ECLI:NL:OGEAA:2018:233
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen na beschuldigingen van seksuele intimidatie
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Grape Holding N.V. een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met de verweerder, die sinds 14 februari 1978 in dienst was als supervisor. Grape heeft de ontbinding aangevraagd op basis van gewichtige redenen, namelijk beschuldigingen van seksuele intimidatie door de verweerder op de werkvloer. De mondelinge behandeling vond plaats op 9 april 2018, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Grape heeft betoogd dat de verweerder zich schuldig heeft gemaakt aan seksuele intimidatie, terwijl de verweerder dit heeft betwist en verweer heeft gevoerd tegen de ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
Het Gerecht heeft de verklaringen van getuigen beoordeeld en geconcludeerd dat de stellingen van Grape onvoldoende betrouwbaar zijn om de ontbinding te rechtvaardigen. De verklaringen van de getuigen waren niet overtuigend genoeg en het Gerecht heeft geen dringende reden voor ontslag kunnen vaststellen. Bovendien heeft de verweerder een langdurig en vlekkeloos arbeidsverleden bij Grape, wat meeweegt in de beslissing. Het verzoek van Grape om de arbeidsovereenkomst te ontbinden is afgewezen, en Grape is veroordeeld in de proceskosten van de verweerder, die zijn gemaakt tot aan de uitspraak.
De beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur op 24 april 2018, waarbij het Gerecht heeft geoordeeld dat er geen feiten of omstandigheden zijn die een ander oordeel kunnen dragen.