Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het verzoekschrift, ingediend op 9 maart 2017;
- de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling achter gesloten deuren van 6 juni 2017, waaruit blijkt dat zijn verschenen partijen bijgestaan door hun gemachtigden.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze alimentatiezaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de man verzocht om wijziging van de alimentatiebeschikking van 11 januari 2016. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.G.A. Baiz, verzocht om de kinderalimentatie te verlagen van Afl. 300,- naar Afl. 200,- per maand en om de partneralimentatie op nihil te stellen. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. N.S. Gravenstijn, heeft verweer gevoerd en ontkent dat er sprake is van wijziging van omstandigheden. De vrouw stelt dat zij niet samenwoont met een ander en dat de man in staat is om de huidige alimentatie te betalen.
De rechter heeft in zijn beoordeling gekeken naar de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, met name artikel 1:401, dat wijziging van alimentatie mogelijk maakt bij wijziging van omstandigheden. De man heeft aangevoerd dat de vrouw inmiddels samenwoont met een ander en dat zijn financiële situatie is verslechterd. De vrouw heeft dit echter betwist en de rechter heeft geoordeeld dat de man onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stellingen.
De rechter heeft ook opgemerkt dat de man geen recente financiële gegevens heeft overgelegd ter onderbouwing van zijn verzoek. Gezien het gebrek aan bewijs en de recente datum van de laatste alimentatiebeschikking, heeft de rechter het verzoek van de man afgewezen. Wel heeft de rechter de vrouw toestemming verleend om kosteloos te procederen, gezien het bewijs van haar onvermogen. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.