ECLI:NL:OGEAA:2016:133

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
24 februari 2016
Publicatiedatum
1 maart 2016
Zaaknummer
A.R. 1057 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van vordering en veroordeling in de kosten van de procedure in civiele zaak

In de zaak tussen X en Y, die beide gevestigd zijn in Aruba, heeft X een vordering ingesteld met als doel een verklaring voor recht dat hij eigenaar is van een motorfiets. Y heeft hiertegen verweer gevoerd. Tijdens de procedure heeft X op 13 januari 2016 verzocht om de zaak door te halen met compensatie van de proceskosten. Y heeft zich niet verzet tegen de doorhaling, maar heeft wel gevorderd dat X wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De rechter heeft de zaak vervolgens beoordeeld en vastgesteld dat X zijn vordering onvoorwaardelijk heeft ingetrokken. Dit betekent dat X, volgens de geldende regels omtrent proceskosten, verplicht is om de kosten van de procedure aan Y te vergoeden. De rechter heeft geoordeeld dat X in de kosten van de procedure moet worden veroordeeld, die tot de datum van uitspraak aan de kant van Y zijn begroot op Afl. 900, aan salaris van de gemachtigde. Het vonnis is uitgesproken op 24 februari 2016.

Uitspraak

Vonnis van 24 februari 2016
Behorend bij A.R. 1057 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
X,
te Aruba,
hierna ook te noemen: X,
gemachtigde: de advocaat mr. M.O. Lopez,
tegen:
Y,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Y,
gemachtigde: de advocaat mr. N.S. Gravenstijn.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord;
- de rolbeschikking van 25 november 2015 houdende verwijzing naar de rol van 13 januari 2016 voor repliek;
- de aantekening op de rol van 13 januari 2016 houdende verzoek doorhaling onder compensatie van kosten;
- de faxbrief van Y van 13 januari 2016 houdende verzet tegen compensatie van kosten;
- de faxbrief van 14 januari 2016 zijdens X;
- de faxbrief van 14 januari 2016 zijdens Y.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
X vordert – samengevat verklaring voor recht dat hij eigenaar van een motorfiets.
2.2
Y voert hiertegen verweer.
2.3
X heeft verzocht de zaak op de rol van 13 januari 2016 door te halen met compensatie van de proceskosten. Y verzet zich niet tegen doorhaling maar vordert X tot betaling van de proceskosten te veroordelen.

3.DE BEOORDELING

3.1
Volgens de brief van 1 december 1998, waarmee door de president van het Gemeenschappelijk Hof alle betrokkenen in kennis werden gesteld van het beleid bij het bepalen van te liquideren proceskosten betaalt eiser of appellant die een aanhangige zaak afdoet aan gedaagde of geïntimeerde, die zich heeft gesteld, een salaris volgens het liquidatietarief.
3.2
Nu X zijn zaak, zoals blijkt uit zijn faxbrief van 14 januari 2016, onvoorwaardelijk intrekt is hij daarom dienovereenkomstig proceskosten aan Y verschuldigd. Tot betaling daarvan zal X worden veroordeeld.

4.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
wijst het gevorderde af;
veroordeelt X in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van Y worden begroot op Afl. 900, aan salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 24 februari 2016 in aanwezigheid van de griffier.