In deze civiele procedure, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, zijn er twee zaken aan de orde: A.R. no. 1470 van 2016 en A.R. no. 2489 van 2016. De eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. D.C.A. Crouch, heeft een geschil met de naamloze vennootschap Notariskantoor M.J.C. Tromp N.V., die wordt vertegenwoordigd door de advocaten mrs. A.I.N. Fräser en E.A.T. Kuster. De zaak betreft een contra-akte die door de eiseres is ingediend, waarbij producties zijn gevoegd. De gedaagde partij, aangeduid als gedaagde 2, heeft ook een rol in deze procedure.
Het procesverloop tot 6 september 2017 is vastgelegd in een tussenvonnis. Op 1 november 2017 heeft gedaagde 2 een akte houdende uitlatingen ingediend, gevolgd door een contra-akte van de eiseres op 17 februari 2018. De rechter heeft geoordeeld dat gedaagde 2 in de gelegenheid moet worden gesteld om zich uit te laten over de inhoud van de producties die door de eiseres zijn ingediend. De rechter heeft besloten dat de eiseres niet mag reageren op de akte van gedaagde 2.
In de uitspraak van 28 maart 2018 heeft het Gerecht de zaak verwezen naar de rolzitting voor verdere behandeling. De rechter heeft iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is beslist. Dit vonnis is uitgesproken door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, tijdens een openbare zitting.