd de minister veroordeeld tot betaling van de kosten van het geding, begroot op Afl. 500,- aan gemachtigdensalaris, en werd bepaald dat het door appellante gestorte griffierecht van Afl. 25,- aan haar moest worden terugbetaald. De uitspraak werd gedaan door mr. D.J. Jansen en is openbaar uitgesproken op dezelfde dag.