ECLI:NL:OGEAA:2017:917

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
19 oktober 2017
Publicatiedatum
27 november 2017
Zaaknummer
504 van 2017
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbouwen en bezit van marihuana met beroep op overmacht in de zin van noodtoestand

In deze zaak heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het verbouwen en in bezit hebben van marihuana. De raadsvrouw van de verdachte heeft een beroep gedaan op overmacht in de zin van noodtoestand, stellende dat de gekweekte cannabis medisch noodzakelijk was voor het maken van cannabisolie voor de terminaal zieke vader van de verdachte. Tijdens het onderzoek ter terechtzitting is echter gebleken dat de verdachte op de hoogte was van de wettelijke mogelijkheden voor cannabisgebruik om gezondheidsredenen, maar dat er geen bewijs was dat hij en zijn vader deze mogelijkheden hebben geprobeerd te benutten. De stelling van de verdachte dat hij cannabis voor zijn vader kweekte, werd ongeloofwaardig geacht door het gerecht, gezien de vele contra-indicaties en het feit dat er veel mensen bij de verdachte aan de deur kwamen, ook 's nachts. Het gerecht heeft geoordeeld dat de verdachte niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij de marihuana uitsluitend voor zijn zieke vader heeft geteeld. Het beroep op noodtoestand werd verworpen, en de verdachte werd veroordeeld voor het verbouwen en in bezit hebben van marihuana. De rechter legde een gevangenisstraf op van 190 dagen, waarvan 18 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, en een taakstraf van 240 uur, met 120 dagen vervangende hechtenis bij niet-naleving.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
S T R A F V O N N I S
in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], te [adres].

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 28 september 2017. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. Z.T.M. Arendsz-Marchena.
De officier van justitie, mr. T. Akkerman, heeft ter terechtzitting gevorderd de verdachte ter zake de feiten te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 190 dagen (waarvan 18 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren), met aftrek van voorarrest. Tevens is gevorderd om aan verdachte een taakstraf op te leggen, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 240 uur, met 120 dagen vervangende hechtenis.
verdovende middelen.
De raadsvrouw heeft het woord tot verdediging gevoerd aan de hand van de door haar overgelegde pleitnota.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd:
1. Dat hij in of omstreeks de periode van 1 augustus 2016 tot en met 10 december 2016 in Aruba, opzettelijk planten van het geslacht Cannabis heeft verbouwd;

(artikel 2 van de Landsverordening verdovende middelen)

2. Dat hij op of omstreeks 11 december 2016 in Aruba opzettelijk (2545,1 gram) hennep, althans enige gebruikelijke bereiding waaraan de hars die uit hennep wordt getrokken ten grondslag ligt, als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Landsverordening verdovende middelen of in de Regeling aanwijzing verdovende middelen I, in bezit heeft gehad en/of aanwezig heeft gehad;

(artikel 4 lid 1 van de Landsverordening verdovende middelen)

3.Voorvragen

Geldigheid van de dagvaarding
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke vereisten voldoet en dus geldig is.
Bevoegdheid van het gerecht
Krachtens de wettelijke bepalingen is het gerecht bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
Ontvankelijkheid van de officier van justitie
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
Redenen voor schorsing van de vervolging
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging gebleken.

4.Bewijsbeslissingen

Bewezenverklaring
Het gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat het bewezen acht:
1. Dat hij in
of omstreeksde periode van 1 augustus 2016 tot en met 10 december 2016 in Aruba, opzettelijk planten van het geslacht Cannabis heeft verbouwd;

(artikel 2 van de Landsverordening verdovende middelen)

2. Dat hij op
of omstreeks11 december 2016 in Aruba opzettelijk (2545,1 gram) hennep,
althans enige gebruikelijke bereiding waaraan de hars die uit hennep wordt getrokken ten grondslag ligt, als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Landsverordening verdovende middelen of in de Regeling aanwijzing verdovende middelen I, in bezit heeft gehad
en/of aanwezig heeft gehad;

(artikel 4 lid 1 van de Landsverordening verdovende middelen)

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.

