ECLI:NL:OGEAA:2016:121
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek om eenhoofdig gezag over minderjarige in het kader van personen- en familierecht
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vader verzocht om hem met het eenhoofdig gezag over zijn minderjarige kind te belasten. De minderjarige, geboren uit de relatie tussen de vader en de moeder, heeft sinds 2011 een stiefmoeder die als voogdes is benoemd. De vader heeft de minderjarige erkend, maar heeft nooit gezamenlijk gezag met de moeder uitgeoefend. De procedure begon met een verzoekschrift op 5 januari 2015 en omvatte verschillende mondelinge behandelingen en rapporten van de Voogdijraad. De Voogdijraad adviseerde om het verzoek van de vader af te wijzen, wat ook door de stiefmoeder en de moeder werd ondersteund. Tijdens de zittingen bleek dat de minderjarige goed verzorgd wordt door de stiefmoeder en dat zij een sterke band met haar heeft. De minderjarige heeft aangegeven bij de stiefmoeder te willen blijven wonen. Het gerecht oordeelde dat het in het belang van de minderjarige niet wenselijk is om de gezagsvoorziening te wijzigen, mede gezien de houding van de vader ten opzichte van de moeder. Het verzoek van de vader werd afgewezen en de proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt.