ECLI:NL:OGEAA:2018:120
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van aanvraag voor verlenging en uitbreiding van Aircraft Maintenance License op basis van onvoldoende bewijs van werkzaamheden bij vliegtuigonderhoudsbedrijf
In deze zaak heeft appellant op 29 oktober 2015 een aanvraag ingediend voor de verlenging van zijn 'Aircraft Maintenance (AME) License' en uitbreiding van zijn bewijs van bevoegdheid voor vliegtuigen van de categorie AB2Z. De Minister van Toerisme, Transport, Primaire Sector en Cultuur heeft deze aanvraag afgewezen op 15 januari 2016, met de reden dat appellant niet had aangetoond dat hij de werkzaamheden onder supervisie van een erkend vliegtuigonderhoudsbedrijf had verricht. Appellant heeft hiertegen bezwaar aangetekend, maar dit werd op 5 mei 2017 ongegrond verklaard. Vervolgens heeft appellant beroep ingesteld, dat op 12 maart 2018 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld.
Het gerecht heeft vastgesteld dat appellant in de 24 maanden voorafgaand aan zijn aanvraag niet heeft aangetoond dat hij de vereiste werkzaamheden heeft verricht in een functie bij een vliegtuigonderhoudsbedrijf, zoals voorgeschreven in artikel 104 van de Regeling luchtwaardigheid (Rlw). Appellant stelde dat hij wel voldeed aan de voorwaarden, maar het gerecht oordeelde dat hij niet met feiten en omstandigheden aannemelijk heeft gemaakt dat hij aan de eisen voldeed. De minister had terecht het verzoek van appellant om verlenging en uitbreiding van zijn licentie afgewezen, omdat appellant niet kon aantonen dat hij de werkzaamheden had verricht zoals vereist.
De uitspraak werd gedaan door mr. D.J. Jansen en het beroep werd ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof, dat binnen zes weken na de dag van de uitspraak moet worden ingesteld.