5.Bewijsmiddelen

De overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de navolgende wettige bewijsmiddelen zijn vervat, waarbij ieder bewijsmiddel, ook in onderdelen, telkens slechts wordt gebezigd voor het bewijs van het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Voor zover de hieronder opgenomen bewijsmiddelen worden aangeduid als ‘bijlage’, betreft het bijlagen bij het proces-verbaal van het Korps Politie Aruba, administratienummer A-74/2016, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 1 maart 2017 gesloten en getekend door [verbalisant 1], brigadier bij voormeld korps, met bijbehorende bijlagen.
* Een proces-verbaal van melding marihuana plantage [woonadres], bijlage 1, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 11 december 2016 gesloten en getekend door [verbalisant 2], [verbalisant 3], [verbalisant 4] en [verbalisant 5], respectivelijk briegadiers en agenten eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, allen ingedeeld bij de Sectie Surveillance District 2 (Noord), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op zondag, 12 december 2016 omstreeks 11:15 uur, stuurde de wachtcommandant ons, naar het adres Sabana liber voor een burenruzie. De melder [ buurman 1] verklaarde dat hij veel last heeft van motorvoertuigen die op zijn terrein rijden om naar zijn buurman wonende te [woonadres] te Noord te gaan. Tevens verklaarde de melder dat hij vermoed dat bij het perceel [woonadres], drugsverkoop en andere verdachte situatie gaande is. Hierna reden wij, verbalisanten, naar het het perceelnummer [perceelnummer]. Aangekomen bij het perceel [woonadres] zagen wij een stilstaande geparkeerde auto van het merk
Toyota, model Mark X, wit van kleur en gekentekend [kentekennummer] voor het perceel te [woonadres]. Toen wij de patrouille auto achter de voornoemde auto parkeerden stapte een jongen uit voornoemde auto die later bleek te zijn genaamd, [zoon verdachte], geboren op Aruba, op [geboortedatum] en wonende te [woonadres] te Noord, Aruba. Vervolgens zagen wij, verbalisanten dat er nog twee andere jonge mannen in de auto zaten. Bij het aanspreken van de jonge mannen roken wij, verbalisanten, een sterke geur van Marihuana die afkomstig was vanuit voornoemde auto. Tevens zag ik, [verbalisant 3], een plastic zakje met een kruid lijkend naar Marihuana, op de grond naast de auto. [zoon verdachte] verklaarde dat zijn vader bij het perceel [woonasdres] woont en dat ze bij hem op bezoek waren. De verdachten werden aangehouden ter zake overtreding van artikel 4 van de Landsverordening verdovende middelen en werden naar de politiewacht te Shaba gebracht. Wij, [verbalisant 4], [verbalisant 5] en [verbalisant 2], liepen naar de woning om de vader aan te spreken. Tevens kregen wij, verbalisanten, een sterke geur van marihuana die afkomstig was vanuit de woning. Wij zagen dat de ramen geïsoleerd waren met een soort silicone lijm. Na de aanhouding werden wij, [verbalisant 4] en [verbalisant 3], benadert door twee andere buurtbewoners.
Beide buurtbewoners verklaarden dat ze last hebben van onbekende personen die op bezoek komen bij het adres [woonadres]. Verder verklaarden beiden dat zij overlast hebben van muziek in de nachtelijke uren van voornoemd perceel en dat er verschillende auto’s en personen het perceel [woonadres], gedurende de dag en nachtelijke uren, komen bezoeken.
* Een proces-verbaal van huiszoeking te [woonadres], bijlage 3, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 20 december 2016 gesloten en getekend door [verbalisant 6], hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, en ingedeeld bij de unit Georganiseerde Criminaliteit, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In verband met vorenstaande bevindingen ging het onderzoeksteam met de verdachte wederom naar de woning [woonadres], teneinde het een en andere nader te onderzoeken. De nader te noemen verdachte [verdachte] deed open. Desgevraagd verklaarde hij de bewoner te zijn van de woning te [woonadres] en vader van verdachte [zoon verdachte]. De vader van de verdachte [zoon verdachte] werd op de hoogte gesteld van de aanhouding van zijn zoon. Op de vraag of het onderzoeksteam een onderzoek in de woning moet verrichten, verklaarde hij in eerste instantie: “Nou nee, nu eigenlijk niet, want ik ben aan het eten.”
