ECLI:NL:OGEAA:2017:450

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
13 juni 2017
Publicatiedatum
20 juni 2017
Zaaknummer
EJ. nr. 387 van 2017
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Adoptieverzoek toegewezen door Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Op 13 juni 2017 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een adoptiezaak (EJ nr. 387 van 2017). Het verzoek tot adoptie werd ingediend door een verzoekster, die sinds 8 maart 2012 de zorg en opvoeding van de minderjarige op zich heeft genomen. De minderjarige, geboren op [geboortedatum] 2011 in [geboorteplaats], heeft nooit in gezinsverband met haar moeder geleefd, die het ouderlijk gezag nooit heeft uitgeoefend. De moeder is ontheven van het gezag en de verzoekster is benoemd tot voogdes. De Voogdijraad heeft geen bezwaren geuit tegen de adoptie.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 1 maart 2017 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 2 mei 2017 was de verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar advocaat mr. D.G. Illes. De moeder was niet aanwezig en heeft geen verweer gevoerd. Het gerecht heeft vastgesteld dat de adoptie in het kennelijk belang van de minderjarige is, aangezien zij al geruime tijd bij de verzoekster woont en deze als haar moeder beschouwt. Het gerecht heeft de adoptie toegewezen, waarbij de geslachtsnaam van de geadopteerde zal luiden als die van de verzoekster.

De beschikking is gegeven door mr. P.A.H. Lemaire, rechter in dit gerecht, ter zitting van 13 juni 2017 in aanwezigheid van de griffier. De uitspraak is gepubliceerd op 20 juni 2017.

Uitspraak

Beschikking van 13 juni 2017
behorend bij EJ. nr. 387 van 2017
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek (ex artikel 1:227 BW) van:
[Verzoekster],
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER,
gemachtigde:de advocaat mr. E.M.J. Cafarzuza,
Belanghebbenden:
[minderjarige], het kind, wonende in [woonplaats],
[moeder], hierna te noemen: de moeder, wonende in [woonplaats].

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, ingediend op 1 maart 2017;
- de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 2 mei 2017 achter gesloten deuren, waaruit blijkt dat zijn verschenen verzoekster bijgestaan door mr. D.G. Illes, occuperende voor mr. E.M.J. Cafarzuza. Namens de Voogdijraad was aanwezig mevrouw A. Emmanuel.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Uit de moeder is op [geboortedatum] 2011 in [geboorteplaats] geboren [minderjarige] (hierna: De minderjarige). De moeder oefende van rechtswege het gezag over de minderjarige alleen uit.
2.2
Bij beschikking van dit gerecht van 28 februari 2012 (EJ 462/2012) is de moeder van het ouderlijk gezag ontheven en is Fundacion Guia Mi tot voogdes over de minderjarige benoemd.
2.3
Bij beschikking van dit gerecht van 21 mei 2013 (EJ 664/2013) is Fundacion Guia Mi uit de voogdij ontslagen en is [verzoekster] tot voogdes over de minderjarige benoemd.
2.4
Sedert 2012 verblijft de minderjarige bij verzoekster.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe om de adoptie van de minderjarige door verzoekster uit te spreken. Ter onderbouwing van het verzoek is aangevoerd dat de minderjarige sinds 8 maart 2012 bij verzoekster woont en door haar wordt verzorgd en opgevoed.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:227 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (hierna: BWA) wordt een verzoek tot adoptie alleen toegewezen indien de adoptie in het kennelijk belang is van het kind, en aan de wettelijke voorwaarden van artikel 1:288 BWA wordt voldaan.
4.2
Onweersproken is gesteld dat de minderjarige en de moeder nooit in gezinsverband hebben samengeleefd, dat de moeder zich nimmer heeft bekommerd voor de verzorging en de opvoeding van de minderjarige en dat de moeder feitelijk het ouderlijk gezag nooit heeft uitgeoefend. De minderjarige woont vanaf maart 2012 onafgebroken in gezinsverband met verzoekster. Verzoekster beschouwt de minderjarige als haar dochter en de minderjarige beschouwt verzoekster als haar moeder.
4.3
Nu de moeder niet ter zitting is verschenen en overigens ook geen verweer heeft gevoerd, gaat het gerecht er vanuit dat zij het verzoek niet wenst tegen te spreken.
4.4
De Voogdijraad heeft geen bezwaren geformuleerd tegen de adoptie.
4.5
Op grond van het voorgaande acht het gerecht de verzochte adoptie zowel uit het oogpunt van verbreking van de banden met de moeder als uit het oogpunt van bevestiging van de banden met de verzoekster in het kennelijk belang van de minderjarige. Nu voorts aan de wettelijke voorwaarden wordt voldaan, zal het gerecht het verzoek toewijzen.
DE BESLISSING
Het gerecht:
spreekt uit de adoptie van [minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2011 in [geboorteplaats], door [verzoekster], geboren op [geboortedatum] 1983 in [geboorteplaats],
verstaat dat de geslachtsnaam van de geadopteerde [achternaam verzoekster] zal luiden.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.A.H. Lemaire, rechter in dit gerecht, ter zitting van 13 juni 2017 in aanwezigheid van de griffier.