ECLI:NL:OGEAA:2016:446

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
29 juni 2016
Publicatiedatum
18 juli 2016
Zaaknummer
A.R. 2093 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba in een nalatenschapszaak met internationale elementen

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is gebracht, betreft het een verzoek tot verdeling van de nalatenschap van mw. [naam X], die in Sint Maarten is overleden. De verzoeker, E*, woont in Sint Maarten en heeft de gedaagden, waaronder [naam A] en de gezamenlijke erven van [naam B], gedagvaard. De gedaagden zijn niet verschenen en er is verstek verleend. De procedure heeft zich geconcentreerd op de vraag naar de relatieve bevoegdheid van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gezien het feit dat geen van de gedaagden in Aruba woon- of verblijfplaats heeft.

De rechter heeft in zijn overwegingen de relevante artikelen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de (voormalige) Nederlandse Antillen (RvNA) besproken. Artikel 95 RvNA stelt dat de rechter van de woonplaats van de gedaagde relatief bevoegd is, maar aangezien de gedaagden geen woon- of verblijfplaats in Aruba hebben, is deze bepaling niet van toepassing. Verder is artikel 100 RvNA besproken, dat de bevoegdheid van de rechter in de laatste woonplaats van de overledene regelt, maar ook hier is geen bevoegdheid vastgesteld.

Uiteindelijk concludeert de rechter dat het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba geen relatieve bevoegdheid heeft om van het geschil kennis te nemen, en verklaart zich onbevoegd. Dit vonnis is uitgesproken op 29 juni 2016 door mr. W.J. Noordhuizen, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 29 juni 2016
Behorend bij A.R. 2093 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[naam],
te Sint Maarten,
hierna ook te noemen: E*,
gemachtigde: de advocaat mr. M. Voorn,
tegen:
[naam A]
en
DE GEZAMENLIJKE ERVEN VAN [naam B],
zonder bekende woon- of verblijfplaats te Aruba,
hierna ook te noemen: [naam A] c.s. respectievelijk A*en Erven [naam B] c.s.,
niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de aantekening op de omslagmap dat op de rolzitting van 27 januari 2016 verstek is verleend tegen de niet verschenen gedaagden.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.AMBTSHALVE

2.1
Verzoeker is woonachtig te Sint Maarten. Gedaagden hebben geen van allen woon- of verblijfplaats in Aruba. De vordering strekt tot verdeling van de nalatenschap van mw. [naam X], verder: erflaatster. Erflaatster is in Sint Maarten overleden. Haar erfgenamen zijn E* en wijlen [naam B], verder: erflater. Erflater is in Curaçao overleden. Gesteld noch gebleken is dat een van diens erfgenamen in Aruba woon- of verblijfplaats heeft. Een van de rechthebbenden in de nalatenschap van erflaatster is [naam A] die nu nog minderjarig is. Gesteld noch gebleken is dat de minderjarige in Aruba woon- of verblijfplaats heeft; zijn met ouderlijk gezag belaste vader woont in Rotterdam, Nederland.
2.2
Ingevolge het bepaalde onder artikel B van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) is in burgerlijk rechtsvorderlijke verhouding tot de (voormalige) Nederlandse Antillen het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de (voormalige) Nederlandse Antillen (RvNA) van toepassing.
2.3
Ingevolge artikel 95 RvNA is – kort gezegd – de rechter van de woonplaats van gedaagde relatief bevoegd. Geen van de gedaagden heeft in Aruba woon- of verblijfplaats.
2.4
Ingevolge artikel 100 RvNA is mede bevoegd de rechter in eerste aanleg van de laatste woonplaats van de overledene. Dat is met betrekking tot erflaatster noch erflater het geval.
2.5
Ingevolge artikel 99 RvNA is in geschillen betreffende onroerende zaken mede bevoegd de rechter in eerste aanleg binnen wiens rechtsgebied de zaak is gelegen. In de onderhavige procedure strekt de vordering evenwel tot verdeling van de nalatenschap. Dat tot die nalatenschap een onroerende zaak in Aruba en een (grond)huurrecht met betrekking tot een perceel in Aruba behoren brengt niet mee, dat het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba relatief bevoegd is om in het geschil te vonnissen.
2.6
Ten slotte bepaalt artikel 103b RvNA dat als de artikelen 95 tot en met 103a geen bevoegde rechter in eerste aanleg in de Nederlandse Antillen, waaronder ingevolge artikel B Rv in dit verband ook begrepen moet worden: Aruba, aanwijzen, dan de rechter in eerste aanleg van de woonplaats van de eiser of een van de eisers bevoegd is en, bij gebreke daarvan, de rechter in eerste aanleg te Curaçao. E* woont in Sint Maarten.
2.7
Alles bijeengenomen komt het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba geen relatieve bevoegdheid toe en daarmee, noch op enige grond, interregionale rechtsmacht.

3.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
verklaart zich onbevoegd om van het geschil kennis te nemen.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 29 juni 2016 in aanwezigheid van de griffier.