Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- De nadere financiële gegevens van de vrouw, ingediend ter zitting van 17 november 2015;
- de akte uitlating zijdens de man, ingediend op 8 december 2015.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 9 februari 2016 uitspraak gedaan in het verzoek van de vrouw om verhoging van de door de man te betalen kinderalimentatie. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A.R. Bryson, en de vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. L.J. Pieters, zijn betrokken in een procedure die voortvloeit uit eerdere beschikkingen van het gerecht. De vrouw verzocht om een maandelijkse bijdrage van Afl. 450,- voor de kosten van de minderjarige, terwijl de man momenteel Afl. 250,- per maand bijdraagt. Het gerecht heeft de financiële situatie van beide ouders beoordeeld, waarbij de vrouw een netto maandinkomen van Afl. 4.544,- heeft en de man een netto maandinkomen van Afl. 4.033,30. Na beoordeling van de draagkracht van beide ouders en de kosten van de minderjarige, heeft het gerecht geconcludeerd dat de man zijn verplichtingen naar behoren nakomt. De vrouw heeft de behoefte van de minderjarige op Afl. 1.000,- per maand gesteld, maar het gerecht heeft vastgesteld dat de behoefte op Afl. 850,- per maand ligt, rekening houdend met de kosten van opvang. Gezien de huidige bijdrage van de man en zijn financiële situatie, is het verzoek van de vrouw om verhoging van de kinderalimentatie afgewezen. De man blijft verplicht om Afl. 250,- per maand te betalen voor de verzorging en opvoeding van de minderjarige.