ECLI:NL:OGEAA:2016:272

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
19 april 2016
Publicatiedatum
2 mei 2016
Zaaknummer
E.J.1050 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Arbeidsrechtelijke geschil tussen verzoekster en KFC over salarisverhoging en arbeidsvoorwaarden

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft verzoekster, vertegenwoordigd door de advocaten A.A. Ruiz en I.R. Wever, een rechtszaak aangespannen tegen de naamloze vennootschap Kentucky Fried Chicken Aruba N.V. (KFC), vertegenwoordigd door de advocaten M.F. Bonapart en D.M. Suares. De procedure betreft een arbeidsrechtelijk geschil waarin verzoekster aanspraak maakt op een salarisverhoging, een bonus en vergoeding voor gewerkte uren op zater- en zondagen. De zaak is voortgekomen uit een eerdere tussenbeschikking van 27 oktober 2015, waarin verzoekster de gelegenheid kreeg om zich uit te laten over verschillende arbeidsvoorwaarden.

De rechter heeft vastgesteld dat verzoekster sinds 21 december 2015 weer werkzaam is in de functie van Area Coach, waardoor haar verzoek om terugplaatsing in deze functie niet meer relevant is. Wat betreft de gevraagde salarisverhoging van Afl. 400,00 per maand, oordeelt de rechter dat KFC niet bevoegd was om deze arbeidsvoorwaarde eenzijdig te wijzigen. De rechter wijst de vordering van verzoekster toe, met terugwerkende kracht tot april 2014, omdat KFC niet voldoende onderbouwd heeft dat de wijziging in strijd met de wet zou zijn.

Daarnaast heeft de rechter geoordeeld dat verzoekster recht heeft op de bonus van Afl. 750,00 per maand, die KFC ook niet eenzijdig kon wijzigen. Wat betreft de vergoeding voor gewerkte uren op zater- en zondagen, oordeelt de rechter dat verzoekster geen recht heeft op overwerkvergoeding, aangezien het werken op deze dagen inherent is aan de functie van shiftmanager, die zij tijdelijk heeft vervuld. De rechter heeft KFC veroordeeld tot betaling van verschillende bedragen aan verzoekster, inclusief achterstallig salaris, en heeft KFC in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

Beschikking van 19 april 2016
Behorend bij E.J.1050 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[verzoekster]
wonende te Aruba,
verzoekster, hierna ook te noemen: [verzoekster],
gemachtigde: de advocaat mrs. A.A. Ruiz en I.R. Wever
tegen:
de naamloze vennootschap,
KENTUCKY FRIED CHICKEN ARUBA N.V.
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: KFC,
gemachtigden: de advocaten mrs M.F. Bonapart en D.M. Suares.

