ECLI:NL:OGEAA:2017:764

• Datum uitspraak: 27 september 2017
• Publicatiedatum: 3 oktober 2017
• Zaaknummer: A.R. 1598 van 2015 / AUA201500282
• Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: W.J. Noordhuizen
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Herstelvonnis inzake schadevergoeding met betrekking tot eigen schuld bij ongeval

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser, gevestigd te Smederevo, Servië, via zijn advocaat mr. M.G.A. Baiz, een vordering ingesteld tegen gedaagde, gevestigd te Aruba, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.C. Samuels. Het geschil betreft een herstelverzoek van een eerder eindvonnis dat op 30 augustus 2017 was gewezen. Gedaagde verzocht om herstel van het vonnis, omdat het gerecht bij de schadeberekening een kennelijke fout had gemaakt. In het eerdere vonnis was geoordeeld dat eiser voor 2/3e eigen schuld had aan het ongeval, maar in het dictum werd ten onrechte 2/3e van de schade toegewezen in plaats van 1/3e, wat in lijn zou zijn met de vastgestelde eigen schuld.

Eiser verzet zich tegen de verbetering van het vonnis, maar het gerecht oordeelt dat het standpunt van gedaagde juist is. De rechter concludeert dat er inderdaad sprake is van een rekenfout en dat het dictum moet worden aangepast. In de uitspraak van 27 september 2017 wordt het dictum van het eerdere vonnis gewijzigd, waarbij gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van Afl 16.865,25 aan eiser, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 10 december 2014. Deze uitspraak werd gedaan door mr. W.J. Noordhuizen en vond plaats tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

Vonnis van 27 september 2017

Behorend bij A.R. 1598 van 2015 / AUA201500282

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

HERSTELVONNIS

in de zaak van:

Eiser,

te Smederevo, Servië,

hierna ook te noemen: [eiser],

gemachtigde: de advocaat mr. M.G.A. Baiz ,

tegen:

Gedaagde ,

te Aruba,

hierna ook te noemen: [gedaagde],

gemachtigde: de advocaat mr. R.C. Samuels .

1. HET VERZOEK

Bij fax van 8 september 2017 heeft mr. Samuels namens [gedaagde] verzocht om herstel van het in deze zaak op 30 augustus 2017 gewezen eindvonnis.

Het verzoek is erop gebaseerd dat het gerecht bij de berekening kennelijk uit het oog heeft verloren dat onder 2.3 heeft geoordeeld dat [eiser] voor 2/3e eigen schuld heeft aan het ongeval. Niettemin wordt in het dictum 2/3e en niet 1/3e van de schade toegewezen.

[eiser] verzet zich tegen verbetering van het vonnis.

2. DE BEOORDELING

Het standpunt van [gedaagde] is juist. Uit de overwegingen in relatie tot het dictum blijkt evident dat sprake is van een kennelijke rekenfout in die zin dat 2/3e van de schade werd toegewezen waar, in verband met de eigen schuld, 1/3e van de schade toegewezen had moeten worden.

Het recht zal het dictum dienovereenkomstig verbeteren.

3. DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:

Wijzigt het dictum van het vonnis van 30 augustus 2017 in deze zaak aldus dat voor de eerste alinea van het dictum wordt gelezen:

veroordeelt [gedaagde] tot betaling van [eiser] van een bedrag van Afl 16.865,25, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 december 2014, steeds over het saldo van de dan openstaande hoofdsom tot de dag waarop volledig zal zijn betaald.

Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 27 september 2017 in aanwezigheid van de griffier.