ECLI:NL:OGEAA:2017:835
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar inzake vergunning tot tijdelijk verblijf
In deze zaak heeft de appellant, verblijvend in Aruba, beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op zijn bezwaar tegen de afwijzing van zijn verzoek om een vergunning tot tijdelijk verblijf. De afwijzing vond plaats op 9 november 2016, waarna de appellant op 24 november 2016 bezwaar heeft gemaakt. Aangezien er geen beslissing op het bezwaar was genomen, heeft de appellant op 13 april 2017 beroep ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba. De verweerder, de minister van Infrastructuur, Ruimtelijke Ontwikkeling en Integratie, heeft geen verweerschrift ingediend.
Het gerecht heeft vastgesteld dat er ten tijde van het sluiten van het onderzoek nog geen reële beslissing op het bezwaar was genomen en dat er geen verweer door de verweerder is gevoerd. Dit leidde tot de conclusie dat de ongemotiveerde, als afwijzende beslissing op het bezwaar geldende, beschikking kennelijk niet in stand kon blijven. Het beroep van de appellant werd gegrond verklaard, en de verweerder werd opgedragen om binnen drie maanden na de uitspraak een reële beslissing te nemen op het bezwaar van de appellant.
Daarnaast werd de verweerder veroordeeld tot betaling van de kosten van het geding, begroot op Afl. 500,- aan gemachtigdensalaris, en het door de appellant gestorte griffierecht van Afl. 25,- werd aan hem terugbetaald. De uitspraak werd gedaan door mr. D.J. Jansen op 16 oktober 2017, en er staat hoger beroep open bij het Hof.