ECLI:NL:OGEAA:2016:464

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
4 juli 2016
Publicatiedatum
25 juli 2016
Zaaknummer
L.A.R. nrs. 1360 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot voorlopige voorziening inzake sluitingstijden voor alcoholverkoop door Cocolishi Gift & Drugstore N.V.

Op 4 juli 2016 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een zaak tussen Cocolishi Gift & Drugstore N.V. en de Minister van Algemene Zaken, Wetenschap, Innovatie en Duurzame Ontwikkeling. Cocolishi, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.B. Wever, verzocht om ontheffing van de sluitingstijden voor de verkoop van alcoholhoudende dranken. Dit verzoek volgde op een eerdere aanvraag voor ontheffing die op 11 februari 2016 was ingediend, maar waarop geen beslissing was genomen. Cocolishi had bezwaar gemaakt tegen het uitblijven van een beslissing en verzocht om een voorlopige voorziening op basis van artikel 54 van de Landsverordening Administratieve Rechtspraak (LAR).

Tijdens de behandeling op 13 juni 2016 waren zowel de gemachtigde van Cocolishi als de gemachtigde van de Minister aanwezig. Cocolishi stelde dat de ambtelijke afhandeling van de vergunningaanvraag mogelijk maanden zou duren en dat de Minister eerder positief had moeten beslissen op de aanvraag. De rechter overwoog dat voor het honoreren van het verzoek een aanmerkelijke kans moest bestaan dat de bestreden beslissing niet in stand zou blijven.

Echter, het gerecht concludeerde dat het spoedeisend belang van Cocolishi was komen te vervallen, omdat er geen geldige vergunning was aangevraagd. De rechter wees het verzoek van Cocolishi af, met de overweging dat zonder de benodigde vergunning er geen spoedeisend belang was bij de ontheffing van de sluitingstijden. De uitspraak werd gedaan door mr. N.K. Engelbrecht en vond plaats ter openbare terechtzitting op 4 juli 2016.

Uitspraak

Uitspraak van 4 juli 2016
L.A.R. nrs. 1360 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het verzoek in de zin van artikel 54 van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
COCOLISHI GIFT & DRUGSTORE N.V. h.o.d.n. CIRKLE K ARUBA,
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER, hierna te noemen: Cocolishi,
gemachtigde: de advocaat mr. G.B. Wever,
gericht tegen:
DE MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN, WETENSCHAP, INNOVATIE en DUURZAME ONTWIKKELING,
zetelende in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. I.L. Ras Orman (DWJZ).

