ECLI:NL:OGEAA:2015:532

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
25 november 2015
Publicatiedatum
4 december 2015
Zaaknummer
A.R. no. 3117 van 2014
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake proceskosten en inhoudingsverplichtingen in civiele procedure

In deze civiele procedure, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is eiseres, de naamloze vennootschap Advocatenpraktijk X, vertegenwoordigd door mr. A.F.J. Caster, in conflict met gedaagde, de naamloze vennootschap Click Print & More N.V., die procedeert via haar directeur mw. A.C. Croes. De zaak betreft een vordering van eiseres tot veroordeling van gedaagde in de kosten van de procedure, omdat gedaagde in strijd met artikel 476a e.v. van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) geen verklaring heeft afgelegd en geen gelden heeft ingehouden en afgedragen aan eiseres uit hoofde van een eerder gelegd beslag.

De procedure is gestart met een verzoekschrift, gevolgd door een conclusie van antwoord, repliek en een akte van niet dienen van dupliek. De rechter heeft vastgesteld dat er een onherroepelijk betalingsbevel was tegen mw. Z, die aan eiseres een bedrag verschuldigd was. Eiseres heeft executoriaal beslag gelegd op de werkgever van Z, gedaagde, die een deel van het verschuldigde bedrag heeft afgedragen. Gedaagde heeft echter gesteld dat er geen verdere verplichtingen meer zijn, wat door eiseres niet voldoende is weerlegd.

De rechter heeft geoordeeld dat eiseres geen belang meer heeft bij haar vorderingen, omdat er geen bewijs is dat gedaagde niet aan haar verplichtingen heeft voldaan. De vordering van eiseres tot proceskostenvergoeding is echter wel toegewezen, omdat gedaagde in strijd met de wet heeft gehandeld door geen verklaring af te leggen en geen gelden af te dragen. Het Gerecht heeft gedaagde veroordeeld in de kosten van de procedure, begroot op Afl. 646,80 aan verschotten en Afl. 1.800,-- aan salaris voor de gemachtigde. Het vonnis is uitgesproken op 25 november 2015.

Uitspraak

Vonnis van 25 november 2015
Behorend bij A.R. no. 3117 van 2014
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ADVOCATENPRAKTIJK X,
gevestigd in Aruba,
eiseres,
hierna ook te noemen: X,
gemachtigde: de advocaat mr. A.F.J. Caster,
tegen:
de naamloze vennootschap
CLICK PRINT & MORE N.V.,
gevestigd in Aruba,
gedaagde,
hierna ook te noemen: CP,
procederend bij haar directeur mw. A.C. Croes.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties,
-de conclusie van antwoord, met producties,
-de conclusie van repliek, met producties,
-de tegen CP verleende akte van niet dienen van dupliek.
1.2
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Voor hetgeen X heeft verzocht wordt verwezen naar het petitum van haar inleidend verzoekschrift.
2.2
CP voert verweer strekkende tot afwijzing van het door X verzochte.

3.DE BEOORDELING

3.1
Vast staat tussen partijen dat bij inmiddels onherroepelijk geworden betalingsbevel van dit Gerecht van 4 juni 2014 in de zaak met als zaaknummer ARBB 3000 van 2013 mw. Z (hierna: Z) is veroordeeld tot betaling aan X van Afl. 1.529,--, te vermeerderen met rente en buitengerechtelijke kosten. Die uitspraak is aan Z betekend door de deurwaarder, maar Z heeft daaraan geen gevolg gegeven. Vervolgens heeft X op 8 oktober 2014 ten laste van Z executoriaal beslag gelegd onder CP, zijnde de werkgever van Z (hierna: het beslag). CP heeft per januari 2015 in totaal Afl. 1.200,-- uit hoofde van het beslag afgedragen aan X.
3.2
In het licht van vorenstaande heeft CP gesteld dat er per april 2015 een totaalbedrag gelijk aan de hoofdsom zal zijn afgedragen, en dat in maanden daarna afdrachten zullen worden gedaan met betrekking tot de rente en kosten over de hoofdsom. Tegen die achtergrond is bij gelegenheid van repliek gesteld noch gebleken dat CP niet alsnog aan haar uit het beslag voortvloeiende inhoudings- en afdrachtsverplichtingen heeft voldaan, en evenmin is gesteld of gebleken dat Z nog enig bedrag krachtens voormeld betalingsbevel verschuldigd is aan X. Eén en ander brengt mee dat zonder nadere onderbouwing - die ontbreekt - niet valt in te zien welk belang X nog heeft het door haar verzochte onder a. en b. van het petitum. Die vorderingen zullen daarom worden afgewezen. Er zijn geen feiten of omstandigheden gesteld die een ander oordeel kunnen rechtvaardigen.
3.3
Wat betreft de vordering van X ter zake van proceskosten wordt het volgende overwogen. X heeft onbestreden gesteld dat zij deze procedure niet nodeloos heeft ingesteld, omdat CP voor die procedure in strijd met het bepaalde in artikel 476a e.v. Rv geen verklaring heeft afgelegd en evenmin is overgegaan tot het inhouden voor en afdragen aan X van aan Z toebehorende gelden uit hoofde van het beslag. In dat alles ziet het Gerecht aanleiding om CP te veroordelen in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van X, welke tot aan deze uitspraak worden begroot op (450,-- + 196,80 =) Afl. 646,80 aan verschotten en Afl. 1.800,-- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten van liquidatietarief 5, ad Afl. 900,-- per punt). Ten overvloede wordt in dit verband nog overwogen dat Z geen partij is in deze procedure.

4.DE BESLISSING

Het Gerecht:
-veroordeelt CP in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van X, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 646,80 aan verschotten en Afl. 1.800,-- aan salaris voor de gemachtigde;
-wijst af het meer of anders verzochte.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 25 november 2015 in tegenwoordigheid van de griffier.