ECLI:NL:OGEAA:2017:153

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
8 maart 2017
Publicatiedatum
9 maart 2017
Zaaknummer
K.G. 217 van 2017
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toegang tot casino ontzegd aan consultant van WRS International N.V. door Aruba Hotel Enterprises N.V.

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, vorderde WRS International N.V. (hierna: WRS) in kort geding dat de toegang van de heer X tot het casino, dat door WRS wordt geëxploiteerd, niet ontzegd mocht worden door Aruba Hotel Enterprises N.V. (hierna: AHE). AHE had X de toegang ontzegd op basis van een e-mail van 8 november 2016, waarin werd gesteld dat zijn aanwezigheid in het casino in strijd was met de huurovereenkomst en de casinovergunning. WRS stelde dat AHE onterecht een beroep deed op artikel 9 van de huurovereenkomst, aangezien X nooit strafrechtelijk was vervolgd of veroordeeld. WRS vorderde dat AHE zou worden veroordeeld om X toegang te verlenen tot het casino, op straffe van een dwangsom.

De rechter oordeelde dat WRS voldoende spoedeisend belang had bij haar vordering en dat AHE onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de aanwezigheid van X in het casino een inbreuk op de huurovereenkomst opleverde. De rechter benadrukte dat de uitleg van de huurovereenkomst niet alleen taalkundig, maar ook op basis van de omstandigheden en de intenties van partijen moest worden beoordeeld. AHE had niet kunnen aantonen dat X als werknemer in de zin van de casinovergunning werd aangemerkt, en de rechter concludeerde dat AHE geen gegronde redenen had om X de toegang tot het casino te ontzeggen.

Het vonnis wees de vordering van WRS toe, waarbij AHE werd veroordeeld om X toegang te verlenen tot het casino en een dwangsom werd opgelegd voor het geval AHE hier geen gevolg aan gaf. Daarnaast werd AHE veroordeeld in de proceskosten van WRS. Dit vonnis werd uitgesproken op 8 maart 2017 door mr. M. Schoemaker.

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 8 maart 2017
Behorend bij K.G. 217 van 2017
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
WRS INTERNATIONAL N.V.
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: WRS,
gemachtigden: de advocaten mrs. W.G.T.M. Kloes en J.L. Peterson,
tegen:
de naamloze vennootschap
Aruba Hotel EnterprisesN.V.,
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: AHE,
gemachtigden: de advocaten mrs. R.A. Wix en L. Pieters.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de pleitaantekeningen van partijen;
- de aantekeningen van de mondelinge behandeling die heeft plaatsgevonden op 17 februari 2017.
1.2
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
AHE is eigenaar van een hotel te Aruba plaatselijk bekend als het Riu Palace Antillas. AHE is in bezit van een casinovergunning.
2.2
AHE verhuurt een ruimte in het hotel aan WRS waarin WRS een casino (hierna: het casino) exploiteert onder de casinovergunning die op naam staat van AHE, zulks op basis van een schriftelijke huurovereenkomst d.d. 12 juni 2014 (hierna: de huurovereenkomst).
2.3
Artikel 8 lid 1 van de casinovergunning van AHE bepaalt: “
Niemand mag in de in artikel 7 bedoelde lokaliteiten te werk worden gesteld zonder een door het Bestuurscollege daartoe verleende schriftelijke toestemming.
2.4
De huurovereenkomst bevat onder meer de volgende bepalingen:
Artikel 9.2
“(..)
In employing or contracting dealers and croupiers as well as other employees or contracted persons dealing with the public to work in the Casino Tenant will, whenever possible, select such dealers, croupiers and other employees or contracted persons who are residents of Aruba and who in any event speak Dutch, English and Spanish fluently; no person having a criminal felony record or having been convicted of a crime of moral turpitude in Aruba, the United States, or any other country, shall be employed, or engaged in, or associated with, the Casino, or its operation or with Tenant (under which is not to be understood contractors of distributors and suppliers from outside Aruba).(..)”
Artikel 10.6