De bewoner zei verder dat hij niets had en gaf uitdrukkelijk toestemming aan de hulpofficier van justitie om een onderzoek in zijn woning te verrichten. De bewoner zei namelijk:
“Dal bai boso por drenta” (ga jullie gang, jullie kunnen binnen komen).
De hulpofficier van justitie stapte de woning naar binnen en keek rond. Toen hij de tweede voordeur van de woning wou openmaken stond deze op slot. Desgevraagd verklaarde de bewoner dat hij die zijde van de woning aan een Nederlander verhuurde. Het onderzoeksteam zag dat aan de onderzijde van deze deur geel schuim was aangebracht. Het leek of de deur met geel schuim was geïsoleerd. De hulpofficier van justitie vroeg aan de bewoner of hij de sleutel van deze voordeur had. De bewoner ontkende dit.
Op 11 december 2016 te 15:21 uur, gaf de rechter-commissaris mondeling toestemming tot binnentreden woning ter huiszoeking. Door personeel van de Maritieme politie werd de deur geopend.
De hulpofficier trad de woning binnen met enkele collega’s en troffen in twee kamers een hoeveelheid op marihuana gelijkende planten in een zogenaamd binnen huis plantage.
In verband met het bevel van de officier van justitie, heb ik [verbalisant 6], op heterdaad van overtreding van artikel 2, artikel 4 c.q. artikel 11-C aangehouden, de man die bleek te zijn:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], van beroep [bereop] bij [onderming] (werkloos) en wonende te [woonadres] te Noord op Aruba.
Verdeling woning
De woning betrof een drie verdiepingswoning en onderverdeeld in de navolgende ruimte:
Verdieping
Ruimtes
Bijzonderheid
Kelder
(
linkerzijde woning)
Twee kamers en een waskamer
2 fasen Kwekerij gedeelte
Begane grond
(rechterzijde woning)
Woonkamer, keuken, slaapgedeelte, toilet
woongedeelte
2de verdieping
(linkerzijde woning)
Kamer en badkamer met douche
Marihuana oogst en droog kamer
Inbeslagname met betrekking tot kwekerij
Gedurende de husizoeking werden verschillende voorwerpen aangetroffen met betrekking tot de kwekerij van de binnenhuis marihuana plantage die voor het onderzoek van belang konden zijn.
Tabel 4
Plaats woning
Vindplaats
Beschrijving goed
Kamer 1
35 marihuana planten met bloeiende toppen
Kamer 2
37 marihuana planten met bloeiende toppen
Tabel 5
Plaats woning
Vindplaats
Beschrijving goed
Kamer 3
76 marihuana planten met bloeiende toppen, klaar om geoogst te worden
Kamer 3 bleek een marihuana oogst en droog ruimte te zijn. Er stonden onder anderen twee houten stoelen, een houten kast met radio en scharen, die kennelijk gebruikt werden om de marihuana toppen te knippen om te laten drogen in de droog hang netten.
* Een proces-verbaal van onderzoek [kentekennummer 2], bijlage 7, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 21 december 2016 gesloten en getekend door [verbalisant 7], hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, en ingedeeld bij de Unit Georganiseerde Criminaliteit, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 11 december 2016 werd aangehouden de man die bleek te zijn: [verdachte].
Naar aanleiding hiervan werd een onderzoek verricht in de zwarte Lincoln voorzien van het kenteken [kentekennummer 2]. Gedurende dit onderzoek, trof ik, in de middel console een donkerkleurig zakje inhoudende een doorzichtig platic zakje inhoudende op marihuana lijkend kruid.
