ECLI:NL:OGEAA:2017:546
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- N.K. Engelbrecht
- Rechtspraak.nl
Weigering verblijfsvergunning en ontvankelijkheid van beroep door niet-belanghebbende
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 5 juni 2017 uitspraak gedaan in een beroep tegen de beslissing van de Minister van Infrastructuur, Ruimtelijke Ontwikkeling en Integratie. Appellante, die in persoon procedeerde, had bezwaar aangetekend tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een verblijfsvergunning ten behoeve van haar meerderjarige dochter. De aanvraag was eerder op 8 mei 2015 afgewezen, en het bezwaar daartegen werd op 10 mei 2016 ongegrond verklaard. Appellante stelde beroep in, maar het gerecht oordeelde dat zij niet als belanghebbende kon worden aangemerkt, omdat zij niet namens de vreemdeling, maar uit eigen hoofde beroep had ingesteld. Dit leidde tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk was. De uitspraak benadrukt het belang van de definitie van belanghebbende in de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) en bevestigt de jurisprudentie van het Hof dat bij weigering van een verblijfsvergunning alleen het belang van de vreemdeling zelf rechtstreeks betrokken is. De rechter verklaarde het beroep niet-ontvankelijk en gaf aan dat tegen deze uitspraak hoger beroep openstaat bij het Hof, binnen zes weken na de dag van de uitspraak.