Uitspraak
[X]),
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vorderde [X] een verklaring voor recht dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst met de naamloze vennootschap Dirkrom Realty N.V. en verzocht hij om betaling van zijn loon over de periode van oktober 2015 tot de datum van de beschikking, inclusief wettelijke verhogingen en rente. De procedure volgde op een eerdere uitspraak van het Gerecht van 3 mei 2016, waarin vergelijkbare vorderingen van [X] waren toegewezen voor de periode van januari 2015 tot en met oktober 2015.
Tijdens de zittingen op 18 oktober en 21 december 2016 werd duidelijk dat Dirkrom dezelfde argumenten voerde als in de eerdere procedure, maar geen inhoudelijke informatie kon verstrekken. Het Gerecht merkte op dat de gemachtigde van Dirkrom alleen aanwezig was en dat er geen inzicht werd gegeven in eventuele bezwaren tegen de eerdere uitspraak. Het Hof dat in hoger beroep oordeelt over de uitspraak van 3 mei 2016, zou mogelijk een bewijsopdracht geven aan Dirkrom.
Het Gerecht besloot zich aan te sluiten bij de eerdere uitspraak van 3 mei 2016, met uitzondering van de vordering over oktober 2015, die al was behandeld. Het Gerecht verklaarde voor recht dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst en veroordeelde Dirkrom tot betaling van het achterstallige loon, inclusief wettelijke verhogingen en rente. Tevens werd Dirkrom veroordeeld in de kosten van de procedure. De beschikking werd uitgesproken door mr. J. Sap op 17 januari 2017.