ECLI:NL:OGEAA:2016:711

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 september 2016
Publicatiedatum
19 oktober 2016
Zaaknummer
K.G. no. 2042 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming van gehuurd appartement en betaling van achterstallige huur en utiliteitskosten

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres een kort geding aangespannen tegen gedaagden, die in een huurrelatie met haar staan. Eiseres vordert ontruiming van een appartement dat zij aan gedaagden verhuurt, gelegen in Aruba, en betaling van achterstallige huur en utiliteitskosten. De procedure vond plaats op 8 september 2016, waarbij eiseres werd vertegenwoordigd door haar advocaten, terwijl gedaagde sub 1 aanwezig was en gedaagde sub 2 niet. Eiseres heeft haar vordering onderbouwd met een verzoekschrift en producties, terwijl gedaagde sub 1 erkende dat hij achterstallige bedragen verschuldigd was, maar vroeg om een kans om deze in te lopen.

Het Gerecht heeft vastgesteld dat gedaagden in totaal Afl. 7.800,-- aan achterstallige huur en Afl. 613,41 aan niet betaalde utiliteitskosten verschuldigd zijn. Het Gerecht oordeelt dat het spoedeisend belang van eiseres bij de ontruiming van het appartement gerechtvaardigd is, gezien de lange periode van huurachterstand. De vordering tot ontruiming wordt toegewezen, met inachtneming van de wettelijke bepalingen omtrent ontruiming. Eiseres wordt ook veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en utiliteitskosten aan eiseres.

Het vonnis, uitgesproken op 28 september 2016, bevat ook bepalingen over de kosten van de procedure en verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad. Gedaagden worden in de kosten van de procedure veroordeeld, en het meer of anders verzochte wordt afgewezen.

Uitspraak

Vonnis van 28 september 2016
Behorend bij K.G. no. 2042 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
[eiseres],
wonende in Aruba,
eiseres,
hierna ook te noemen: [eiseres],
gemachtigde: de advocaten mrs. Th. Kuster en A.I. Fräser,
tegen:

1.[gedaagde 1], en

2.
[gedaagde 2],
beiden wonende in Aruba,
gedaagden,
hierna gezamenlijk ook te noemen: [eiseres],
gedaagde sub 1 procederend in persoon, gedaagde sub 2 niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties;
-de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van de zaak ter openbare terechtzitting van 8 september 2016.
1.2 [
eiseres] is ter zitting verschenen bij haar gemachtigden. Gedaagde sub 1 is ter zitting verschenen, terwijl de behoorlijk opgeroepen gedaagde sub 2 niet is verschenen. De verschenen partijen hebben naast het beantwoorden van door het Gerecht gestelde vragen in twee termijnen het woord gevoerd - [eiseres] mede aan de hand van een overgelegde pleitnota - en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen. De door [eiseres] overgelegde nadere producties blijven buiten beschouwing, omdat die niet door gedaagden zijn ontvangen.
1.3
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1 [
eiseres] vordert dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis [eiseres]:
-beveelt om het door hen van [eiseres] gehuurde, te weten het in Aruba te [adres] gelegen en aan [eiseres] toebehorende appartement (hierna: het gehuurde), uiterlijk binnen vijf dagen na de uitspraak van dit vonnis te ontruimen en te verlaten met medeneming van alle goederen en personen die zich aldaar van hunnentwege bevinden en onder afgifte van de sleutels daarvan ter vrije beschikking te stellen van [eiseres], met machtiging van [eiseres] om bij gebreke hiervan de ontruiming zelf te doen bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm;
-veroordeelt om aan [eiseres] te betalen Afl. 7.800,-- aan achterstallige huur, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend van 22 juli 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
-veroordeelt om aan [eiseres] te betalen Afl. 613,41 aan niet betaalde utiliteitskosten;
-veroordeelt in de kosten van deze procedure.
2.2
Gedaagde sub 1 erkent dat hij voormelde bedragen verschuldigd is aan [eiseres], en hij verzoekt het Gerecht hem en zijn echtgenote (te weten gedaagde sub 2) een kans te gunnen om de achterstallige huur in te kunnen lopen en in het licht daarvan de ontruimingsvordering van [eiseres] af te wijzen.
2.3
Voor zover van belang voor de beslissing worden de stellingen van partijen hierna besproken.