All employees of the Casino shall be hired, subject to the written permission of the governmental authorities in Aruba stating that the employee is authorized to work in the casino.(..)”
Artikel 17.2
“(..)
Tenant and its visitors cannot be obstructed or prevented from visiting the casino, parking on the hotel property and entering the hotel property with the purpose of visiting the casino(..)”
Artikel 21.1

Tenant shall abide by all rules and regulations(..)
as well as comply with all ordinances, rules, regulations and laws of Aruba.
Artikel 21.2

Tenant shall not commit any act or do anything on or about the premises which shall be considered illegal, immoral, or perform any act which may jeopardize the Gaming License of Landlord(..).”
2.5
WRS heeft de heer X (hierna: X) via zijn bedrijf X Casino Consultants Inc. als consultant ingehuurd om diensten te verlenen binnen het casino. Daarnaast speelt X regelmatig poker in het casino.
2.6
AHE heeft bij emailbericht d.d. 8 november 2016 aan WRS medegedeeld dat X de toegang tot het casino wordt ontzegd. AHE heeft WRS voorts medegedeeld dat indien X desondanks in het casino wordt gesignaleerd, de huurovereenkomst met WRS onmiddellijk zal worden opgezegd.
2.7
WRS heeft AHE bij brief gedateerd 21 oktober 2016 gesommeerd om X tot het casino toe te laten, aan welke sommatie AHE geen gehoor heeft gegeven.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
WRS vordert – kort gezegd – bij vonnis in kort geding, uitvoerbaar bij voorraad,
I dat naar het voorlopig oordeel van het gerecht de toegang van X in het casino geen inbreuk op artikel 9 van de huurovereenkomst oplevert;
II het gerecht AHE veroordeelt te gehengen en te gedogen dat X het casino ongestoord betreedt en kan blijven betreden en daar aanwezig zal (kunnen) zijn als consulent en/of speler, zulks op straffe van een dwangsom van US$ 100.000 per dag of gedeelte daarvan dat AHE hiermee in strijd handelt;
III kosten rechtens.
3.2
WRS legt samengevat het volgende ten grondslag aan haar vordering. AHE doet ten onrechte een beroep op artikel 9 van de huurovereenkomst om X de toegang tot het casino te ontzeggen. X is nooit strafrechtelijk vervolgd of veroordeeld. AHE handelt onrechtmatig, althans pleegt zij wanprestatie door X de toegang tot het casino te ontzeggen, althans door te dreigen dat zij de huurovereenkomst zal opzeggen indien X het casino betreedt. Het handelen van AHE levert een ontoelaatbare inmenging op in de bedrijfsvoering van WRS. X is geen werknemer van AHE en heeft geen toestemming ingevolge de casinovergunning nodig voor zijn consultancy werkzaamheden. De beschuldigingen omtrent X zijn vals. X levert door zijn consultancy werkzaamheden en door zijn aanwezigheid als pokerspeler een belangrijke bijdrage aan het casino. WRS lijdt schade door de toegangsontzegging van X.
3.3
AHE voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering, kosten rechtens. AHE verzet zich tegen het tewerkstellen van X in het casino. X is geen bezoeker maar werkt in het casino. Hij heeft voor miljoenen dollars gefraudeerd bij online pokerspelen. Het is de bedoeling van partijen bij artikel 9 van de huurovereenkomst geweest dat er geen personen te werk worden gesteld in het casino met een dubieuze reputatie. Op grond van artikel 8 lid 1 van de casinovergunning van AHE mag X voorts niet zonder door de Minister van Justitie verleende toestemming te werk worden gesteld in het casino. Dit vereiste is neergelegd in artikel 10.6 van de huurovereenkomst. De artikelen 21.1 en 21.2 vormen eveneens een uitwerking van de vereisten die zijn opgenomen in de casinovergunning. AHE loopt door de tewerkstelling van X het risico dat haar vergunning wordt ingetrokken.
3.4
Op de stellingen van partijen zal in het hiernavolgende voor zover nodig worden ingegaan.