1.HET VERDERE VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Dit blijkt uit de navolgende stukken:
  • De tussenbeschikking d.d. 27 oktober 2015;
  • de akte aan de zijde van [verzoekster];
  • de akte aan de zijde van KFC.
De zaak is verwezen naar de rol van heden voor beschikking.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Bij tussenbeschikking is [verzoekster] in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over:
- eventuele terugplaatsing in de functie van Area Coach;
- de gestelde salarisverhoging ad Afl. 400,00 per maand ingaande april 2014;
- de gestelde bonus ad Afl. 750,00;
- de vordering met betrekking tot werken op zater- en zondagen.
2.2.1
De terugplaatsing in de functie van Area Coach
Uit de door partijen genomen aktes blijkt dat [verzoekster] sedert 21 december 2015 weer werkzaam is in de functie van Area Coach. De stellingen van partijen met betrekking tot de inhoud van deze functie blijven verder buiten beschouwing, nu aan het verzochte is voldaan. Dit heeft tot gevolg dat [verzoekster] geen belang meer heeft bij toewijzing van haar verzoek om terugplaatsing.
2.2.2
De salarisverhoging ad Afl. 400,00 over de maanden april en mei 2014 en vanaf oktober 2014 tot en met heden.
Voorop wordt gesteld dat een werkgever niet bevoegd is eenzijdig de primaire arbeidsvoorwaarden te wijzigen. Zoals reeds overwogen in 4.6 van de beschikking van 27 oktober 2015 betrof het bedrag ad Afl. 400,00 per maand verkapt loon dat jarenlang is betaald in natura (telefoon- en benzine bonnen). KFC kon deze arbeidsvoorwaarde niet eenzijdig wijzigen, tenzij de betaling hiervan in strijd met de wet zou zijn. KFC stelt dit weliswaar, doch heeft deze stelling feitelijk niet nader onderbouwd. Voor zo ver er sprake zou zijn van een contra legem betaling aan [verzoekster], lag het op de weg van KFC om met [verzoekster] een regeling te treffen ter compensatie van haar inkomensverlies. De sinds juli 2014 betaalde onkostenvergoedingen voor benzine- (Afl. 300,00) en telefoonkosten (Afl. 250,00) zijn reële onkostenvergoedingen en zijn geen compensatie van het verlies van het bedrag ad Afl. 400,00 netto per maand. Nu er sprake is van een ongeoorloofde eenzijdige wijziging van een primaire arbeidsvoorwaarde van [verzoekster], wordt de gevorderde Afl. 400,00 per maand ingaande april 2014 toegewezen tot aan de dag dat partijen ten aanzien van deze beloning een andersluidende afspraak hebben gemaakt.
2.2.3
De bonus van Afl. 750,00
De stelling dat [verzoekster] deze bonus slechts twee maal heeft ontvangen, wordt niet onderbouwd door de door [verzoekster] overgelegde salarisspecificaties. Hieruit volgt dat [verzoekster] dit bedrag vanaf 2007 tot juli 2014 maandelijks ontving. Ook hiervoor geldt dat KFC niet bevoegd was deze primaire arbeidsvoorwaarde eenzijdig te wijzigen. Om deze reden is het verzochte toewijsbaar, eveneens tot aan de dag dat partijen ten aanzien van deze beloning een andersluidende afspraak hebben gemaakt.
2.2.4
De gewerkte zater- en zondagen
[Verzoekster] heeft als productie 25 bij akte een overzicht overgelegd van de door in hoedanigheid van shiftmanager in het weekeinde gewerkte dagen in 2014 en 2015. [verzoekster] stelt dat zij in hoedanigheid van Area Coach van maandag tot en met vrijdag werkte. Nadat zij uit haar functie werd gezet en als shiftmanager moest werken, werd van haar verwacht dat zij ook op zaterdag en zondag werkte voor hetzelfde salaris. [verzoekster] is van mening dat het werk op zaterdag op basis van 150% en op zondag op basis van 200% uitbetaald dient te worden. [verzoekster] erkent voorts dat het werk op zaterdag of zondag gecompenseerd werd met een vrije dag. Hiermee rekening houdend is [verzoekster] van mening dat zij nog recht heeft op een bedrag ad Afl. 12.296,44.
2.2.5.
Met KFC is het gerecht van oordeel dat [verzoekster] geen aanspraak kan maken op vergoeding van ‘overwerk’. Het werken op zater- en zondag is inherent aan de functie van shiftmanager, welke functie [verzoekster] - zij het onder protest - heeft aanvaard en tijdelijk heeft uitgeoefend. Voorts staat vast dat [verzoekster] het aanmerkelijk hogere loon van de Area Coach bleef ontvangen. Nu bovendien de Arbeidsverordening niet op [verzoekster] van toepassing is en voor het overige het verzoek een juridische grondslag ontbeert, wordt dit afgewezen.
2.2.6
Bij tussenbeschikking van 27 oktober 2016 was reeds geoordeeld dat het gevorderde achterstallige salaris over april 2014 wordt toegewezen. In het petitum van het inleidende verzoekschrift wordt toewijzing verzocht van een bedrag ad Afl. 335,19 zijnde achterstallig salaris april 2014 alsmede een bedrag ad Afl. 57,46 zijnde 2 op 27 april 2014 gewerkte uren. Het totaal bedrag ad Afl. 392,65 bruto wordt toegewezen, zijnde achterstallig salaris over april 2014.
2.3.
Nu KFC grotendeels in het ongelijk is gesteld wordt zij in de proceskosten veroordeeld, berekend op 3 punten van tariefgroep 5 van het liquidatietarief.

3.DE BESLISSING

De rechter in dit gerecht
3.1
veroordeelt KFC te betalen aan [verzoekster]:
- een bedrag ad Afl. 6.400,00 netto;
- een bedrag ad Afl. 400,00 netto per maand ingaand april 2014 tot aan de dag dat partijen ten aanzien van dit beloningsonderdeel een andersluidende afspraak hebben gemaakt;
- een bedrag ad Afl. 750,00 per maand bruto ingaande juli 2014 tot aan de dag dat partijen ten aanzien van dit beloningsonderdeel een andersluidende afspraak hebben gemaakt;
- een bedrag ad Afl. 392,65 bruto zijnde het achterstallig salaris over april 2014,
een en ander vermeerderd met de wettelijke verhoging ex artikel 7A:1614q BWA;
3.2.
veroordeelt KFC in de kosten van de procedure aan de zijde van [verzoekster] begroot op Afl. 50,00 griffierecht alsmede een bedrag ad Afl. 2.700,00 voor salaris gemachtigde;
3.3.
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
3.4
wijst het meer of anders gevorderde af.
Deze beschikking is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter, en uitgesproken op dinsdag 19 april 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.