5.Bewijsmiddelen
De overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de navolgende wettige bewijsmiddelen zijn vervat.
Voor zover de hieronder opgenomen bewijsmiddelen worden aangeduid als ‘bijlage’, betreft het bijlagen bij het proces-verbaal van het Korps Politie Aruba, Divisie Algemene Recherche, administratienummer [nummer], in de wettelijke vorm opgemaakt en op 29 juni 2017 gesloten en ondertekend door [verbalisant], brigadier eerste klasse, bij voormeld korps.
1. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant], agent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van bevindingen-zakelijk weergegeven-:
Op 27 april 2017 omstreeks 4:15 uur reed ik op de [naam weg] in de richting van [nachtclub]. Vlak voordat ik de afslag om naar [nachtclub] voorbij reed, zag ik een tegemoet komend voertuig. Dit voertuig kwam vanuit westelijke richting en reed in oostelijke richting. Het voertuig was van het merk [merk auto] en had een donkere kleur. Aangezien er veel auto’s en mensen buiten de [nachtclub] waren, richtte ik mijn aandacht op de [nachtclub]. Op dat zelfde moment hoorde ik 2 a 3 schoten. Bedoelde schoten waren luid en het klonk van dichtbij te zijn. Toen ik weer vooruit keek zag ik dat voornoemd voertuig van het merk [merk auto] zijn koplampen uit deed. Ik zag vervolgens dat de mede inzittende (rechterzijde) van het voertuig, gedeeltelijk met zijn lichaam buiten het raam van het voertuig was. Hij trok op dat moment zijn lichaam binnen het voertuig terug en ging zitten. Ik verlaagde mijn snelheid en hoorde een omstander schreeuwen: “Cuidao! Cuidao! E hendenan einan di e auto preto a caba di tira” (vrije vertaling verbalisant: “
Kijk uit! Kijkt uit! De mensen vanuit die zwarte auto hebben net geschoten”). Ik zag op dat moment het voertuig naast mij en het reed met zeer hoge snelheid weg. Ik begon achter de [merk auto] te rijden.
2. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant 1], [verbalisant 2], [verbalisant 3] en [verbalisant 4], respectievelijk brigadier eerste klasse, brigadiers en agent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van bevindingen-zakelijk weergegeven-:
Op donderdag 27 april 2017 omstreeks 4.30 uur werden wij naar de [nachtclub] gedirigeerd voor een schietpartij. Onderweg werd aan ons doorgegeven dat een collega buiten dienst de personenauto van waaruit vermoedelijk de schoten werden gelost, aan het achtervolgen was en verder dat de personenauto zich in het gehucht [gehucht] bevond. Wij troffen de collega aan. Hij vertelde ons dat de personenauto voor een huis geparkeerd stond. Wij reden in de richting van bedoeld huis en zagen een grijze [merk auto] voor het perceel [perceel] geparkeerd staan. In het middenconsole van de auto werd onder meer een witte sok met daarin vijf scherpe revolverpatronen van het kaliber .38 mm aangetroffen. Als verdachten werden aangehouden [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2].
3. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant], brigadier eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van aangifte van[slachtoffer 1] -zakelijk weergegeven-:
Ik werk als uitsmijter bij nachtclub [nachtclub]. Op donderdag 27 april 2017 moest ik van 2.00 uur tot 6.00 uur werken bij de [nachtclub] nachtclub. Drie onbekende mannen waren bij de [nachtclub] gekomen en wilden niet betalen om de nachtclub in te gaan. Ze begonnen mij uit te schelden en te schreeuwen. Een van hen was een kleine blanke man en hij droeg een wit T-shirt. Hij was degene die het meest tegen mij schreeuwde en mij uitschold. Ik zag dat de mannen sterk onder invloed van alcohol verkeerden. De kleine man besloot om voor de tickets te betalen. Hierna kwam hij met zijn ticket om in de nachtclub te gaan. Terwijl hij gecontroleerd werd begon hij met iedereen ruzie te maken. Hierdoor werd met de drie mannen gesproken dat indien ze zich niet zouden gedragen ze niet de nachtclub in konden gaan. Hierna gingen ze door met ruzie maken, waardoor werd besloten dat ze niet in de nachtclub mochten gaan. De kleine man zei op dat moment in het Papiaments het volgende: “
No worry, nos ta bin bek pa boso.” Ik zag dat de kleine man mij bleef aankijken en zei in mijn richting: “
No worry, nos ta bin bek pa boso. Mi ta bin tira bo.” Ik voelde mij op dat moment bedreigd. Ik zag dat de drie mannen begonnen weg te lopen. Vervolgens hoorde ik dat de twee andere mannen de korte man aan het ophitsen waren. Tevens hoorde ik dat zij het volgende aan de kleine man herhaaldelijk bleven zeggen: “
Ban buska e co ey”. “Ban buske eco”. “
Ban buske”. Vervolgens zag ik dat de mannen met zijn drieën wegliepen. Hierna reed een grijze auto voor [nachtclub] nachtclub. Ik hoorde plotseling een geluid van een schot van een vuurwapen dat afging. Ik zag dat iemand vanuit de grijze auto had geschoten. De man richtte een vuurwapen in onze richting, namelijk de ingang van de [nachtclub] nachtclub. Terwijl de grijze auto in oostelijke richting doorreed, had de man nog een schot afgevuurd. Deze drie mannen had mij, mijn collega’s of zelfs klanten kunnen hebben geschoten of doodgemaakt.
4. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant], brigadier eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van aangifte van[slachtoffer 2] -zakelijk weergegeven-:
Ik ben een uitsmijter en werkzaam bij de [nachtclub] Nightclub. Ik had dienst op 27 april 2017 van 2.00 uur tot en met 7.00 uur. Ik had dienst samen met mijn collega’s [slachtoffer 1], [collega 1], [collega 2] en [collega 3]. Drie jongemannen kwamen bij de ingang van de [nachtclub] Nightclub. Ze wilden niet betalen om de nachtclub te bezoeken. Wij hadden hen geen toegang verleend zonder te betalen. Kort hierna ging een van de drie jongens een kaartje betalen om binnen te komen. Bedoelde jongen had een agressieve houding. Ik had de jongen geattendeerd op zijn houding en hierdoor mochten de drie jongemannen de nachtclub niet in. Hierna begonnen zij ons te beledigen en uit te dagen om met hen te komen vechten. Ik hoorde dat een van de drie jongemannen gekleed in wit T-shirt en met een blanke huidskleur in onze richting uitte: “
Pesey boso ta hanja bala. Wak pa boso prepara paso bala ta bai cue boso curpa.” Hierna gingen de drie jongemannen door met beledigen. Hierna liepen zij weg. [collega 1] en ik gingen achter hen aan met de bedoeling om hun auto te zien en hun kenteken te nemen. Ze hadden hun auto ver geparkeerd staan. Hierdoor keerden [collega 1] en ik terug naar de ingang van de nachtclub. Toen wij bij de ingang stonden zag ik een grijze auto. De auto reed in oostelijke richting naar de [naam weg} met een lage snelheid. Plotseling hoorde ik 3 a 4 harde klappen kennelijk van een afgevuurd vuurwapen. Ik was gaan schuilen om te voorkomen dat ik geraakt werd.
5. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op respectievelijk 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant], brigadier eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van 1e verhoor van de verdachte[medeverdachte 1] -zakelijk weergegeven-:
Op 26 april 2017 hadden [medeverdachte 2], [verdachte] en ik afgesproken dat ik beiden zou ophalen. Ik heb een grijze auto van het merk [merk auto]. We zijn naar [naam bar] Bar gegaan en bleven daar tot sluiting omstreeks 4.00 uur. Vervolgens stapten we in mijn auto. [medeverdachte 2] trad op als bestuurder. Ik zat naast hem in de auto en [verdachte] was achterin gaan zitten. Vervolgens reden we naar [nachtclub] nachtclub. Bij aankomst lieten de uitsmijters ons niet binnen. De uitsmijters zeiden dat we voor entree moesten betalen. We besloten om weg te gaan en liepen naar mijn auto. [medeverdachte 2] trad op als bestuurder. Ik zat naast hem en [verdachte] was achterin gaan zitten.
6. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op respectievelijk 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant 1] en [verbalisant 2], resp. brigadier eerste klasse en hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van 2e verhoor van de verdachte[medeverdachte 1] -zakelijk weergegeven-:
Ik ben vergeten te vertellen dat nadat we vanuit “[nachtclub]” nachtclub naar het huis van [medeverdachte 2] waren gegaan. [medeverdachte 2] was vanuit de auto gestapt en liep naar zijn appartement. Hierna kwam [medeverdachte 2] naar de auto en stapte vervolgens in de auto. [medeverdachte 2] trad op als bestuurder van mijn auto. Ik zal als mede-inzittende en [verdachte] zat achterin de auto.
7. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 april 2017 gesloten en getekend door [verbalisant], brigadier eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van 1e verhoor van de verdachte[medeverdachte 2] -zakelijk weergegeven-:
Op 27 april 2017 waren [medeverdachte 1], [verdachte] en ik naar de [nachtclub] Nightclub gegaan. Wij waren eerst naar [naam bar] Bar gegaan om te borrelen. Toen wij deze bar verlieten waren wij allemaal stomdronken. Toen wij bij [nachtclub] arriveerden liepen wij naar de ingang om deze nachtclub te bezoeken. Toen we bij de ingang stonden om binnen te komen werden wij slecht behandeld door de vrouwelijke uitsmijter. [medeverdachte 1] had het toegangsgeld voor mij betaald zodat ik de hoofduitsmijter kon gaan roepen. Toen ik naar de ingang liep met het kaartje om binnen te komen, had de vrouwelijke uitsmijter mij gezegd dat ik niet naar binnen mocht. Ik had tegen [medeverdachte 1] en [verdachte] gezegd om weg te gaan. Hierna liepen wij naar de auto. Wij zijn naar mijn huis gereden en toen wij bij mijn huis waren, hadden wij besloten om terug naar [nachtclub] te rijden met de bedoeling om de uitsmijters te laten schrikken. Ik had het vuurwapen van het kaliber 38 bij mijn huis genomen. Toen wij richting de [nachtclub] reden trad ik op als bestuurder, [medeverdachte 1] als mede-inzittende en [verdachte] zat op de achterbank. Toen wij voorlangs [nachtclub] Nightclub reden had iemand in de auto geschoten. Ik had het vuurwapen in de struiken gegooid. In de auto van [medeverdachte 1] was munitie van het vuurwapen kaliber 38.
8. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 6 mei 2017 gesloten en getekend door [verbalisant 1] en [verbalisant 2], respectievelijk brigadier eerste klasse en hoofdagent eerste klasse bij het Korps Politie Aruba, voor zover inhoudende, als
proces-verbaal van 3e verhoor van de verdachte [verdachte]-zakelijk weergegeven-:
[medeverdachte 2] trad op als bestuurder, [medeverdachte 1] als mede-inzittende en ik zat achter in de auto toen we voorlangs [nachtclub] nachtclub reden. Ik zag dat [medeverdachte 1] een vuurwapen in zijn hand had. Ik hoorde dat [medeverdachte 2] tegen [medeverdachte 1] zei: “
Whey nos a jega, nos a jega. Bo ta bai hasie.” Ik zag dat [medeverdachte 1] een vuurwapen in zijn hand had. Ik zag dat [medeverdachte 1] zijn lichaam uit de auto stak op de rechter portier van de auto en vervolgens dat [medeverdachte 1] op de rechterportier zat. Ik zag dat hij het vuurwapen in zijn hand had. Vervolgens hoorde ik dat [medeverdachte 1] enkele schoten loste. Ik weet dat [medeverdachte 1] meer dan twee keren had geschoten.
