ECLI:NL:OGEAA:2016:423

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
14 juni 2016
Publicatiedatum
27 juni 2016
Zaaknummer
EJ. nr. 115 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om gezag over kinderen na scheiding van ouders met internationale elementen

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vader, procederend in persoon, verzocht om het gezag over zijn twee kinderen, [A] en [B], die in Haïti zijn geboren. De moeder, die in Haïti woont, is niet verschenen op de zitting, ondanks een behoorlijke oproeping. De vader heeft aangevoerd dat hij samen met de moeder heeft besloten om de kinderen naar Aruba te brengen voor een betere levensomstandigheden en onderwijs. De kinderen wonen sinds juli 2015 bij de vader in Aruba.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 11 september 2014 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 mei 2016 was alleen de vader aanwezig. De moeder had eerder een machtiging verleend aan de vader om met de kinderen naar Aruba te reizen en zorg voor hen te dragen. De rechter heeft vastgesteld dat de kinderen feitelijk al bijna een jaar bij de vader wonen en dat hij hen verzorgt en opvoedt, terwijl de moeder in Haïti verblijft.

De rechter heeft geoordeeld dat de moeder tijdelijk niet in staat is om het gezag uit te oefenen, zoals bedoeld in artikel 1:253r, lid 1 en onder a BW, en heeft besloten om de vader met het gezag over de kinderen te belasten. De beschikking is gegeven op 14 juni 2016 door mr. N.K. Engelbrecht en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 14 juni 2016
behorend bij EJ. nr. 115 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[X],
wonende in Aruba,
VERZOEK, hierna: de vader,
procederend in persoon.
Belanghebbenden:
[Y],hierna de moeder,
wonende te [adres] in Haïti,
[A], geboren [datum] 2010 in Haïti,
[B], geboren op [datum] 2010 in Haïti,
beiden wonende in Aruba.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 11 september 2014,
  • het advies van de ambtenaar van de Burgerlijke Stand, gefaxt op 21 april 2015,
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 10 mei 2016, waaruit blijkt dat alleen de vader in persoon is verschenen. De moeder is, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Uit de affectieve relatie tussen de vader en de moeder zijn voornoemde kinderen, [A] en [B], op [datum] 2010 in Haïti geboren. De kinderen zijn door de man erkend.
2.2
Op 23 juni 2015 heeft de rechter in
“de Tribunal de Paix de Petion-Ville” een machtigingsproces-verbaal opgemaakt, waarin is opgenomen de machtiging die de moeder aan de vader heeft verleend opdat hij met de kinderen naar Aruba kan reizen en zorg zal dragen voor het onderhoud, opvoeding, geneesmiddelen en geestelijk toestand van die kinderen.
2.3
Vanaf juli 2015 wonen de kinderen bij de vader in Aruba. De moeder woont in Haïti.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt – naar het gerecht begrijpt – ertoe dat de vader al dan niet samen met de moeder met het gezag over de kinderen wordt belast.

4.DE BEOORDELING

4.1
De vader heeft ter zitting aangevoerd, dat hij samen met de moeder heeft besloten de kinderen mee te nemen naar Aruba, omdat de scholen hier beter zijn en hij ze hier een beter leven kan bieden.
4.2
Onduidelijk is evenwel gebleven of hij reeds – naar Haïtiaans recht – al dan niet samen met de moeder met het ouderlijk gezag over die kinderen is belast. Het door hem overgelegde machtigingsproces-verbaal behelst in ieder geval geen rechterlijke beslissing omtrent het gezag. Vast staat wel dat de kinderen al bijna een jaar hier bij hem wonen en alleen door hem worden verzorgd en opgevoed, omdat de moeder nog in Haïti woont. Feitelijk wordt het gezag thans alleen door de vader uitgeoefend.
4.3
Het gerecht zal, nu de moeder, zoals bedoeld in artikel 1:253r, lid 1 en onder a BW, tijdelijk in de onmogelijkheid verkeert het gezag uit te oefenen en haar gezag – zolang zij in Haïti woont en de kinderen hier – geschorst is, voor zover nodig de vader met het gezag over de kinderen belasten.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
belast de vader – voor zover nodig – met het gezag over [A], geboren [datum] 2010 in Haïti, en [B], geboren op [datum] 2010 in Haïti.
Deze beschikking is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van dinsdag 14 juni 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.