ECLI:NL:OGEAA:2016:132

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
24 februari 2016
Publicatiedatum
1 maart 2016
Zaaknummer
A.R. 1683 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Boedelverdeling na echtscheiding met betrekking tot echtscheidingsconvenant

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, betreft het een boedelverdeling na een echtscheiding tussen partijen, aangeduid als de man en de vrouw. Partijen waren in algehele gemeenschap van goederen gehuwd en zijn op 1 september 2014 gescheiden, met inschrijving van de echtscheiding op 3 juli 2015. De man heeft zijn verplichtingen uit het echtscheidingsconvenant van 2 augustus 2012 nagekomen, maar de vrouw weigert mee te werken aan de verdeling van de huwelijksgemeenschap.

De man verzoekt de rechter om te verklaren dat het echtscheidingsconvenant nog steeds rechtskracht heeft en om de vrouw te gelasten haar medewerking te verlenen aan de overdracht van een woning op Aruba. De vrouw is niet verschenen ter comparitie en heeft geen verweer gevoerd. De rechter heeft de vordering van de man toegewezen, aangezien deze niet ongegrond of onrechtmatig werd bevonden. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.

De uitspraak van de rechter houdt in dat het echtscheidingsconvenant rechtskracht heeft, dat de vrouw moet meewerken aan de overdracht van de woning, en dat een onzijdig persoon en een notaris worden benoemd voor de uitvoering van de verdeling. De kosten van deze personen komen ten laste van de gemeenschap. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

Vonnis van 24 februari 2016
Behorend bij A.R. 1683 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
X,
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: de man,
gemachtigde: de advocaat mr. R.L.F. Dijkhoff,
tegen:
Y,
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: de vrouw,
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

Voor het eerdere verloop van de procedure wordt verwezen naar het tussenvonnis van 18 november 2015. Sedertdien zijn de volgende proceshandelingen verricht:
- de aantekeningen van de rechter van de comparitie van partijen op 2 december
2015;
- de conclusie na comparitie met recent taxatierapport genomen door de man.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE FEITEN

2.1
Partijen zijn in algehele gemeenschap van goederen gehuwd geweest en op 1 september 2014 gescheiden, welke echtscheiding op 3 juli 2015 is ingeschreven.
2.2
Partijen hebben hun huwelijksgemeenschap, middels een op 2 augustus 2012 overeengekomen echtscheidingsconvenant, verdeeld.
2.3
De man heeft zijn verplichtingen conform het voornoemde echtscheidingsconvenant nagekomen.
2.4
De vrouw weigert om aan de overige verdeling van de huwelijksgemeenschap boedel mee te werken.

3.HET VERZOEK EN HET VERWEER

3.1
De man verzoekt, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
a. voor recht te verklaren dat de tussen partijen aangegane echtscheidingsconvenant van 2 augustus 2012 nog steeds rechtskracht heeft;
b. de vrouw te gelasten;
- haar volle medewerking te verlenen tot het overdragen van meergenoemd
woonhuis plaatselijk bekend als [adres] op Aruba op zijn naam conform het
overeengekomen bij echtscheidingsconvenant van 2 augustus 2012;
- om te gehengen en te gedogen dat het Gerecht een onzijdige persoon, wordt
benoemd om de vrouw, voor zover zij onwillig is, te vertegenwoordigen bij de
bemoeienissen tot verdeling van de gemeenschap;
-te gehengen en te gedogen, dat ten overstaan van notaris A de
werkzaamheden der verdeling zullen plaatsvinden;
-te gehengen en te gedogen, dat de kosten van de onzijdige persoon en de notaris
ten laste zullen komen van de gemeenschap;
-een en ander met veroordeling van de vrouw in de kosten van het geding.
3.2
De vrouw is ter comparitie niet verschenen en heeft geen verweer gevoerd.

4.DE BEOORDELING

4.1
Op 2 december 2015 heeft een comparitie na antwoord plaats gevonden waarbij de man in persoon en bijgestaan door zijn gemachtigde voornoemd is verschenen. De vrouw was niet verschenen en heeft ook geen verweer meer gevoerd.
4.2
De vordering komt noch ongegrond noch onrechtmatig voor en wordt daarom toegewezen.
4.3
Aangezien partijen gewezen echtgenoten zijn, zullen de proceskosten worden gecompenseerd en wel zo dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
- verklaart voor recht dat de tussen partijen aangegane echtscheidingsconvenant van 2 augustus 2012 nog steeds rechtskracht heeft;
- gelast de vrouw haar volle medewerking te verlenen tot het overdragen van genoemd woonhuis plaatselijk bekend als [adres] op Aruba op naam van de man conform het op 2 augustus 2012 overeengekomen echtscheidingsconvenant;
- benoemt tot onzijdig persoon om de vrouw te vertegenwoordigen die mocht weigeren of nalaten aan de verdeling mee te werken: B, deurwaarder, wonende in Aruba;
- benoemt, voor het geval verzoekers daarover niet overeenkomen, tot notaris te wiens overstaan de verdeling behoort te worden tot stand gebracht, notaris A;
- gelast de vrouw te gehengen en te gedogen, dat de kosten van de onzijdige persoon en de notaris ten laste zullen komen van de gemeenschap;
- verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad;
- compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. mr. P.A.H. Lemaire, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 24 februari 2016 in aanwezigheid van de griffier.