4.DE BEOORDELING

4.1
WRS heeft voldoende spoedeisend belang bij haar vordering.
4.2
Partijen twisten onder meer over de uitleg van artikel 9.2 van de huurovereenkomst. De uitleg van een schriftelijke overeenkomst kan niet alleen worden gegeven op grond van een taalkundige uitleg van de bepalingen ervan, maar daarbij is beslissend de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer aan elkaars verklaringen en gedragingen en aan de bepalingen van dat geschrift mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Bij die uitleg is ook van belang, de aard van de overeenkomst, de omvang en gedetailleerdheid van de schriftelijke overeenkomst, de wijze van totstandkoming ervan – waarbij van belang is of partijen werden bijgestaan door ter zake kundige raadslieden – en de overige bepalingen ervan. In dit geval komt aan de taalkundige betekenis van de gekozen bewoordingen van de huurovereenkomst echter een grote betekenis toe. Het betreft immers een commerciële huurovereenkomst tussen professioneel opererende partijen die over de inhoud van de overeenkomst hebben onderhandeld en daarbij zijn bijgestaan door hun raadslieden, terwijl de huurovereenkomst ertoe strekt de wederzijdse rechten en verplichtingen nauwkeurig vast te leggen. AHE heeft in kort geding onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de door haar gegeven, ruimere uitleg van het artikel juist is en meebrengt dat X, die niet strafrechtelijk is vervolgd en veroordeeld, met een beroep op dit artikel de toegang tot het casino ontzegd kan worden. Het is in het kader van dit kort geding dan ook niet doorslaggevend of de beschuldigingen ter zake van fraude jegens X terecht zijn.
4.3
AHE heeft evenmin voldoende aannemelijk gemaakt dat WRS X te werk heeft gesteld in de zin van artikel 8 lid 1 van de casinovergunning. Het gerecht is voorshands van oordeel dat de werkzaamheden van X daar niet onder vallen. Gesteld noch aannemelijk is geworden dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst met X. X voert de advieswerkzaamheden in het casino uit op basis van een consultancy overeenkomst met het bedrijf van X en speelt daarnaast zelf poker in het casino. Het gerecht heeft ook acht geslagen op de door AHE bij wijze van voorbeeld overgelegde recentere casinovergunning op naam van Calabas Properties, waarin boven de bedoelde bepaling als kopje is opgenomen “
Personeel”. Dit duidt er eens te meer op dat de bepaling uitsluitend ziet op personeel dat in dienst is van het casino. Dat ook AHE dit zo heeft begrepen lijkt eens te meer te volgen uit haar eigen stelling, namelijk dat vanwege het vereiste dat is neergelegd in artikel 8 lid 1 van de casinovergunning, artikel 10.6 in de huurovereenkomst is opgenomen. Dit artikel 10.6 spreekt ook alleen van het in dienst nemen van personeel (
employees).
4.4
Evenmin is aannemelijk geworden dat AHE anderszins door de aanwezigheid van X in het casino een reëel risico loopt dat haar casinovergunning wordt ingetrokken en dat AHE daardoor het recht heeft om zich te mengen in de bedrijfsvoering van WRS door X de toegang tot het casino te ontzeggen.
4.5
Alles bijeengenomen is de rechter van oordeel dat de feiten die AHE heeft aangedragen voorshands onvoldoende grond opleveren om X de toegang tot het casino te ontzeggen. Het onder II gevorderde zal daarom in na te vermelden zin worden toegewezen. Er zal een lagere, gemaximeerde, dwangsom worden opgelegd. WRS heeft geen zelfstandig belang bij het onder I gevorderde. Dat voorlopig oordeel ligt reeds in de beoordeling besloten.
4.6
Als de in het ongelijk te stellen partij zal AHE de proceskosten van WRS moeten vergoeden.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
veroordeelt AHE om te gehengen en te gedogen dat X het casino van WRS ongestoord betreedt en kan blijven betreden en daar aanwezig zal kunnen zijn als consultant en/of speler zolang in een bodemprocedure niet anders wordt beslist, zulks op straffe van een direct opeisbare dwangsom van US$ 10.000,00 per dag of deel daarvan dat AHE hier geen gevolg aan geeft;
5.2
veroordeelt AHE in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van WRS worden begroot op Afl. 450, aan griffierecht, Afl. 221,80 aan explootkosten en Afl. 1.500, aan salaris van de gemachtigde;
5.3
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.4
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Schoemaker rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 8 maart 2017 in aanwezigheid van de griffier.