* Een proces-verbaal van Beschrijving wegen, testen en verzenden monsters, bijlage 8, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 12 december 2016 gesloten en getekend door [verbalisant 8], hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba en tijdelijk ingedeeld bij de unit Georganiseerde Criminaliteit, [verbalisant 7] hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba en ingedeeld als specialist/rechercheur bij de unit Georganiseerde Criminaliteit en [verbalisant 6], brigadier eerste klasse bij het Korps Politie Aruba en tijdelijk ingedeeld bij de Unit Georganiseerde Criminaliteit, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 12 december 2016, begonnen wij met een onderzoek aan de inbeslaggenomen verdovende middelen, aangetroffen in het perceel [woonadres] en in de zwarte personenauto van het merkt : “Lincoln”, voorzien van het kentekenplaat [kentekennummer 2], kennelijk behordende aan de verdachte genaamd: [verdachte].
Bevindingen
De inbeslaggenoemen verdovende middelen betroffen:
  • 3 bruine papieren zakken inhoudende en groen op marihuana gelijkende kruid;
  • Een doorzichtig plastic ziplock zakje inhoudende een hoeveelheid op marihuana gelijkende
kruid, aangetroffen in een Wendy’s papieren zakje;
- Een doos met opschrift: Hamilton Beach Cordless Kettle, met daarin een doorzichtig plastic
zak, inhoudende een hoeveelheid op marihuana gelijkende kruid;
- Een oranje koelbox met daarin een doorzichtig plastic zak, inhoudende een hoeveelheid op
marihuana gelijkende kruid;
- Een zwart plastic zakje, met daarin een doorzichtig plastic ziplock zakje inhoudende een
hoeveelheid op marihuana gelijkende kruid, aangetroffen in de zwarte Lincoln [kentekennummer 2].
Papieren zakken met marihuana
De marihuana kruiden in de 3 bruine papieren zakken, betrof de marihuana die op de 1ste verdieping van perceel [woonadres], in de zogenaamde witte droog rekken werden aangetroffen. Het betroffen 2 witte droog rekken, elk met een hoeveelheid marihuana. Op de bruine papieren zakken stond vermeld van welk droog rek de marihuana afkomstig was. De hoeveelheid marihuana kruiden van droog rek 1 werden tijdens de huiszoeking in 1 papieren zak geplaatst en de hoeveelheid marihuana kruiden van droog rek 2 werden in twee papieren zakken geplaatst.
Waarmerken papieren zakken
Wij verbalisanten, hadden de hoeveelheid marihuana van droog rek allemaal in 1 grote doorzichtige bewijs zak geplaatst en gewaarmerkt met “D1”. De hoeveelheid marihuana van droog rek 2 werd in 1 grote doorzichtig bewijs zak en 1 ziplock zakje geplaatst. Deze werden met “D2” gewaarmerkt.
Wegen D1 en D2
Ik, [verbalisant 8], had vervolgens de doorzichtige zakken en zakje op een geijkte fijnweger gewogen. De gewichten bedroegen:
WEGEN
Waarmerk
Gewicht
D1
845,7 gram
D2
933,2 gram
D2
93,6 gram
Totaal
1026,8 gram
Test Marihuana
Hierna, had ik, [verbalisant 6], een klein hoeveelheid van de marihuana kruid vanuit de doorzichtige plastic bewijs zak gewaarmerkt met “D1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit in die zin dat nadat de vloeistof in het buisje in aanraking was gekomen met de kruid, deze in een paarse kleur veranderde, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Monsterneming marihuana
Ik, [verbalisant 7], heb vervolgens een klein hoeveelheid van de marihuana gelijkende kruid vanuit de doorzichtige plasticbewijs zakken “D1” en “D2” genomen en in twee afzonderlijke potjes gedaan. Deze potjes werden met “D1” en “D2” gewaarmerkt.
Doorzichtig plastic ziplock zakje aangetroffen in Wendy’s papieren zakje
In de keukenkast van een eerder genoemd perceel, werd een wit zak van “Wendy’s” aangetroffen, met daarin een doorzichtig plastic ziplock zakje inhoudende een op marihuana gelijkende kruid.
Waarmerken doorzichtig plastic ziplock zakje
Ik, [verbalisant 8], had vervolgens het doorzichtig plastic ziplock zakje op een geijkte fijnweger gewogen. De gewichten bedroegen:
Waarmerk
Gewicht
W1
11,4 gram
Test Marihuana
Hierna, had ik, [verbalisant 6], een klein hoeveelheid van de marihuana kruid vanuit de doorzichtige plastic ziplock zakje gewaarmerkt met “W1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit in die zin dat nadat de vloeistof in het buisje in aanraking was gekomen met de kruid, deze in een paarse kleur veranderde, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Monsterneming marihuana
