ECLI:NL:OGEAA:2015:43

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
19 mei 2015
Publicatiedatum
28 mei 2015
Zaaknummer
E.J. 464 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een werknemer wegens dringende reden na ernstig vertrouwenverlies

In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Aruba Caribbean Hotel Limited Partnership N.V. (hierna: ACHLP) verzocht om de arbeidsovereenkomst met de werknemer B te ontbinden. B was sinds 1990 in dienst bij ACHLP en laatstelijk werkzaam als ... met een salaris van AWG 2.076,10 bruto per quincena. ACHLP heeft B op 13 november 2011 op staande voet ontslagen wegens ernstige verwijten die voortvloeiden uit een incident waarbij B geld had aangenomen van een gast voor een upgrade, zonder dit bedrag te registreren of af te dragen aan ACHLP. Na een intern onderzoek, inclusief het bekijken van videobeelden, concludeerde ACHLP dat B het vertrouwen had beschaamd door niet volgens de voorgeschreven procedures te handelen.

Tijdens de procedure heeft ACHLP verzocht om de arbeidsovereenkomst met B te ontbinden op grond van gewijzigde omstandigheden, zonder toekenning van een vergoeding. B heeft verweer gevoerd, maar is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling. De rechter heeft vastgesteld dat B's gedrag, inclusief het niet registreren van de ontvangen betaling en het openen van de geldzak tegen instructies in, een dringende reden voor ontslag op staande voet opleverde. De rechter oordeelde dat ACHLP niet langer kon vertrouwen op B in haar functie, wat leidde tot de beslissing om de arbeidsovereenkomst te ontbinden.

De rechter heeft de verzoeken van ACHLP toegewezen en B in de kosten van het geding veroordeeld. De beschikking is gegeven door mr. Y.M. Vanwersch en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 19 mei 2015.

Uitspraak

Beschikking van 19 mei 2015
Behorend bij E.J. 464 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ARUBA CARIBBEAN HOTEL LIMITED PARTNERSCHIP N.V.
gevestigd te Aruba,
verzoekster, hierna ook te noemen: ACHLP,
gemachtigde: de advocaat mr. D. Canwood,
tegen:
B,
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: B,
gemachtigde: de advocaat mr. C. Foy.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de brief van 7 april 2015 van mr. Foy;
- de brief van 7 april 2015 van mr. Canwood;
- de pleitaantekeningen van beide gemachtigden en de aantekeningen van de griffier van het verhandelde ter zitting op 14 april 2015.
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag beschikking zou worden gegeven.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
B is op …… 1990 in dienst getreden bij ACHLP. Laatstelijk was zij werkzaam als …… (hierna ...) met een salaris ad AWG 2.076,10 bruto per quincena.
2.2
Op 13 november 2011 is B op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief is onder meer te lezen:

On November 7, 2014, X, Y and Z met with you to discuss the fact that on November 6, 2014. X received a complaint from a guest named O staying in room 000. O complained that he did not receive a receipt for the $ 250,00 upgrade fee he paid in cash upon check-in on November 4, 2014 to a .... X tried to provide O with his receipt but was unable to do so as he noticed that the upgrade fee was not posted in the guest’s folio. O insisted that he had paid the GRS who handled his check-in process $ 250 in cash for an upgrade. O stated that he gave the GRS 3 bills of $100 and received 2 bills of $ 20 and 1 bill of $10 back. After reviewing the surveillance video footage of that day, it was confirmed that you were the GRS that handled the check-in and upgrade process of O and that you did receive cash money from him.
We conducted an investigation in Opera and noticed that you upgraded mr. Casa from a guest room to a guest suite at 06.42 PM. On the surveillance video footage we noticed that you were fervently selling an upgrade to O. We also noticed that at 06.45 PM a cash transaction took place between O and you as the GRS. This was just a few minutes after 2 keys were created for their new room. No backup of the mandatory standard room upgrade slip was found and your cashier closure of November 4, 2014 does not show this transaction nor was the cash payment of $250 received by the general cashier.
[…]
Upon completion of the investigation, we have now decided that your actions, each independently and jointly, constitute an urgent reason for the immediate termination of your working agreement due to severity and serious breach of trust and confidence.’
2.3
ACHLP heeft op ….. 2014 aangifte gedaan van diefstal in dienstbetrekking.

3.HET VERZOEK EN HET VERWEER

3.1
ACHLP verzoekt om de arbeidsovereenkomst met B - voor zo ver deze nog bestaat - met onmiddellijke ingang te ontbinden op grond van gewijzigde omstandigheden, zonder toekenning van een vergoeding, kosten rechtens.
3.2
ACHLP baseert dit verzoek - samengevat - op het volgende.
B heeft geld aangenomen van een hotelgast voor een upgrade, zonder dit bedrag te registreren dan wel af te dragen aan ACHLP. ACHLP is tot deze conclusie gekomen na uitvoerig onderzoek en het uitlezen van videobeelden. Door deze handelwijze heeft B ACHLP een dringende reden gegeven voor een ontslag op staande voet. Voor het geval de bodemrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet nietig is, dient de arbeidsovereenkomst ontbonden te worden nu ACHLP geen vertrouwen meer heeft in B.
3.3
B voert verweer dat voor zover voor de beslissing van belang hieronder zal worden besproken.

