In deze civiele procedure, aangespannen door TeleAruba N.V. tegen een eenmanszaak, staat de vraag centraal of de gedaagde partij verplicht is om een bedrag van Afl. 13.179,35 te betalen aan TeleAruba, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten. De vordering is gebaseerd op overeenkomsten van opdracht die tussen TeleAruba en de gedaagde zijn gesloten voor het uitzenden van tv-programma's en reclameboodschappen gedurende de jaren 2009 tot en met 2011. De gedaagde heeft de vordering betwist en verzocht om afwijzing van het verzoek, met kostenveroordeling.
De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een verzoekschrift, conclusies van antwoord, repliek en dupliek. Het Gerecht heeft TeleAruba in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren door het horen van getuigen, aangezien de gedaagde de stelling van TeleAruba dat de programma's daadwerkelijk zijn uitgezonden, heeft betwist. Het Gerecht heeft bepaald dat TeleAruba uiterlijk drie dagen voor de zitting de personalia van de getuigen moet indienen.
De uitspraak van het Gerecht houdt in dat de zaak wordt aangehouden in afwachting van de bewijslevering. De gedaagde heeft ook betwist dat de derde partij, die de opdrachten heeft gegeven, bevoegd was om namens de gedaagde overeenkomsten te sluiten. Het Gerecht heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om hun standpunten na de bewijslevering verder toe te lichten. De volgende zitting is gepland op 22 september 2016.