Ik, [verbalisant 7], heb vervolgens een klein hoeveelheid van de marihuana gelijkende kruid vanuit de doorzichtige plastic ziplock zakje gewaarmerkt met “W1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Doos Hamilton Beach
In een doos “Hamilton Beach Cordless Kettle” werd er een doorzichtig plastic zak inhoudende een op marihuana gelijkende kruiden aangetroffen.
Waarmerken doorzichtig plastic zak
Ik, [verbalisant 7], heb deze doorzichtig plastic zakje vanuit de Hamliton Beach doos met “H1” gewaarmerkt.
Wegen
Ik, [verbalisant 8], had vervolgens de doorzichtig platic zak op een geijkte fijnweger gewogen. Het gewicht bedroeg:
Waarmerk
Gewicht
H1
12,6 gram
Test Marihuana
Hierna, had ik, [verbalisant 6], een klein hoeveelheid van de marihuana kruid vanuit de doorzichtige plastic zak gewaarmerkt met “H1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Monsterneming marihuana
Ik, [verbalisant 7], heb vervolgens een klein hoeveelheid van de marihuana gelijkende kruid vanuit de doorzichtige plastic zak “H1” genomen en in 1 potje gedaan. Dit potje had ik, met “H1” gewaarmerkt.
Oranje koelbox
In een oranje koelbox werd er een doorzichtig plastic zak inhoudende een op marihuana gelijkende kruiden, blaadjes en takjes aangetroffen.
Waarmerken doorzichtig plastic zak
Ik, [verbalisant 7], heb deze doorzichtig plastic zakje vanuit de oranje koelbox met “O1” gewaarmerkt.
Wegen O1
Ik, [verbalisant 8], had vervolgens de doorzichtig platic zak op een geijkte fijnweger gewogen. Het gewicht bedroeg:
Waarmerk
Gewicht
O1
629,0 gram
Test Marihuana
Hierna, had ik, [verbalisant 6], een klein hoeveelheid van de marihuana kruid vanuit de doorzichtige plastic zak gewaarmerkt met “O1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Monsterneming marihuana
Ik, [verbalisant 7], heb vervolgens een klein hoeveelheid van de marihuana gelijkende kruid vanuit de doorzichtige plastic zak “O1” genomen en in 1 potje gedaan. Dit potje had ik, met O1” gewaarmerkt.
Ziplock zakje Lincoln [KENTEKENNUMMER 2]
In de zwarte personenauto van het merk: “Lincoln”, voorzien van kentekenplaat [kentekennummer 2] werd een zwarte plastic zak aangetroffen, met daarin een doorzichtig plastic ziplock zakje inhoudende een op marihuana gelijkende kruiden.
Waarmerken doorzichtig plastic ziplock zak
Ik, [verbalisant 7], heb deze doorzichtig plastic ziplock zakje, aangetroffen in de zwarte Lincoln met “L1” gewaarmerkt.
Wegen L1
Ik, [verbalisant 8], had vervolgens de doorzichtig platic ziplock zak op een geijkte fijnweger gewogen. Het gewicht bedroeg:
Waarmerk
Gewicht
L1
19,6 gram
Test Marihuana
Hierna, had ik, [verbalisant 6], een klein hoeveelheid van de marihuana kruid vanuit de doorzichtige plastic ziplock zak gewaarmerkt met “L1” genomen, in 1 buisje bestemd voor het testen van marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
Monsterneming marihuana
Ik, [verbalisant 7], heb vervolgens een klein hoeveelheid van de marihuana gelijkende kruid vanuit de doorzichtige plastic ziplock zak “L1” genomen en in 1 potje gedaan. Dit potje had ik, met L1” gewaarmerkt.
Totaal gewicht verdovende middelen
Soort
Gewicht
Marihuana
2.545,1 gram
Marihuana planten [woonadres]
Bij de woning [woonadres] werden in totaal in de woning de navolgende aantal planten aangetroffen.
Woning
Gedeelte woning
Aantal planten
Totale planten
Begane grond
Kamer 1
35
Begane grond
Kamer 2
37
1ste verdieping
Kamer 3
76
148
Nadat de marihuana planten tot aan de hoogte van de potgrond geknipt werden, werden zij op de grond gelegd en gemeten. De marihuanaplanten hadden lengtes van plusminus 95 centimeter tot en met 120 centimeter hoog. Alle marihuana planten hadden bloeiende toppen.