1.PROCESVERLOOP

1.1
Bij verzoekschrift van 11 februari 2016 heeft verzoekster aan verweerder ontheffing van de sluitingstijden verzocht.
1.2
Tegen het uitblijven van een beslissing op bovenvermeld verzoeken, heeft Cocolishi op 9 juni 2016 bezwaar ingesteld. Op diezelfde datum heeft Cocolishi onderhavig verzoekschrift ex artikel 54 Lar gedaan.
1.3
Het verzoek is behandeld in raadkamer op 13 juni 2016, alwaar Cocolishi bij zijn gemachtigde, mr. G.B. Wever en verweerders bij hun gemachtigde, mevrouw VI.L. Ras Orman, de heer E. Ras (KPA), de heer E. Soemers (KPA), mevrouw L. Escobar (Directie Volksgezondheid) en mevrouw L. Geerman (directie Volksgezondheid) zijn verschenen.
1.4
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Ingevolge artikel 54, eerste lid, van de Lar, kan, indien krachtens deze landsverordening een beroepschrift aanhangig is, de indiener daarvan aan het gerecht verzoeken om de bestreden beslissing op het bezwaarschrift te schorsen op grond, dat de uitvoering daarvan voor betrokkene een onevenredig nadeel met zich zou brengen in verhouding tot het door een onmiddellijke uitvoering daarvan te dienen belang. Ingevolge het tweede lid van genoemd artikel kan ter voorkoming van nadeel als bedoeld in het eerste lid, op het verzoek van genoemde indiener ook een voorlopige voorziening worden getroffen.
2.2
Voor honorering van een verzoek als het onderhavige is onder meer vereist dat een aanmerkelijke kans bestaat dat de bestreden beslissing niet in stand zal blijven. Voor zover de toetsing aan het in artikel 54, eerste lid, van de Lar neergelegde criterium meebrengt dat een beoordeling van het geschil in de hoofdzaak wordt gegeven, heeft het oordeel van de voorzieningenrechter een voorlopig karakter en is dat niet bindend in de bodemprocedure.
2.3
In deze zaak gaat het om het volgende.
2.3.1
Op 28 december 2016 is Cocolishi door politieambtenaren mondeling bericht dat zij niet over de vereiste vergunningen en ontheffing beschikte om gedurende de avond en nacht alcoholhoudende drank te verkopen.
2.3.2
Verweerder heeft op 30 december 2015 een voorlopige slijt- en reastaurantvergunning en ontheffing van de sluitingstijd verleend aan Cocolishi.
2.3.3
Cocolishi heeft op 11 februari 2016 aan verweerder ontheffing van de sluitingstijden verzocht.
2.3.4
Tegen het uitblijven van een beschikking op zijn verzoek heeft Cocolishi op 9 juni 2016 bezwaar gemaakt.
2.4
Cocolishi heeft verzocht de fictief afwijzende beschikking te schorsen gedurende de heroverweging daarvan op grond van het bezwaarschrift, en primair bij voorlopige voorziening Cocolishi een ontheffing van sluitingstijd te verlenen c.q. dat de voorlopige vergunning met tijdelijke ontheffing ban sluitingstijd wordt verlengd tot en met de dag waarop tot in hoogste instantie op het bezwaarschrift is beslist, subsidiair bij voorlopige voorziening Cocolishi toe te staan om tot en met de dag waarop tot in hoogste instantie op het bezwaarschrift is beslist haar lokaliteit vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week geopend te hebben en te houden met veroordeling van verweerder in de kosten. Aan dit verzoek heeft Cocolishi ten grondslag gelegd dat de ambtelijk afhandeling van de vergunningaanvraag mogelijk enkele maanden in beslag zal nemen en meent dat de minister positief op de aanvraag had dienen te beslissen. Circle K wordt al ruim 30 jaar geëxploiteerd met een ontheffing sluitingstijd, de minister handelt in strijd met het verbod van willekeur door de vorige eigenaar van Circle K ongestoord Circle K te laten exploiteren en nu plots handhavend op te treden en de minister positief op de aanvraag had dienen te beslissen omdat de omstandigheden waaronder Circle K geëxploiteerd worden niet zijn gewijzigd.
2.5
Ingevolge artikel 7 van de Landsverordening winkelsluiting kan de bevoegde autoriteit tijdelijk gehele of gedeeltelijke ontheffing verlenen van de winkelsluitingstijden. Ingevolge het vierde lid wordt onder bevoegde autoriteit verstaan de directeur van de Directie Economische Zaken, Handel en Industrie.
Ingevolge artikel 9 van de Landsverordening Administratie Rechtspraak (Lar) wordt het uitblijven van een beschikking binnen de bij of krachtens landsverordening gestelde termijn, of, bij gebreke van een zodanige termijn, het uitblijven van een beschikking binnen twaalf weken nadat daartoe door de belanghebbende een verzoek is ingediend, gelijkgesteld met een afwijzende beschikking.
Spoedeisend belang
2.6
Het gerecht overweegt als volgt. Cocolishi wenst de ontheffing van de sluitingstijden van Circle K om vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week onder andere alcoholhoudende drank te verkopen. Cocolishi heeft op 27 januari 2016 een koffiehuis-, slijt-, ijs- en restaurantvergunning B aangevraagd, op welk verzoek nog niet is beslist. Tegen de fictief afwijzende beslissing heeft Cocolishi op 9 juni 2016 bezwaar ingesteld. Bij uitspraak van dit gerecht van heden heeft het gerecht in LAR-1361/16 overwogen dat het bezwaarschrift van Cocolishi hiertegen hoogstwaarschijnlijk niet-ontvankelijk zal worden verklaard nu Cocolishi te vroeg bezwaar heeft ingesteld. Dientengevolge is het spoedeisend belang in onderhavige zaak komen te vervallen, nu Cocolishi zonder een koffiehuis-, slijt-, ijs- en restaurantvergunning B geen spoedeisend belang heeft bij ontheffing van de sluitingstijden van Circle K. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het verzoek van Cocolishi dient te worden afgewezen.

3.BESLSSING

De rechter in dit gerecht:
wijst het verzoek af.
Deze beslissing is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 juli 2016 in aanwezigheid van de griffier.