ECLI:NL:OGEAA:2017:593

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
4 juli 2017
Publicatiedatum
7 augustus 2017
Zaaknummer
E.J. 1119 van 2017 / AUA201700990
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van een arbeidsovereenkomst en de gevolgen van een ontslag op staande voet

In deze zaak verzocht de werknemer, die op 1 augustus 2009 in dienst trad bij Delphi N.V., om ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang. Dit verzoek volgde op een eerdere uitspraak van het gemeenschappelijke Hof van Justitie, dat op 16 juni 2015 het ontslag op staande voet van de werknemer nietig verklaarde en Delphi veroordeelde tot doorbetaling van het loon gedurende zes maanden. Ondanks deze veroordeling bleef de werknemer zonder werk, wat leidde tot zijn verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van gewichtige redenen.

De rechter heeft de procedure behandeld op 21 juni 2017 en op 4 juli 2017 uitspraak gedaan. In de beoordeling kwam de rechter tot de conclusie dat er geen gewichtige redenen of gewijzigde omstandigheden waren die de ontbinding rechtvaardigden. Desondanks werd het verzoek tot ontbinding toegewezen, omdat Delphi niet verschenen was en geen verweer had gevoerd. De rechter oordeelde dat de ontbinding van de krachteloze arbeidsovereenkomst niet nadelig was voor Delphi.

Daarnaast werd de vraag of de werknemer recht had op een vergoeding vanwege de ontbinding ontkennend beantwoord. De rechter stelde vast dat de gevolgen van het eerdere ontslag op staande voet al door het Hof waren gecompenseerd en dat er geen andere feiten waren die een vergoeding rechtvaardigden. Ook de aanspraak van de werknemer op een cessantia-uitkering werd afgewezen, omdat dit in strijd was met de Cessantia-Landsverordening. De werknemer werd uiteindelijk veroordeeld om zijn eigen proceskosten te dragen.

Uitspraak

Beschikking van 4 juli 2017
Behorend bij E.J. 1119 van 2017 / AUA201700990
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[werknemer],
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: [werknemer],
gemachtigde: de advocaat mr. H.G. Figaroa,
tegen:
de naamloze vennootschap,
DELPHI N.V.,
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: Delphi,
niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de behandeling ter zitting van 21 juni 2017 en de daarvan gemaakte aantekeningen van de griffier.
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag beschikking zou worden gegeven.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
[werknemer] is op 1 augustus 2009 in dienst getreden bij Delphi.
2.2
Op 11 augustus 2011 is hij op staande voet ontslagen.
2.3
Bij arrest van 16 juni 2015 heeft het gemeenschappelijke Hof van Justitie van Aruba, Curacao, Bonaire, Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius het ontslag op staande voet nietig verklaard en Delphi veroordeeld het loon van [werknemer] gedurende 6 maanden door te betalen. Voor het overige heeft het Hof de arbeidsovereenkomst krachteloos verklaard.
2.4
Delphi heeft aan de veroordeling voldaan.

3.HET VERZOEK EN HET VERWEER

3.1
[werknemer] verzoekt het gerecht om de arbeidsovereenkomst met Delphi met onmiddellijke ingang te ontbinden op grond van gewichtige redenen, onder toekenning van een vergoeding van AWG 13.346,41 inclusief Cessantia-uitkering, met veroordeling, uitvoerbaar bij voorraad, van Delphi tot vergoeding van de proceskosten.
3.2
[werknemer] baseert het verzoek, samengevat, erop dat de arbeidsovereenkomst nog immer in stand is en Delphi hem niet aan het werk wenst te laten.

4.DE BEOORDELING

4.1
Aan de orde is de vraag of het nog immer tussen partijen bestaande papieren dienstverband ontbonden dient te worden.
4.2
Hoewel er naar het oordeel van het gerecht geen sprake is van gewichtige redenen of gewijzigde omstandigheden, zal het gerecht de verzochte ontbinding toewijzen. Delphi heeft immers geen verweer gevoerd, en de ontbinding van de nog immer bestaande maar krachteloze arbeidsovereenkomst tussen partijen is niet in het nadeel van Delphi.
4.3
Aan de orde is voorts de vraag of Delphi aan [werknemer] een vergoeding verschuldigd is vanwege de ontbinding.
4.4
Deze vraag wordt ontkennend beantwoord. De gevolgen van het ontslag op staande voet zijn door de uitspraak van het Hof ten dele gecompenseerd. Andere feiten die een vergoeding zouden kunnen rechtvaardigen zijn gesteld noch gebleken. Daar komt bij dat er geen enkele noodzaak bestaat om de arbeidsovereenkomst te ontbinden nu deze krachteloos is. Voor zo ver [werknemer] een formeel einde wenst te maken aan de krachteloze arbeidsovereenkomst kon hij volstaan met een opzegging.
4.5
[werknemer] maakt tevens aanspraak op de cessantia-uitkering. Ook dit verzoek wordt afgewezen, nu dit strijdig is met het bepaalde in artikel 3 lid 1 van de Cessantia-Landsverordening.
4.6
[werknemer] dient gelet op de uitkomst van deze procedure zijn eigen kosten te dragen.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
wijst het verzochte af;
5.2
bepaalt dat [werknemer] zijn eigen kosten dient te dragen.
Deze beschikking is gegeven door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 4 juli 2017 in aanwezigheid van de griffier.