ECLI:NL:OGEAA:2018:175

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 februari 2018
Publicatiedatum
11 april 2018
Zaaknummer
A.R. 3241 van 2012 / AUA201200030
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenonderzoek en declaraties in civiele procedure

In deze civiele procedure, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 28 februari 2018 een tussenvonnis uitgesproken in de zaak tussen eiser [Eiser] en gedaagde Team Industrial Services N.V. De procedure betreft een deskundigenonderzoek en de declaraties van de deskundigen die zijn ingeschakeld in deze zaak. Eiser heeft aanvankelijk mr. E. Duijneveld als gemachtigde gehad, maar later is mr. G. de Hoogd aangesteld. Gedaagde, Team, werd vertegenwoordigd door advocaten mrs. M.A. Ellis-Schipper en R.C. Samuels.

De procedure is gestart met een vonnis op 7 juni 2017, gevolgd door deskundigenrapportages van dr. M.I. Badloe en mw. J.C.M. Schendzielorz, die op 15 december 2017 zijn ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen niet in de gelegenheid zijn gesteld om te reageren op het rapport van dr. Rico, dat op 1 mei 2016 is ingediend. Dit rapport is uiteindelijk op 22 oktober 2016 definitief gemaakt. De rechtbank heeft ook de declaraties van de deskundigen beoordeeld, waarbij dr. Rico een bedrag van Afl. 1.151,13 heeft gedeclareerd en Medwork bedragen voor de werkzaamheden van dr. Badloe en mw. Schendzielorz heeft gedeclareerd.

Het Gerecht heeft besloten dat Team als aansprakelijke partij een aanvullend voorschot van Afl. 1.018,45 moet betalen om de declaraties van de deskundigen te voldoen. De betaling moet binnen vier weken na de uitspraak plaatsvinden. De zaak is verwezen naar de rol van 28 maart 2018 voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van eiser. Het vonnis is uitgesproken door mr. J. Sap in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 28 februari 2018
Behorend bij A.R. 3241 van 2012 / AUA201200030
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[Eiser],
te Aruba,
eiser,
hierna ook te noemen: [Eiser],
gemachtigde: aanvankelijk de advocaat mr. E. Duijneveld en later de advocaat mr. G. de Hoogd,
tegen:
de naamloze vennootschap
Team Industrial Services N.V.,
te Aruba,
gedaagde,
hierna ook te noemen: Team,
gemachtigden: advocaten mrs. M.A. Ellis-Schipper en R.C. Samuels.

1.HET VERDERE VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het vonnis van 7 juni 2017;
- de deskundigenrapportages van dr. M.I. Badloe en mw. J.C.M. Schendzielorz ingediend op 15 december 2017.
De uitspraak is vervolgens bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Op 1 mei 2016 heeft dr. Rico het deskundigenrapport bij het Gerecht ingediend. Ambtshalve is gebleken dat partijen door dr. Rico niet in de gelegenheid zijn gesteld om op het rapport van dr. Rico te reageren zoals staat opgenomen in het tussenvonnis van 30 september 2015 onder rechtsoverweging 3.4. Daartoe zijn partijen alsnog in de gelegenheid gesteld. Het (definitieve) deskundigenrapport van dr. Rico is vervolgens op 22 oktober 2016 ingediend.
2.2
Op 3 mei 2016 heeft dr. Rico een bedrag van Afl. 1.151,13 gedeclareerd. Dit bedrag is door het Gerecht op 14 juni 2016 aan dr. Rico uitbetaald. Zijn voorschot bedroeg oorspronkelijk Afl. 300,- hetgeen blijkt uit het tussenvonnis van 30 september 2015. Vervolgens heeft dr. Rico op 7 december 2016 een aanvullend bedrag van Afl. 300,- gedeclareerd. Bij tussenvonnis van 7 juni 2017 is Team opgedragen het aanvullend bedrag van Afl. 300,- naar het Gerecht over te maken. Dit bedrag is op 7 augustus 2017 door het Gerecht ontvangen en op 20 september 2017 aan dr. Rico uitbetaald.
2.3
Tevens declareert Medwork voor de werkzaamheden van dr. Badloe op 15 december 2017 een bedrag van Afl. 2.252,15 (Afl. 2.100,- (voorschot) + Afl. 147,- (kantoorkosten) en Afl. 5,15 (premies)). Bij brief van 20 juni 2017 heeft Medwork opgegeven dat het voorschot voor de werkzaamheden van dr. Badloe Afl. 2.247,- bedragen. Daarbij heeft Medwork de premies van Afl. 5,15 niet opgenomen.
2.4
Medwork declareert voor de werkzaamheden van mw. Schendzielorz op 15 december 2017 een bedrag van Afl. 1.661,18 (Af. 1.500,- (voorschot) + Afl. 105,- (kantoorkosten) en Afl. 56,18 (premies)). Uit het tussenvonnis van 1 juni 2016 blijkt dat Medwork telefonisch aan het Gerecht heeft laten weten dat haar verlangde voorschot Afl. 750,- bedraagt. Het Gerecht had al een voorschot van Afl. 1.500,- onder zich voor de voormalige arbeidsdeskundige.
2.5
Door de griffie is abusievelijk de opdracht gegeven Afl. 1.151,13 te laten uit betalen aan dr. Rico terwijl het Gerecht over dit meerdere in rekening gebrachte voorschot geen beslissing had genomen noch dit bedrag van partijen had ontvangen. Het gerecht acht deze deskundigenrapportages echter nodig om tot een beslissing te komen en komt een bedrag van Afl. 1.018,45 tekort om de declaraties te voldoen. Team zal als de aansprakelijke partij worden opgedragen bij wijze van voorschot een aanvullend bedrag Afl. 1.018,45 te voldoen.
2.6
De rapportages van dr. Rico, dr. Badloe en mw. Schendzielorz zijn door partijen ontvangen. De zaak zal naar de rol worden verwezen en [Eiser] zal in de gelegenheid worden gesteld bij conclusie na deskundigenrapport te reageren op de rapportages. Hierna kan Team bij antwoordconclusie na deskundigenrapport reageren.
2.4
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

3.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
3.1
gelast Team tot betaling van een aanvullend voorschot op de kosten van de deskundigen ten belope van Afl. 1.018,45;
3.2
bepaalt dat Team het voorschot dient over te maken op het bankrekeningnummer:
601347606 (Awg)
t.n.v. gemeenschappelijk hof van justitie
CARIBBEAN MERCANTILE BANK
CAYA BETICO CROES 53
ORANJESTAD, ARUBA
SWIFT CODE: CMBAAWAX
onder vermelding van "voorschot deskundigenrapport zaak AR 3241 van 2012" en wel binnen vier weken na deze beslissing;
3.3
bepaalt dat de zaak wordt verwezen naar de rol van 28 maart 2018 voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [Eiser],
3.4
draagt de griffier op om:
- Afl. 1.661,18 te laten uitbetalen aan Medwork voor de verrichte werkzaamheden van mw. Schendzielorz,
-Afl. 2.252,15 te laten uitbetalen aan Medwork voor de verrichte werkzaamheden van dr. Badloe,
3.5
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Sap, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 28 februari 2018 in aanwezigheid van de griffier.