3.DE BEOORDELING

3.1
Het spoedeisend belang van [eiseres] bij haar vordering volgt uit de aard van die vordering en de daaraan ten gronde liggende stellingen.
3.2
Vast staat tussen partijen het volgende. [eiseres] zijn met elkaar gehuwd en [eiseres] verhuurt krachtens een daartoe tussen partijen gesloten overeenkomst het gehuurde aan [eiseres] tegen een maandelijks door [eiseres] aan [eiseres] bij vooruitbetaling te betalen huurprijs van Afl. 600,--. Verder staat vast dat [eiseres] tot aan de behandeling van dit kort geding Afl. 7.800,-- achterstallig zijn met de betaling van huur aan [eiseres]. Verder staat vast dat [eiseres]
Afl. 613,41 verschuldigd zijn aan [eiseres] uit hoofde van niet betaalde utiliteitskosten.
3.3
Uit vorenstaande volgt dat [eiseres] in elk geval dertien maanden achterstallig zijn met de betaling van huur. In een bodemprocedure valt in dat verband het oordeel te verwachten dat die wanprestatie de ontbinding van de tussen partijen gesloten huurovereenkomst rechtvaardigt, en dat op die grond de ontruimingsvordering van [eiseres] zal worden toegewezen. Dat brengt met zich dat de thans door [eiseres] op dit punt gevraagde voorziening zal worden toegewezen, met inachtneming van het hierna onder 3.6 en 3.7 vermelde. Er zijn geen omstandigheden gesteld of gebleken die een ander oordeel kunnen dragen. Met name ziet het Gerecht geen grond of aanleiding om [eiseres] in de gelegenheid te stellen om de huurachterstand in te lopen, temeer omdat niet voorshands aannemelijk wordt geoordeeld dat [eiseres] financieel bij machte zijn om - naast alle nog te verschijnen en te betalen huurtermijnen - dat te bewerkstelligen.
3.4
Nu vast staat dat [eiseres] Afl. 7.800,-- verschuldigd zijn aan [eiseres] uit hoofde van achterstallige huur, en zij de vordering van [eiseres] ter zake van betaling van wettelijke rente over dat bedrag niet hebben bestreden, zullen zij worden veroordeeld om bij wijze van voorschot te betalen aan [eiseres]
Afl. 7.800,--, te vermeerderen met wettelijke rente zoals hierna vermeld in het dictum.
3.5
Nu verder vast staat dat [eiseres] Afl. 613,41 verschuldigd zijn aan [eiseres] uit hoofde van niet betaalde utiliteitskosten, zullen zij worden veroordeeld om bij wijze van voorschot eveneens dat bedrag te betalen aan [eiseres];
3.6
Uit het eerste lid van artikel 556 Rv volgt dat [eiseres] de ontruiming niet zelf ter hand mag nemen, en dat gedwongen ontruiming het exclusieve terrein is van de deurwaarder. [eiseres] heeft voldoende aan dit vonnis om de deurwaarder te mogen inschakelen indien [eiseres] niet vrijwillig tot nakoming daarvan overgaat. In het licht daarvan heeft [eiseres] derhalve geen machtiging nodig om de ontruiming zelf te doen bewerkstelligen. Voorwaarde is dat het ontruimingsvonnis door de deurwaarder wordt betekend aan [eiseres], en dat aan [eiseres] overeenkomstig het bepaalde in artikel 555 Rv bevel wordt gedaan om binnen drie dagen (na ommekomst van de aan hen bij dit vonnis gegunde ontruimingstermijn dus) te ontruimen. De deurwaarder op zijn beurt behoeft geen rechterlijke machtiging om bevoegd te zijn de hulp van de sterke arm van politie en justitie in te roepen indien de deuren van het te ontruimen pand gesloten zijn of de opening daarvan geweigerd wordt. Die bevoegdheid ontleent de deurwaarder immers rechtstreeks aan artikel 557 Rv, waarin artikel 444 Rv van overeenkomstige toepassing wordt verklaard. Voorziet de instrumenterende deurwaarder problemen, dan kan hij op de voet van (strekking en geest van) de Algemene Politieverordening - zonder dat daartoe rechterlijke machtiging nodig is - bijstand van de politie inroepen. In het licht van dit alles valt van de bodemrechter het oordeel te verwachten dat dit onderdeel van het door [eiseres] verzochte moet worden afgewezen. Dat betekent dat dit onderdeel van de thans door [eiseres] verzochte voorziening zal worden afgewezen.
3.7
Afweging van de belangen van partijen maakt al het vorenstaande niet anders, omdat het Gerecht geen zwaarwegender belangen ziet van [eiseres] bij afwijzing van het door [eiseres] verzochte ten opzichte van de belangen van [eiseres] bij toewijzing daarvan. Wel zal aan [eiseres] op grond van redelijkheid en billijkheid de in het dictum vermelde ontruimingstermijn worden gegund.
3.8 [
eiseres] zullen, als de in het ongelijk gestelde partijen, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [eiseres], tot aan deze uitspraak begroot op (450,-- + 256,68 + 256,68 =) Afl. 963,36 aan verschotten en
Afl. 1.500,-- aan gemachtigdensalaris.

4.DE BESLISSING

Het Gerecht, recht doende in kort geding:
-beveelt [eiseres] om binnen dertig (30) dagen na betekening aan hen van dit vonnis het in Aruba te [adres] gelegen appartement te ontruimen en te verlaten met alle zich aldaar van hunnentwege bevindende personen en goederen, en dat appartement onder afgifte van de sleutels daarvan ter vrije beschikking te stellen van [eiseres];
-veroordeelt [eiseres] om bij wijze van voorschot aan [eiseres] te betalen
Afl. 7.800,-- aan achterstallige huur, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend van 22 juli 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
-veroordeelt [eiseres] voorts om bij wijze van voorschot aan [eiseres] te betalen Afl. 613,41 uit hoofde van niet betaalde utiliteitskosten;
-veroordeelt [eiseres] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [eiseres], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 963,36 aan verschotten en
Afl. 1.500,-- aan gemachtigdensalaris;
-verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
-wijst af het meer of anders verzochte.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 28 september 2016 in aanwezigheid van de griffier.