In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, heeft eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. D.G. Kock, een kort geding aangespannen tegen Crown Trading N.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. G. Sjiem Fat. Eiser, die sinds 2009 in dienst was bij Crown, werd op 20 juli 2016 tijdens zijn vakantie op staande voet ontslagen. Eiser heeft de nietigheid van dit ontslag ingeroepen en een verzoekschrift ingediend voor wedertewerkstelling en betaling van zijn loon. Het gerecht heeft de procedure op 15 februari 2017 behandeld, waarbij de feiten en standpunten van beide partijen zijn besproken.
Eiser vorderde onder andere dat Crown hem zou weder te werk stellen in zijn gebruikelijke functie en het gemiddelde nettoloon van Afl. 7.400,- per maand zou betalen over de periode van 20 juli 2016 tot aan de datum van wedertewerkstelling. Crown voerde verweer en stelde dat de overplaatsing naar een andere vestiging gerechtvaardigd was. Het gerecht heeft echter geoordeeld dat Crown niet als een goed werkgever heeft gehandeld door eiser zonder garantie van zijn inkomen over te plaatsen naar een kleinere locatie. Het gerecht achtte het aannemelijk dat de vordering van eiser tot wedertewerkstelling bij de Main Store in een bodemprocedure stand zou houden.
Het gerecht heeft Crown veroordeeld tot wedertewerkstelling van eiser bij de Main Store en tot betaling van het achterstallige loon, vermeerderd met wettelijke verhogingen. Tevens is Crown in de proceskosten veroordeeld. Dit vonnis is uitgesproken door mr. M. Schoemaker en is uitvoerbaar bij voorraad.