ECLI:NL:OGEAA:2017:851
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure inzake vergunning tot tijdelijk verblijf als rentenier
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 23 oktober 2017 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Appellant, vertegenwoordigd door mr. J.S. Croes, had bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn verzoek om een vergunning tot tijdelijk verblijf als rentenier door de minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Integratie. De afwijzing vond plaats op 13 januari 2017, waarna appellant op 21 februari 2017 bezwaar heeft gemaakt. Omdat er geen beslissing op het bezwaar was genomen, heeft appellant op 11 juli 2017 beroep ingesteld bij het gerecht.
Het gerecht overwoog dat appellant tijdig in beroep was gekomen en dat de beslissing waartegen het beroep was gericht, kennelijk niet in stand kon blijven. Er was geen reële beslissing op het bezwaar genomen en verweerder had geen verweer gevoerd. Het beroep werd gegrond verklaard, de bestreden beschikking werd vernietigd en verweerder werd opgedragen binnen drie maanden een reële beslissing te nemen op het bezwaar van appellant. Tevens werd verweerder veroordeeld tot betaling van de kosten van het geding, begroot op Afl. 500,- aan gemachtigdensalaris, en het door appellant gestorte griffierecht van Afl. 25,- werd aan hem terugbetaald.
De uitspraak werd gedaan door mr. D.J. Jansen en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof, dat binnen zes weken na de dag van de uitspraak moet worden ingesteld.