ECLI:NL:OGEAA:2016:129

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
24 februari 2016
Publicatiedatum
1 maart 2016
Zaaknummer
A.R.404 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • Y. M. Vanwersch
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake huurschuld tussen Heritage Development Company N.V. en X

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, vorderde de naamloze vennootschap Heritage Development Company N.V. (hierna: Heritage) betaling van een huurschuld door gedaagde X. Heritage had op 1 december 2013 een bedrijfsruimte verhuurd aan X voor de exploitatie van een restaurant, met een maandelijkse huurprijs van Afl. 18.000,00. De huurovereenkomst bevatte bepalingen over boetes bij niet-betaling van de huur. Heritage meldde op 2 juli 2014 een achterstand van Afl. 134.884,03, en X erkende in een brief van 10 september 2014 een schuld van Afl. 154.652,70. Ondanks een vonnis van 1 oktober 2014 waarin X werd bevolen het gehuurde te ontruimen, bleef X tot 31 december 2014 in het pand.

In de procedure vorderde Heritage een bedrag van Afl. 184.139,44, vermeerderd met rente en proceskosten. X voerde verweer, onder andere dat Heritage eerder had moeten ontruimen en dat het gehuurde niet geschikt was voor de beoogde exploitatie. Het gerecht oordeelde dat X zijn verweer onvoldoende had onderbouwd en dat de vordering van Heritage toewijsbaar was. Het gerecht verwierp de stellingen van X en oordeelde dat hij gehouden was de huur te betalen, ongeacht zijn ondernemingsrisico.

Het vonnis, uitgesproken op 24 februari 2016, veroordeelde X tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en proceskosten, en verklaarde de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

Vonnis van 24 februari 2016
Behorend bij A.R.404 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
HERITAGE DEVELOPMENT COMPANY N.V.,
gevestigd te Aruba,
eiseres, hierna ook te noemen: Heritage,
gemachtigde: de advocaat mr. E.R. Zeppenfeldt,
tegen:
X,
wonende te Aruba,
gedaagde, hierna ook te noemen: X,
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de akte niet dienen van 13 januari 2016.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Heritage heeft ingaande 1 december 2013 aan X voor de duur van een jaar een bedrijfsruimte verhuurd ten behoeve van de exploitatie van een restaurant in [plek] te Aruba tegen een maandelijkse huurprijs van Afl. 18.000,00 ex BBO,
including usage of all FF & E currently in the space (as is where is)te voldoen op de eerste dag van de kalendermaand.
2.2
In artikel 2 van de huurovereenkomst is bepaald dat de huurder een boete verschuldigd is van 10% over het openstaande bedrag indien de huur niet is betaald binnen vijf dagen na de dag waarop het bedrag verschuldigd is. In aanvulling hierop is bedongen dat indien de boeterente niet is betaald binnen 14 dagen na de dag waarop deze verschuldigd is, een aanvullende boete van 2% per maand verschuldigd is.
2.3
Bij e-mail van 2 juli 2014 deelt Heritage aan X mee dat er een achterstand is van Afl. 134.884,03 inclusief boeterente, welk bedrag uiterlijk op 8 juli 2014 betaald dient te worden, bij gebreke waarvan Heritage rechtsmaatregelen zal treffen.
2.4
Bij brief van 10 september 2014 bericht X dat hij zich er bewust van is dat een bedrag van Afl. 154.652,70 verschuldigd is aan Heritage. Tevens verzoekt X om tot 31 december 2014 in het gehuurde te mogen blijven, omdat hij hoopt met diverse evenementen nog inkomsten te kunnen genereren teneinde de huurachterstand te kunnen betalen en aldus het gehuurde te kunnen verlaten zonder schuld.
2.5
Bij vonnis van 1 oktober 2014 heeft het gerecht in eerste aanleg van Aruba X bevolen het gehuurde binnen twee weken te ontruimen.
2.6
X heeft het gehuurde op 31 december 2014 ontruimd.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Heritage vordert - bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van X tot betaling van Afl. 184.139,44 te vermeerderen met 2% rente per maand vanaf februari 2015 tot de dag der voldoening en met veroordeling van X tot vergoeding van de proceskosten.
3.2
X voert - samengevat - het volgende verweer,
- Heritage had X eerder moeten ontruimen;
- Heritage beroept zich op verrekening ten aanzien van openstaande facturen;
- het gehuurde was niet geschikt om te worden gebruikt als restaurant;
- Heritage heeft diverse malen de toevoer van gas en water gestaakt;
- Heritage wil in het gehuurde een cinebistro openen.