Opgemerkt moet worden dat de marihuana planten in elke kamer, een broei periode vertoonde. In kamer 3 op de 1ste verdieping waren alle planten kennelijk de eind periode voor het oogsten aan het bereiken en/of geoogst moest worden. Op de droogrekken lagen de geoogste geknipte bloeiende toppen die moesten drogen.
Ter overbrenging van de inbeslaggenomen marihuanaplanten werden deze in grote zwarte vuilniszakken geplaatst en ter bewaring naar het bureau van de Unit Georganiseerde Criminaliteit overgebracht. In totaal werden deze 148 marihuana planten in 5 grote zwarte vuilniszakken geplaatst.
Monsterneming marihuana plant
Ik, [verbalisant 7], had vanuit een van de zwarte vuilnis zakken een stukje van een bloeiende top aangetroffen en in 1 potje gedaan. Dit potje had ik, [verbalisant 7], met “Z” gewaarmerkt.
Test Marihuana plant
Ik, [verbalisant 7], had hierna vanuit een andere zwarte vuilniszak een stukje van een bloeiende top afgebroken, in 1 buisje bestemd voor het testen van de marihuana gedaan en de zogenaamde fieldtest werd genomen. Deze test viel positief uit, hetgeen de aanwezigheid van hennep aanduidt.
De hierboven genoemde potjes werde voorzien vanhet opschrift: “UNIT. GEORG. CRIM”; Mut.: 433239; Zaak: “[naam zaak]”; verd. : [verdachte]; Potje(s): D1, D2,W1, H1, O1, L1 en Z; Verbal.; [verbalisant 8].
* Een geschrift, te weten een rapport van het Bureau Forensisch Technische Onderzoeken, op ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend door [verbalisant 9], Toxicoloog, op 14 maart 2017, voor zover inhoudende, als bevindingen van genoemde deskundige, zakelijk weergegeven:
Het aangeboden materiaal, met de kenmerken D1, D2,W1, H1, O1, L1 en Z bevat thc.
* Een proces-verbaal van verhoor van de verdachte [veradchte], bijlage 10 in de wettelijke vorm opgemaakt en gesloten op 15 december 2016 door de verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 10], beiden hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba en ingedeeld bij de Unit Georganiseerde Criminaliteit voor zover van belang inhoudende, zakelijk weergegeven:
De marihuana plantage dat de politie thuis bij mij hadden aangetroffen zijn van mij. Ik denk dat ik meer dan 100 marihuanaplanten thuis had. Ik kweek marihuana thuis om cannabisolie van te krijgen voor mijn vader. Nadat mijn dochter [dochter verdachte] weg was gegaan begon ik mijn marihuanaplanten te kweken. Dit was begin augustus 2016, dat ik met kweken van marihuanaplanten was begonnen. De marihuanaplanten die op de eerste verdieping werden aangetroffen zijn ongeveer drie maanden geleden geplant. De marihuanaplanten dat beneden werden aangetroffen zijn ongeveer twee maanden geleden geplant. In de maand oktober 2016, had ik voor het eerst geoogst. Ik heb in totaal vier personen geholpen met cannabis olie. Ik help mijn vader ook met cannabis olie.
Vanuit de bloeiende toppen worden cannabisolie weggehaald. De bloeiende toppen hebben alleen THC. Ik heb alles alleen gedaan. Ik heb alles zelf gekocht en geinstalleerd. Ik heb mijn huis zelf geinstalleerd. Ik heb een kennis van elektrische installatie. Het elektrische installatie voor het kwekerij is door mij zelf geinstalleerd.
De notities dat de politie in mijn woning heeft aangetroffen heeft niets te maken met het kweken van marihuanaplanten. Ik ben bezig met een andere business en heb verschillende berekeningen gemaakt. Ik wil niets over deze berekeningen nu gaan vertellen.
De laatste tijd heb ik probleem met het betalen van mijn hypotheek.
Ik kan mijn schulden niet nakomen. Ik heb schulden bij de Island Finance, Banko di Caribe, Crown en bij Arubabank.
* Een proces-verbaal van 3de verhoor van de verdachte [verdachte], bijlage 11 in de wettelijke vorm opgemaakt en gesloten op 19 december 2016 door de verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 10], beiden hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba en ingedeeld bij de Unit Georganiseerde Criminaliteit voor zover van belang inhoudende, zakelijk weergegeven:
