ECLI:NL:OGEAA:2017:154
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake huurkoop en betalingsverplichting tussen Duvit Holdings V.B.A. en gedaagde
In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vennootschap Duvit Holdings V.B.A. (hierna: Duvit) een vordering ingesteld tegen een gedaagde, die in persoon procedeerde. De zaak betreft een overeenkomst van huurkoop waarbij de gedaagde in gebreke is gebleven met de betaling van de eerste termijn van Afl. 248,00. Duvit heeft de gedaagde gesommeerd om een bedrag van Afl. 7.007,05 te voldoen, inclusief incassokosten en rente, maar de gedaagde heeft hierop niet gereageerd.
Duvit heeft vervolgens beslag gelegd op het salaris van de gedaagde en vordert bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad de betaling van een hoofdsom van Afl. 6.676,14, vermeerderd met rente en proceskosten. De gedaagde heeft de hoofdsom en de rente niet betwist, maar voert verweer op basis van haar persoonlijke omstandigheden als alleenstaande moeder met schulden. Het gerecht oordeelt dat, hoewel de omstandigheden van de gedaagde moeilijk zijn, deze niet in de weg staan aan de toewijzing van de vordering, aangezien partijen zich aan hun contractuele verplichtingen dienen te houden.
Het gerecht wijst de vordering van Duvit toe, met uitzondering van de buitengerechtelijke incassokosten, die onvoldoende onderbouwd zijn. De gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van de hoofdsom, de rente en de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 8 maart 2017 door mr. Y.M. Vanwersch.