ECLI:NL:OGEAA:2016:470
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen Banco di Caribe N.V. en werknemer G*
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 6 juli 2016 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de naamloze vennootschap Banco di Caribe N.V. en de werknemer G*. De Bank verzocht om ontbinding op basis van twee gronden: een integriteitsprobleem met G* en een vertrouwensbreuk die voortkwam uit een ongecontroleerde actie van G* tegen de CEO van de Bank. G* was sinds 1 augustus 2010 in dienst bij de Bank en had bij zijn indiensttreding een eigen onderneming, waarvoor hij aanzienlijke bedragen had geleend van de Bank. De Bank stelde dat G* geen toestemming had gevraagd om een pand te verhuren en slechts één huurtermijn had gestort op de rekening van de Bank. Het Gerecht oordeelde dat de gronden voor ontbinding niet voldoende waren onderbouwd en dat er geen reden was om te twijfelen aan de integriteit van G*. Bovendien bleek dat G* zijn werkzaamheden naar behoren uitvoerde en dat er geen klachten van de Bank waren over zijn functioneren. Het Gerecht concludeerde dat de persoonlijke controverse tussen G* en de CEO niet voldoende was om tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst over te gaan. Het verzoek van de Bank werd dan ook afgewezen, zonder dat G* in de kosten werd veroordeeld, aangezien hij in persoon procedeerde.