ECLI:NL:OGEAA:2018:169
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van de verdeling van de gemeenschap in een huwelijksgoederengemeenschap
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. H.G. Figaroa, een vordering ingediend tot verdeling van de onverdeelde ontbonden huwelijksgoederengemeenschap met gedaagde, vertegenwoordigd door mr. J.M.R.F. Scheper. De procedure heeft een verloop gekend dat is vastgelegd in een tussenvonnis van 24 januari 2018, waarin een comparitie van partijen is gelast die op 22 februari 2018 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze zitting hebben beide partijen hun standpunten toegelicht en gereageerd op elkaars argumenten.
De vordering van eiseres was gericht op het verkrijgen van een uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis voor de verdeling van de gemeenschap. Gedaagde heeft verweer gevoerd en betoogd dat eiseres niet-ontvankelijk verklaard moet worden in haar verzoek, dan wel dat het verzoek afgewezen moet worden. Het Gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er geen gronden zijn gesteld of gebleken die de niet-ontvankelijkheid van eiseres rechtvaardigen, en heeft het verweer van gedaagde verworpen.
Het Gerecht heeft voorts overwogen dat er reeds een onherroepelijk vonnis van 11 juni 2014 bestaat waarin de verdeling van de gemeenschap is vastgesteld. Dit betekent dat de gemeenschap niet opnieuw verdeeld kan worden, wat leidt tot de afwijzing van het verzoek van eiseres. Eiseres is als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op Afl. 2.500,-- aan salaris voor de gemachtigde van gedaagde. Het vonnis is uitgesproken op 4 april 2018.