ECLI:NL:OGEAA:2015:458
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- N.K. Engelbrecht
- Rechtspraak.nl
Verzoek om verklaring voor recht inzake adoptie en opname in de registers van de burgerlijke stand
In deze zaak heeft verzoekster, geboren in 1963 en sinds 1971 ingeschreven in Aruba, een verzoek ingediend om een verklaring voor recht dat een in Colombia opgemaakte notariële akte van 1967, die betrekking heeft op haar adoptie, overeenkomstig de plaatselijke voorschriften is opgemaakt en vatbaar is voor opname in de registers van de burgerlijke stand. Verzoekster is genaturaliseerd tot Nederlander en heeft haar geslachtsnaam gewijzigd bij Landsbesluit in 1989. Het verzoek is gebaseerd op artikel 1:26 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt om een verklaring voor recht te vragen over de geldigheid van buiten Aruba opgemaakte akten.
De procedure omvatte een verzoekschrift ingediend op 30 juni 2015, een advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand op 14 september 2015, en een mondelinge behandeling op 15 september 2015. Tijdens deze behandeling was verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, mr. E.M.J. Cafarzuza, en mevrouw mr. J.M.A.M. Ponsioen namens de ambtenaar. De uitspraak werd gedaan op 27 oktober 2015.
Het gerecht heeft vastgesteld dat de adoptie van verzoekster door een Colombiaans echtpaar in 1967, die plaatsvond volgens de toen geldende wet- en regelgeving, niet in strijd is met de Arubaanse openbare orde. De adoptie wordt gekarakteriseerd als een 'zwakke adoptie', waarbij de familierechtelijke banden met de biologische ouders blijven bestaan. Het gerecht oordeelt dat, hoewel Aruba niet is aangesloten bij het Haags adoptieverdrag en er geen wettelijke mogelijkheid is om zwakke adopties om te zetten in sterke adopties, er onder de gegeven omstandigheden geen bezwaar is tegen de erkenning van de adoptie.
Het gerecht heeft uiteindelijk geoordeeld dat verzoekster een gerechtvaardigd belang heeft bij de verzochte verklaring voor recht en heeft de notariële akte van 1967 erkend als vatbaar voor opname in de registers van de burgerlijke stand, terwijl het meer of anders verzochte is afgewezen.