De bij de huiszoeking onder ander aangetroffen in een blauw kleurige geruite schrift, een bruin kleurige Notebook en een klein bloknote berekeningen van geldbedragen, zijn berekeningen van dingen die ik bezig ben om een zaak te beginnen. Ik had berekeningen gedaan om te zien of het rendabel is om met een zaak te beginnen. Het is nog geheim.
Ik heb de naam [verzonnennaam 1] en [verzonnennaam 2] gewoon verzonnen.
De marihuana op de aan mij getoonde fotobladen 35, 36 en 37 zijn van mij.
Bewijsoverwegingen
De raadsvrouw heeft een beroep gedaan op overmacht in de zin van noodtoestand. Zij heeft daartoe aangevoerd dat de bij verdachte aangetroffen gekweekte cannabis medisch noodzakelijk was voor het maken cannabisolie die dan bestemd was voor de terminaal zieke vader van verdachte. Hierdoor verkeerde verdachte in een specifieke noodtoestand, waarbij hij in het conflict tussen het maatschappelijke belang bij naleving van de Landsverordening verdovende middelen en het belang van de bestrijding van de ziekte van zijn vader en de verschijnselen ervan, gerechtvaardigd mochten kiezen voor hun eigen belang ten nadele van het maatschappelijke belang. De raadsvrouw verzoekt het gerecht derhalve om de verdachte deswege te ontslaan van alle rechtsvervolging.
De door de verdachte overtreden verboden strekken tot bescherming van de volksgezondheid vanwege de effecten van verdovende middelen voor de volksgezondheid, alsmede de openbare veiligheid vanwege de criminaliteit die de verboden handel in verdovende middelen met zich brengt. Het verbod is echter niet absoluut. De wetgever heeft in artikel 7, tweede en derde lid, van de Landsverordening verdovende middelen welbewust ruimte geschapen voor de individuele gebruiker om aan zijn noodzakelijke behoeften te voldoen, door te voorzien in een uitzondering voor het medicinale gebruik van cannabis. Daarmee wordt de mogelijkheid voor gebruik van cannabis om gezondheidsredenen, gewaarborgd. Uit het onderzoek ter terechtzitting is voorts gebleken dat de verdachte van de door de wetgever gecreëerde mogelijkheid voor cannabisgebruik om gezondheidsredenen, op de hoogte was. Ter terechtzitting is echter niet vast komen te staan dat verdachte en diens vader van deze mogelijkheid, getracht hebben gebruik te maken. Verdachtes stelling dat hij cannibis voor zijn vader kweekte is ongeloofwaardig. Hiervoor zijn er te veel contraindicaties. Zo waren er veel mensen bij verdachte aan de deur, ook gedurende de nachtelijk uren, zoals blijkt uit verklaringen van omwonenden. Voorts zijn er bij verdachte aantekeningen met berekeningen aangetroffen die op een dealerinidicatie duiden. Verdachte heeft daarover aanvankelijk niet willen verklaren en later, ter zitting, een verklaring afgelegd die in vaagheden is blijven steken. Zijn verklaring over de berekeningen is daarom ongeloofwaardig. Daarnaast had verdachte veel schulden. Onder deze omstandigheden is niet aannemelijk geworden dat verdachte de marihuana heeft geteeld enkel om voor zijn zieke vader cannabisolie te produceren. Het verweer dat van een noodtoestand sprake was, wordt verworpen.
Hennep is een ingevolge de Landsverordening verdovende middelen verboden substantie. Zoals gezegd, strekt dit verbod tot bescherming van de volksgezondheid vanwege de effecten van verdovende middelen voor de volksgezondheid, alsmede de openbare veiligheid vanwege de criminaliteit die de verboden handel in verdovende middelen met zich brengt. Dit verbod dient naar het oordeel van het gerecht te worden beschouwd als noodzakelijk in een democratische samenleving. De door verdachte naar voren gebrachte omstandigheid dat in Nederland tot legalisering van gebruik van hennep is overgegaan, is onvoldoende om tot de conclusie te komen dat het standpunt dat de wetgever hier te lande inneemt niet langer verdedigbaar is. Zolang de wetgever van Aruba deze regels niet wijzigt, blijft het kweken van cannabis op Aruba strafbaar. Van enig gedoogbeleid is niet gebleken.

