ECLI:NL:OGEAA:2016:408
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Sap
- M.D. Tromp
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van onbetaalde facturen tussen twee naamloze vennootschappen
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, vordert de naamloze vennootschap Johnson’s Enterprises N.V. (hierna: Johnson) betaling van onbetaalde facturen door de naamloze vennootschap Admeloria Engineering, Construction & Maintenance N.V. (hierna: AEC). De procedure is gestart met een eis van Johnson, die op 20 april 2016 ter zitting is behandeld. Johnson is vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. A.E. Barrios, terwijl AEC is verschenen met haar directeur.
De vordering van Johnson betreft een bedrag van Afl. 10.754,28, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. AEC erkent dat zij in gebreke is gebleven met de betaling, maar betwist de hoogte van het gevorderde bedrag. Tijdens de comparitie heeft Johnson bewijsstukken overgelegd die de hoogte van de vordering ondersteunen, en AEC heeft deze stelling niet langer betwist.
Het Gerecht heeft geoordeeld dat de vordering toewijsbaar is. AEC wordt veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en incassokosten. Daarnaast is AEC ook veroordeeld in de proceskosten van Johnson, die zijn begroot op Afl. 750,- aan griffierecht, Afl. 211,14 aan explootkosten en Afl. 750,- aan salaris van de gemachtigde. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Deze uitspraak is gedaan door mr. J. Sap en werd uitgesproken op 8 juni 2016.