ECLI:NL:OGEAA:2017:773
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake vergunning tot verblijf op basis van de Landsverordening Administratieve Rechtspraak
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 2 oktober 2017 uitspraak gedaan in een beroep dat was ingesteld door een appellant tegen de Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Integratie. De appellant had eerder op 13 januari 2017 een verzoek om verlening van een vergunning tot verblijf ingediend, welke door de verweerder was afgewezen. Hiertegen heeft de appellant op 30 januari 2017 bezwaar gemaakt. Aangezien er geen beslissing op het bezwaar was genomen, heeft de appellant op 22 mei 2017 beroep ingesteld bij het gerecht.
Tijdens de procedure heeft de verweerder op 7 augustus 2017 een verweerschrift ingediend. In dit verweerschrift werd aangegeven dat er inmiddels op 21 juli 2017 op het bezwaar van de appellant was beslist en dat de verzochte vergunning was verleend, mits de appellant de verschuldigde retributies zou betalen. Het gerecht heeft vastgesteld dat het belang aan het beroep was komen te ontvallen, omdat de appellant inmiddels de vergunning had verkregen.
De rechter heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Deze beslissing werd uitgesproken door mr. D.J. Jansen ter openbare terechtzitting op 2 oktober 2017. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof, dat binnen zes weken na de datum van de uitspraak moet worden ingesteld.