ECLI:NL:OGEAA:2018:151

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 februari 2018
Publicatiedatum
28 maart 2018
Zaaknummer
B.B. 1852 van 2017/AUA201702193
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.E.B. de Haseth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident tot vrijwaring in civiele schadevergoeding na verkeersongeval met onverzekerde bestuurder

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een incident tot vrijwaring in een civiele procedure. De eiseres, Citizens Insurance (Netherlands Antilles & Aruba Assurance Company (NA&A) N.V.), heeft schadevergoeding gevorderd van de gedaagde, die betrokken was bij een verkeersongeval op 29 april 2008. De auto van de gedaagde, bestuurd door haar echtgenoot zonder geldig rijbewijs, veroorzaakte schade aan een derde partij. Citizens heeft deze schade vergoed, maar beroept zich op een uitsluiting in de polisvoorwaarden, omdat de bestuurder niet over een geldig rijbewijs beschikte.

De gedaagde heeft in het incident verzocht om haar echtgenoot in vrijwaring op te roepen, stellende dat hij verantwoordelijk is voor de schade. Citizens heeft verweer gevoerd en betwist dat de gedaagde aannemelijk heeft gemaakt dat haar echtgenoot verplicht is de schade te vergoeden. De rechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er voldoende grond is voor de oproeping in vrijwaring, omdat de rechtsverhouding tussen de gedaagde en haar echtgenoot mogelijk leidt tot een verplichting voor hem om de gevolgen van een veroordeling in de hoofdzaak te dragen.

De rechter heeft het verzoek tot oproeping in vrijwaring toegewezen en de gedaagde in de gelegenheid gesteld om haar echtgenoot op te roepen voor de zitting van 21 maart 2018. De beslissing over de proceskosten is aangehouden tot de hoofdzaak. Dit vonnis is uitgesproken op 21 februari 2018 door mr. M.E.B. de Haseth, rechter in dit gerecht.

Uitspraak

Vonnis van 21 februari 2018
Behorend bij B.B. 1852 van 2017/AUA201702193
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in het incident tot vrijwaring in de zaak van:
de naamloze vennootschapCITIZENS INSURANCE (NETHERLANDS ANTILLES & ARUBA ASSURANCE COMPANY (NA&A) N.V.
te Aruba,
eiseres in de hoofdzaak, gedaagde in de vrijwaring,
hierna te noemen Citizens,
gemachtigde: de advocaat mr. Z.N.J. Laclé,
tegen:
Gedaagde,
te Aruba,
gedaagde in de hoofdzaak, eiseres in de vrijwaring,
hierna te noemen [gedaagde],
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring;
- de conclusie van antwoord in het incident.
1.2
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis in het incident.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Op 29 april 2008 heeft een verkeersongeval plaatsgevonden, waarbij de auto van [gedaagde] met nummerplaat A-xxxx was betrokken. Bestuurder van deze auto was (hierna te noemen: [Naam X]), die niet over een geldig rijbewijs beschikte. Ten tijde van het ongeval was de auto van [gedaagde] verzekerd bij Citizens. Door het ongeval is schade veroorzaakt aan de auto van een derde, welke schade door Citizens is vergoed. In de polisvoorwaarden van voormelde verzekering wordt door een bestuurder die niet in het bezit is van een geldig rijbewijs veroorzaakte schade uitgesloten van verzekeringsdekking.

3.HET VERZOEK EN HET VERWEER

3.1 [
gedaagde] meent grond te hebben om van [Naam X] vrijwaring te vorderen en verzoekt op voet van artikel 71 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering oproeping van laatstgenoemde te bevelen teneinde hem te laten veroordelen in al hetgeen waartoe zij jegens Citizens veroordeeld zal worden.
3.2 [
gedaagde] grondt het verzoek erop dat het ongeval niet door haar is veroorzaakt, maar door [Naam X], haar toenmalige echtgenoot. [gedaagde] was er niet van op de hoogte dat [Naam X] niet over een geldig rijbewijs beschikte. [Naam X] heeft haar voorts te kennen gegeven dat hij de door het ongeval veroorzaakte schade voor zijn rekening zal nemen, aldus [gedaagde].
3.3
Citizens heeft het verweer gevoerd dat [gedaagde] aldus niet aannemelijk heeft gemaakt dat [Naam X] krachtens enige rechtsverhouding tot haar verplicht is om de nadelige gevolgen van een veroordeling in de hoofdzaak te dragen. Voorts zal de oproeping van [Naam X] in vrijwaring een onredelijke of onnodige vertraging van het geding met zich brengen, aldus Citizens.

4.DE BEOORDELING

4.1
Voor toewijzing van de vordering tot oproeping in vrijwaring is voldoende dat blijkt dat de waarborg krachtens zijn rechtsverhouding tot de gewaarborgde verplicht is om de nadelige gevolgen van een veroordeling van de gewaarborgde in de hoofdzaak te dragen.
Indien aan het vereiste voor het toestaan van oproeping in vrijwaring in beginsel is voldaan, dient de rechter over te gaan tot een onderzoek van de belangen van partijen en de eisen van een doelmatige procesvoering teneinde te kunnen beoordelen of de oproeping tot vrijwaring in de omstandigheden van het geval op haar plaats is en meer in het bijzonder of daarvan wellicht onredelijke of onnodige vertraging van het geding te verwachten is.
4.2
Uit het door [gedaagde] aangevoerde begrijpt het gerecht dat zij heeft gesteld dat de rechtsverhouding tussen haar en [Naam X], krachtens welke laatstgenoemde verplicht is om de nadelige gevolgen van een veroordeling van [gedaagde] in de hoofdzaak te dragen, die uit onrechtmatige daad is. Nu het tot de mogelijkheden behoort dat een eventuele veroordeling van [Naam X] tot betaling van schadevergoeding aan [gedaagde] op grond van onrechtmatige daad er toe strekt dat [Naam X] gehouden is de nadelige gevolgen van een veroordeling van [gedaagde] in de hoofdzaak te dragen, is aan de vereisten voor oproeping in vrijwaring in beginsel voldaan. Voorts is van toewijzing van het verzoek weliswaar enige, maar geen onredelijke of onnodige, vertraging van het geding te verwachten. Niet is gesteld of gebleken dat Citizens door toewijzing van het verzoek in enig ander belang zou worden geschaad. Gelet hierop zal het verzoek worden toegewezen.
4.3
De beslissing over de proceskosten van dit incident wordt aangehouden tot in de hoofdzaak wordt beslist.

5.DE UITSPRAAK:

De rechter in dit gerecht:
wijst het verzoek toe;
beveelt [Naam X] , wonend in Aruba, in vrijwaring op te roepen tegen de zitting van 21 maart 2018, onder overlegging van het inleidend verzoekschrift en de conclusie van antwoord in de hoofdzaak, de incidentele conclusie van eis tot oproeping in vrijwaring en dit vonnis in het incident, ten einde te worden gehoord op de vordering tot veroordeling van hem om aan [gedaagde] te vergoeden, hetgeen waartoe zij in de hoofdzaak jegens Citizens zal worden veroordeeld;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E.B. de Haseth, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 februari 2018 in aanwezigheid van de griffier.