4.DE BEOORDELING

4.1
Aan de orde is de vraag of de arbeidsovereenkomst tussen partijen voorwaardelijk ontbonden dient te worden wegens gewijzigde omstandigheden, bestaande hierin dat ACHLP het vertrouwen in B heeft verloren. In het onderstaande zal blijken dat deze vraag bevestigend beantwoord dient te worden.
4.2
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling - B is niet verschenen - zijn de videobeelden van de ‘surveillance camera’ getoond. Deze camera hangt boven de werkplek van B. Op de beelden is te zien dat B in gesprek is met een gast. Vermoedelijk wordt er gesproken over ‘the rates’ voor een update. Even later is te zien dat B de ‘roomcards’ maakt, zij de gast een ‘key package’ geeft en hem de resortmap toont. Hierna opent de gast zijn portemonnee en legt 3 geldbiljetten op de balie. Te zien is dat B hem geld terug geeft. Op de beelden is niet te zien dat B de gast een betalingsbewijs overhandigt.
4.3
Ter toelichting op de gang van zaken met betrekking tot een door een gast gekozen upgrade verklaarde de heer X ter zitting het volgende. Na toestemming en acceptatie van de klant dient de ... een hiervoor bestemd formulier in te vullen en door de betreffende gast te laten ondertekenen. Hierna tekent ook de manager dit formulier, dat daarna in het computersysteem geregistreerd dient te worden. Een kopie van het formulier bewaart de manager, teneinde de commissie voor de betrokken ... te berekenen. Uit de beschreven videobeelden blijkt niet dat B deze standaard procedure heeft gevolgd.
4.4
Ook zijn videobeelden getoond van de ‘droproom’, de kamer waar de kluisjes zijn, waarin de ... de ontvangen cash gelden opbergt. Te zien is dat de heer X aanwezig is en dat B de box opent en de geldzak eruit haalt. X verklaarde tijdens het bekijken van de beelden dat hij op dat moment vier keer tegen B zei dat zij de geldzak niet mocht openen. Ondanks deze instructie opende B de geldzak. De heer X verklaarde tevens dat hij gezien had dat B geld in haar hand had en dat zij dit in de geldzak stopte. De heer X verklaar voorts dat ze $22 in haar geldzaakje stopte omdat zij dacht dat ze $22 te weinig zou hebben.
4.5
B heeft op de getoonde beelden geen adequate reactie gegeven. In eerste instantie kon zij zich niet herinneren zij dat O een upgrade had gegeven. Ter zitting gaf mr. Foy aan dat B van O een fooi van $250 had gekregen.
4.6
Wat hier verder ook van zij, vast staat dat O een upgrade heeft gekregen en dat deze door B niet op de voorgeschreven wijze is geregistreerd. De stelling van mr. Foy ter zitting dat B van O een fooi van $250,00 gekregen zou hebben, acht het gerecht onaannemelijk, te meer uit de door O ondertekende verklaring blijkt dat hij $250,00 heeft betaald voor een upgrade. B heeft de zaak vervolgens niet beter gemaakt door eerst te verklaren dat zij de upgrade van O niet kon herinneren en voorts in de ‘droproom’ tegen de duidelijke instructies van de heer X in de geldzak te openen en hierin geld te stoppen. Deze handelwijze wekt argwaan. Voorts staat vast dat het bedrag dat O aan B betaald heeft voor de upgrade niet is aangetroffen in de geldzak, noch heeft B dit op andere wijze aan ACHLP ter beschikking gesteld.
4.7
Dan komt vervolgens de vraag aan de orde of voormeld gedrag van B - alle relevante omstandigheden in aanmerking genomen, alsmede haar leeftijd, de aard en duur van het dienstverband, het ontbreken van klachten over haar gedrag en functioneren (behoudens voormeld incident) en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor haar hebben - een dringende reden voor ontslag op staande voet opleverde. Het gerecht beantwoordt deze vraag bevestigend. ACHLP dient haar werknemers, die uit hoofde van hun functie als ... dagelijks geld voor haar in ontvangst nemen, volledig te kunnen vertrouwen. In casu heeft B er blijk van gegeven dit vertrouwen ernstig te hebben beschaamd, door het bedrag van de upgrade van O niet op de voorgeschreven wijze te registreren en niet af te staan. Aldus heeft B ACHLP een, in zowel objectieve als subjectieve zin, dringende reden gegeven voor een ontslag op staande voet. Het lange dienstverband ten spijt, van ACHLP kan onder de geschetste omstandigheden redelijkerwijs niet langer gevergd worden het dienstverband met B te handhaven.
4.8
Uit het voorgaande volgt dat het verzoek toewijsbaar is.
4.9
B wordt nu zij in het ongelijk is gesteld in de kosten veroordeeld.

5.DE BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
Voor zo ver in rechte komt vast te staan dat tussen partijen nog een arbeidsovereenkomst bestaat
5.1
ontbindt deze arbeidsovereenkomst met ingang van heden.
5.2
veroordeelt B in de kosten van het geding, aan de zijde van ACHLP begroot op AWG 450,00 griffierecht en AWG 1.600,00 voor salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gegeven door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 19 mei 2015 in aanwezigheid van de griffier.