Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VERDERE BEOORDELING
Notariskantoor” verbeterd en aanvullend moet worden gelezen: “die akten produceren”.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft verzoekster A, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. G. de Hoogd, een procedure aangespannen tegen het notariskantoor, vertegenwoordigd door mr. D.G. Kock. De procedure betreft een arbeidsrechtelijk geschil over loonbetaling en de vaststelling van bonussen. De zaak is gestart met een verzoek van A, die stelt dat er onduidelijkheid bestaat over de wijze waarop haar bonus is vastgesteld in relatie tot de totale omzet van de afdeling waarin zij werkzaam was. De procedure heeft verschillende getuigenverhoren en conclusies gekend, waarbij A heeft geprobeerd haar vorderingen te onderbouwen.
Tijdens de zitting op 18 september 2014 is er een tussenbeschikking gegeven, waarin het Gerecht zijn overwegingen heeft neergelegd. In de verdere beoordeling heeft het Gerecht geconcludeerd dat A niet heeft kunnen bewijzen dat er afspraken zijn gemaakt over de wijze van omzetbepaling voor de bonus. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de door A beoogde wijziging van eis niet wordt toegelaten, omdat dit strijdig zou zijn met de goede procesorde. A is niet in staat gebleken om aan te tonen dat de omzet van haar collegae ook in aanmerking moest worden genomen voor de bonusvaststelling.
De beslissing van het Gerecht is dat de vorderingen van A worden afgewezen. A wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die tot aan de uitspraak zijn begroot op Afl. 3.750,-- aan salaris voor de gemachtigde. De beschikking is openbaar uitgesproken op 8 september 2015 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, in aanwezigheid van de griffier.