6.Kwalificatie en strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
1. Opzettelijk handelen in strijd met artikel 2 van de Landsverordening verdovende middelen,
strafbaar gesteld bij artikel 11 van de Landsverordening verdovende middelen.
2. Opzettelijk handelen in strijd met artikel 4, eerste lid, onder C, van de Landsverordening verdovende middelen,
strafbaar gesteld bij artikel 11 van de Landsverordening verdovende middelen.
Het bewezenverklaarde is strafbaar, nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid ervan opheffen of uitsluiten.

7.Strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid opheffen of uitsluiten.

8.Oplegging van straf of maatregel

Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het verbouwen en bezit van marihuana. Van verdovende middelen is algemeen bekend dat deze bij ongecontroleerd gebruik verslavend kunnen werken en voor de gezondheid van personen schadelijk kunnen zijn, met alle gevolgen voor de gebruikers en de samenleving van dien. Hetgeen door en namens de verdachte op dit punt naar voren is gebracht heeft het gerecht niet van het tegendeel kunnen overtuigen. Het gebruik van verdovende middelen houdt bovendien de handel daarvan in stand en gaat vaak gepaard met het plegen van andere strafbare feiten ter financiering van de behoefte aan deze verdovende middelen.
Ten voordele van verdachte geldt dat hij niet eerder voor een soortgelijk feit met politie en/of justitie in aanraking is geweest. Het gerecht neemt voorts in aanmerking dat uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting voldoende aannemelijk is geworden dat verdachte de marihuana verbouwde.
Alles afwegende ziet het gerecht aanleiding om aan verdachte een gevangenisstraf en een werkstraf op te leggen van na te melden duur. Het gerecht zal een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen teneinde verdachte in te scherpen zich gedurende de proeftijd niet weer aan misdrijf schuldig te maken.

9.Inbeslaggenomen voorwerp(en)

A.
Onttrekking aan het verkeer
Ten aanzien van de in beslaggenomen verdovende middelen zal onttrekking aan het verkeer worden uitgesproken, omdat het feit met betrekking tot die voorwerpen is begaan en deze voorwerpen van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang.

11.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en maatregel zijn mede gegrond op de artikelen 1:13, 1:19, 1:20, 1:45, 1;46, 1:62 en 1:74 en 1:75 van het Wetboek van Strafrecht.

12.Beslissing

Het gerecht:
verklaart bewezen dat de verdachte de tenlastegelegde feiten zoals hierboven bewezen geacht heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte hiervoor strafbaar;
kwalificeert het bewezenverklaarde als hierboven omschreven;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
honderdnegentig (190) dagen;
bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
beveelt dat van deze straf een gedeelte, groot
honderdtachtig(
180) dagen dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij later anders mocht worden gelast op grond dat de veroordeelde zich vóór het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt bepaald op twee (2) jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van tweehonderdveertig (240) uren, onder begeleiding en toezicht van de Stichting Reclassering en Jeugdbescherming Aruba, te voltooien binnen één (1) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis. Bij het niet naar behoren verrichten van deze taakstraf zal vervangende hechtenis worden toegepast voor de duur van honderdtwintig (120) dagen;
onttrekt aan het verkeerde in rubriek 9A genoemde voorwerpen;
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. C.W.M. Giesen en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit gerecht op 19 oktober 2017, in tegenwoordigheid van de griffier.
De rechter is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.