Bewijsoverwegingen
Uit de bewijsmiddelen volgt dat (in ieder geval) medeverdachte [medeverdachte 2] de betreffende uitsmijters van tevoren had bedreigd dat ze terug zouden komen en dat er geschoten zou gaan worden dat de verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] vervolgens medeverdachte [medeverdachte 2] hadden opgehitst om het
dingte gaan halen, waarmee kennelijk een vuurwapen werd bedoeld. Medeverdachte [medeverdachte 2] heeft bij de politie verklaard dat ze met zijn drieën naar zijn huis zijn gereden, dat ze bij hem thuis besloten hadden om de uitsmijters te laten schrikken, dat de verdachte thuis een vuurwapen heeft gepakt, dat zij met zijn drieën weer terug naar de uitgaansgelegenheid zijn gereden en dat vervolgens vanuit de auto is geschoten. De verdachte en de medeverdachten hebben allen bij de politie verklaard dat zij met hun drieën in de auto zaten en dat de verdachte als mede-inzittende naast medeverdachte [medeverdachte 2] zat. Door verbalisant [verbalisant] is verklaard dat door de mede-inzittende aan de rechterzijde werd geschoten. Uit de voor het bewijs gebezigde verklaring van de verdachte volgt voorts dat medeverdachte [medeverdachte 2] medeverdachte [medeverdachte 1] heeft aangemoedigd om te schieten en dat medeverdachte [medeverdachte 1] heeft geschoten. Ten slotte is er bij de aanhouding van de verdachte en de medeverdachten in de auto van medeverdachte [medeverdachte 1] waarin ze hadden gereden een sok met scherpe patronen aangetroffen.
alternatief scenario
De verdachte heeft ter terechtzitting aanvankelijk verklaard dat zijn laatste verklaring bij de politie correct was en dat het juist is dat hij aan medeverdachte Tromp had gezegd om niet te schieten. Vervolgens werd tijdens het onderzoek ter terechtzitting door de twee medeverdachten een alternatief scenario geschetst, inhoudende dat toen zij met zijn drieën terug liepen naar de auto van medeverdachte [medeverdachte 1], zij een vriend van hen, ene [naam vriend], waren tegengekomen waarmee ze hadden afgesproken om naar San Nicolas te gaan. Op het moment dat ze langs de uitgaansgelegenheid reden, zou die [naam vriend] opeens vanuit de auto geschoten hebben. Nadat de medeverdachten in die zin ter terechtzitting een verklaring hadden afgelegd, heeft de verdachte verklaard dat er inderdaad een vierde persoon in de auto was gestapt en dat hij denkt dat die persoon de schutter was.
Dit door de verdachte geschetste scenario wordt door de hiervoor aangehaalde bewijsmiddelen weerlegt. Het gerecht acht deze bewijsmiddelen betrouwbaar en het door de verdachte geschetste alternatieve scenario derhalve niet aannemelijk geworden, waarbij het gerecht de verklaring van de verdachte dat hij pas later op zitting met het alternatieve scenario is gekomen omdat hij door [naam vriend] is bedreigd en voor zijn leven en de levens van zijn familie vreest, niet geloofwaardig acht. De verdachte en de medeverdachten hebben uitgebreide verklaringen afgelegd bij de politie en daar niets over een vierde persoon verklaard. Ook op zitting heeft de verdachte geen concrete gegevens van de persoon [naam vriend] verstrekt.
medeplegen tav feiten 1 en 3
Uit de hiervoor aangehaalde bewijsmiddelen blijkt naar het oordeel van het gerecht dat de verdachte zich in de auto bewust moet zijn geweest van de aanwezigheid van het vuurwapen en er tevens sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking, waarbij de intellectuele en materiële bijdrage aan het delict van de verdachte van voldoende gewicht is geweest, om medeplegen bewezen te achten.