ECLI:NL:OGEAA:2016:850

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
30 november 2016
Publicatiedatum
4 januari 2017
Zaaknummer
A.R. nr. 1234 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake schuldvordering voor verrichte juridische werkzaamheden

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 30 november 2016 een vonnis gewezen in de zaak van de naamloze vennootschap ADVOCATENPRAKTIJK MR. D.G. KOCK N.V. (hierna: Kock) tegen een gedaagde die in persoon procedeerde. De procedure is gestart met een eis van Kock, die aanvankelijk wettelijke rente vorderde over een hoofdsom van Afl. 17.018,-- voor juridische werkzaamheden die zij voor de gedaagde heeft verricht. Tijdens de zitting op 7 oktober 2016 heeft Kock haar eis verminderd door de vordering van wettelijke rente te laten vallen.

De gedaagde heeft op niet heldere wijze verweer gevoerd tegen de vordering van Kock. Het Gerecht heeft in zijn beoordeling de eerdere overwegingen uit het tussenvonnis herbevestigd en heeft besloten om de hoofdsom van Afl. 17.018,-- toe te wijzen aan Kock. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op Afl. 1.627,69 aan verschotten en Afl. 3.000,-- aan salaris voor de gemachtigde.

Het vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting en is ondertekend door rechter A.H.M. van de Leur. Dit vonnis bevestigt de verplichting van de gedaagde om de verschuldigde bedragen aan Kock te voldoen, evenals de kosten van de procedure.

Uitspraak

Vonnis van 30 november 2016
Behorend bij A.R. nr. 1234 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap,
ADVOCATENPRAKTIJK MR. D.G. KOCK N.V.,
gevestigd te Aruba,
EISERES,
hierna ook te noemen: Kock,
gemachtigde: de advocaat mr. E.M.J. Cafarzuza,
tegen:
Gedaagde,
wonende in Aruba,
GEDAAGDE,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
procederende in persoon.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure tot 7 september 2016 blijkt uit het tussenvonnis van dit Gerecht van die datum. De ingevolge dat vonnis gelaste comparitie van partijen na antwoord heeft plaatsgevonden op 7 oktober 2016. Kock is toen verschenen bij haar gemachtigde, voor wie mr. D.G. Illes occupeerde. Gedaagde is in persoon verschenen. Partijen hebben het woord gevoerd, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.2
Kock heeft ter zitting haar eis verminderd, in die zin dat zij niet langer wettelijke rente vordert over het in hoofdsom gevorderde bedrag.
1.3
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Kock vordert dat het Gerecht bij vonnis Gedaagde veroordeelt:
-om aan Kock te betalen Afl. 17.018,-- voor door Kock ten behoeve van Gedaagde verrichte juridische werkzaamheden;
-in de proceskosten, waaronder begrepen die van het beslag.
2.2
Gedaagde heeft op niet heldere wijze verweer gevoerd.

3.DE BEOORDELING

3.1
Het Gerecht volhardt in zijn in het tussenvonnis neergelegde overwegingen en beslissingen.
3.2
Onder verwijzing naar rechtsoverweging 2.5 van het tussenvonnis zal het in hoofdsom door Kock gevorderde bedrag worden toegewezen.
3.3
Gedaagde zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van Kock, waaronder begrepen die van het bij partijen genoegzaam bekende op 11 mei 2016 ten laste van Gedaagde gelegde conservatoire derdenbeslag. Tot aan deze uitspraak worden die kosten begroot op (750,-- + 211,14 + 274,28 + 193,55 + 198,72 =) Afl. 1.627,69 aan verschotten en
Afl. 3.000,-- aan salaris voor de gemachtigde (3 punten van liquidatietarief 4, ad
Afl. 1.000,-- per punt).

4.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-veroordeelt Gedaagde om ten titel van nakoming aan Kock te betalen Afl. 17.018,-- voor door Kock ten behoeve van Gedaagde verrichte juridische werkzaamheden;
-veroordeelt Gedaagde in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van Kock, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 1.627,69 aan verschotten en Afl. 3.000,-- aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 30 november 2016 in aanwezigheid van de griffier.