ECLI:NL:OGEAA:2018:202

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
11 april 2018
Publicatiedatum
18 april 2018
Zaaknummer
A.R. no. 1685 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake voorschotbetaling door gedaagde voor taxateur in civiele procedure

In deze civiele procedure, aangespannen door een vrouw tegen een man, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 11 april 2018 een vonnis gewezen in de zaak met A.R. no. 1685 van 2016. De vrouw, vertegenwoordigd door de advocaten mrs. N.S. Gravenstijn en G.L. Griffith, vorderde dat de man zijn deel van het voorschot voor de werkzaamheden van de door het gerecht benoemde taxateur zou betalen. De man heeft verzuimd om een antwoordakte in te dienen, waardoor het gerecht hem niet in de gelegenheid heeft gesteld om zijn standpunt te verduidelijken.

In het vonnis werd vastgesteld dat de man nalatig is geweest in zijn verplichtingen en dat de vrouw bereid is het gehele voorschot te betalen, zodat de taxateur zijn werkzaamheden kan uitvoeren. Het gerecht heeft de vrouw de gelegenheid geboden om het voorschot te voldoen, met de bepaling dat het deel van het voorschot dat door de vrouw wordt voorgeschoten, vergoed zal worden bij de uitbetaling van de verkoopopbrengst van de woning.

Daarnaast is bepaald dat na het uitbrengen van het taxatierapport partijen zich kunnen uitlaten over de getaxeerde waarde en de verkoopprijs van de woning. De vrouw heeft aangegeven dat zij de woning bij een specifieke makelaar te koop wil zetten, terwijl de man geen voorkeur heeft aangegeven. Het gerecht zal de makelaar aanwijzen in het eindvonnis. Het vonnis houdt verder iedere verdere beslissing aan, en de deskundige is opgedragen om een schriftelijk en gemotiveerd taxatierapport op te stellen.

Uitspraak

Vonnis van 11 april 2018
Behorend bij A.R. no. 1685 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
[Eiseres],
wonende in Aruba,
eiseres,
nader te noemen: “de vrouw”,
gemachtigde: de advocaat mrs. N.S. Gravenstijn en G.L. Griffith,
tegen:
[Gedaagde],
wonende in Aruba,
gedaagde,
nader te noemen “de man”,
procederende in persoon.

1.DE VERDERE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure tot en met 15 november 2017 blijkt uit het tussenvonnis van die datum. De vrouw heeft op 13 december 2017 een akte ingediend. De man heeft geen antwoordakte ingediend, waarna aan hem akte niet dienen is verleend.
1.2
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
De man is nalatig gebleven om zijn deel van het voorschot voor de werkzaamheden van de door het gerecht benoemde taxateur te betalen. De vrouw heeft in haar laatste akte aangegeven alsnog bereid te zijn het gehele voorschot te betalen zodat de taxateur zijn opdracht kan uitvoeren. Het gerecht zal de vrouw daartoe in de gelegenheid stellen en opnieuw bepalen dat de taxateur na ontvangst van het resterende deel van het voorschot zijn werkzaamheden kan aanvangen. Het deel van het voorschot van de man dat thans door de vrouw wordt voorgeschoten zal (uiterlijk) bij de uitbetaling van de verkoopopbrengst van de woning aan de vrouw vergoed dienen te worden.
2.2
Na het uitbrengen van het taxatierapport kunnen partijen zich uitlaten over de getaxeerde waarde, tegen welke prijs de woning te koop gezet zal worden en wat de minimale verkoopprijs dient te zijn. De vrouw heeft aangegeven dat zij wenst dat de woning bij makelaar [naam] te koop gezet zal worden. De man heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om aan te geven welke makelaar hij wenst, zodat het gerecht de door de vrouw genoemde makelaar zal aanwijzen bij eindvonnis.
2.3
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

3.DE BESLISSING

Het gerecht:
3.1
bepaalt dat de bij vonnis van 8 maart 2017 benoemde deskundige na kennisneming van alle relevante stukken van het geding en ontvangst van het resterende deel van het voorschot een schriftelijk en gemotiveerd taxatierapport op te stellen betreffende het onroerend goed, plaatselijk bekend als [adres], met vaststelling van de marktwaarde;
3.2
bepaalt dat de vrouw
binnen twee weken na dit vonnisAfl. 225,00 kan voldoen ter griffie van dit gerecht, onder vermelding van het zaaknummer (AR 1685 van 2016/AUA201600796) en de datum van dit vonnis, ter dekking van het resterende deel van het voorschot van de deskundige;
(toevoeging)bepaalt dat de deskundige, indien het voorschot tijdig ter griffie wordt betaald, uiterlijk op
23 mei 2018(in overleg met deskundige(n) te bepalen periode, maar in beginsel niet later dan drie maanden)een schriftelijk gemotiveerd en door hem ondertekend rapport ter griffie van dit gerecht (door verzending naar het gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, J.G. Emanstraat no. 51, Oranjestad, Aruba) in drievoud dient neer te leggen, onder vermelding van het zaaknummer (AR 1685 van 2016/AUA201600796), tezamen met zijn einddeclaratie;
3.4
verwijst de zaak naar de rol van
20 juni 2018 direct peremptoirvoor indiening van akten zijdens beide partijen gelijktijdig, zoals in r.o. 2.2 bedoeld, waarna partijen, zo bedoelde aktes worden ingediend, nog gelijktijdig een antwoordakte zullen mogen nemen,
direct peremptoir;
3.5
bepaalt dat de beslissingen in het vonnis van 8 maart 2017 onder 5.4, 5.5., 5.6 en 5.8 van kracht blijven;
3.6
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Schoemaker, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 11 april 2018 in aanwezigheid van de griffier.