4.DE BEOORDELING

4.1
Aan de orde is de vraag welk bedrag X nog verschuldigd is uit hoofde van de tussen partijen bestaand hebbende huurovereenkomst.
4.2
Als eerste wordt het beroep van X op verrekening beoordeeld.
X betwist niet de hoogte van het gevorderde bedrag, doch beroept zich op verrekening met onbetaalde facturen ten aanzien van door X aan Heritage geleverde diensten. Bij conclusie van repliek heeft Heritage facturen overgelegd, die reeds zijn verrekend met een huurtermijn. Nu X geen andere facturen heeft overgelegd die onbetaald zouden zijn gebleven en hij zijn stelling niet met concrete feiten (zoals data van de geleverde diensten, de aard hiervan en de hoogte van de pretense vordering op Heritage) heeft onderbouwd, wordt zijn beroep op verrekening als zijnde onvoldoende concreet onderbouwd verworpen.
4.3
De stelling van X dat Heritage eerder tot ontruiming had moeten overgaan wordt eveneens verworpen. Uit de brief zoals weergegeven in r.o. 2.4 volgt immers dat X er bij Heritage op heeft aangedrongen om tot eind 2014 het gehuurde te mogen exploiteren, teneinde inkomsten te kunnen genereren met als belangrijkste doel de huurachterstand af te lossen. Met dit verzoek heeft Heritage ingestemd, hetgeen haar niet kan worden tegengeworpen omdat ook zij hoopte dat X hierdoor zijn huurschuld zou kunnen voldoen. Dit verwijt treft dan ook geen doel.
4.4
Ook de stelling dat het gehuurde ongeschikt was wordt verworpen, nu X het gehuurde heeft aanvaard ‘as is where is’. Voor zover er sprake was van tekortkomingen die voor rekening en risico van Heritage komen, lag het op de weg van X om Heritage hierop te wijzen, zo nodig in gebreke te stellen en een termijn te gunnen om de gebreken te herstellen. Gesteld noch gebleken is dat X dit heeft gedaan.
4.5
Wat betreft de stelling van X dat Heritage de toevoer van gas en water afsloot, begrijpt het gerecht aldus dat X zich beroept op opschorting van zijn betalingsverplichting, omdat Heritage toerekenbaar jegens hem te kort is geschoten. Heritage heeft evenwel onweersproken gesteld dat het weleens voorkwam dat zij als pressiemiddel de toevoer van deze nutsvoorzieningen afsloot, omdat X de kosten hiervan niet betaalde. In de regel betaalde X dan - aldus de onweersproken stelling van Heritage - aanstonds de kosten. Nu X zelf toerekenbaar te kort schoot in zijn betalingsverplichting, kan hij zich niet op opschorting beroepen.
4.6
Tot slot leidt het enkele feit dat Heritage in het gehuurde een cinebistro wilde openen zelfs indien juist, niet tot het oordeel dat X bevrijd wordt van zijn betalingsverplichting. X heeft het gehuurde tot 31 december 2014 in gebruik gehad en is gehouden de maandelijkse overeengekomen huur te betalen.
4.7
Tussen de regels door stelt X nog dat Heritage nimmer met hem in zee had moeten gaan, omdat hij de huur nimmer zou kunnen betalen. Achteraf is dit juist gebleken, doch dit heeft niet tot gevolg dat het tekortschieten in de nakoming van de betalingsverplichting van X voor rekening en risico van Heritage dient te komen. X heeft als ondernemer een risico genomen door een restaurant te openen op een dure locatie, zonder enige garantie dat zijn restaurant goed zou gaan lopen. Helaas heeft het risico zich verwezenlijkt, doch dit blijft het ondernemingsrisico van X.
4.8
Uit het voorgaande volgt dat geen van de weren slaagt.
Nu X de hoogte van de vordering verder niet heeft weersproken, wordt deze toegewezen als verzocht.
4.9
X wordt nu hij in het ongelijk is gesteld in de kosten van de procedure veroordeeld.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
veroordeelt X tot betaling aan Heritage van een bedrag van Afl.184.139,44, te vermeerderen met de contractuele rente van 2% per maand vanaf 27 februari 2015 tot de dag der voldoening;
5.2
veroordeelt X in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van Heritage worden begroot op Afl. 840,00 griffierecht, Afl. 207,34 explootkosten en Afl. 3.400,00 aan salaris van de gemachtigde;
5.3
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
Dit vonnis is gewezen door mr. Y. M. Vanwersch, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 24 februari 2016 in aanwezigheid van de griffier.