ECLI:NL:OGEAA:2015:277

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
26 augustus 2015
Publicatiedatum
11 september 2015
Zaaknummer
A.R. 3303 van 2013
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Civiele procedure over vergoeding voor rechtskundige bijstand in Aruba

In deze civiele procedure vordert Eiser, een advocaat te Aruba, dat het Land Aruba onrechtmatig handelt door een discrepantie in de vergoedingen voor kosteloze rechtskundige bijstand in civiele en strafzaken. Eiser stelt dat de vergoeding van Afl. 600 voor civiele zaken niet in verhouding staat tot de vergoeding in strafzaken, en vraagt om een verklaring voor recht en schadevergoeding. De procedure omvat verschillende conclusies en is uiteindelijk verwezen naar de rol voor vonnis.

Het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba oordeelt dat de Landsverordening kosteloze rechtsbijstand geen verplichting oplegt aan het Land Aruba om een uniforme vergoeding te hanteren. De rechter benadrukt dat er geen wettelijke verplichting bestaat om de vergoeding in civiele zaken gelijk te trekken met die in strafzaken. Bovendien is niet aangetoond dat de vergoeding de toegang tot de rechter in civiele zaken onaanvaardbaar beperkt.

De rechter concludeert dat er geen onrechtmatige daad van het Land Aruba is, en wijst de vordering van Eiser af. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten, die door het Land Aruba tot op heden nihil zijn begroot. De uitspraak benadrukt de waarde van advocaten die onder de Landsverordening rechtshulp verlenen, ondanks de lage vergoeding.

Uitspraak

Vonnis van 26 augustus 2015
Behorend bij A.R. 3303 van 2013
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
Eiser,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Eiser,
gemachtigde: de advocaat mr. E.C.P.M. Kok,
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon
HET LAND ARUBA,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Land Aruba,
gemachtigde: mr. V.M. Emerencia.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Eiser is ingeschreven als advocaat op het tableau van het Gemeenschappelijke Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Eiser is op Aruba werkzaam als zelfstandig gevestigd advocaat.
2.2
Ingevolge de Landsverordening kosteloze rechtsbijstand (AB 1991 no. GT 54 zoals gewijzigd bij AB 1997 no. 47, verder: de Landsverordening) wordt namens Land Aruba een overeenkomst aangegaan met advocaten die zich daarbij verbinden om tegen een nader overeen te komen vergoeding kosteloos overeenkomstig de bepalingen van de Landsverordening, rechtskundige bijstand te verlenen aan in Aruba woonplaats hebbende on- en minvermogende personen, verder: de rechtshulpbehoevende, voor zowel burgerlijke als strafzaken (artikel 1 en 2 Landsverordening). Indien rechtskundige bijstand verleend wordt in een civiele procedure of een voorgenomen civiel procedure, die naar het oordeel van de Directie Sociale Zaken rechtskundige bijstand wettigt, wordt dat op de af te geven kaart, die recht geeft op rechtskundige bijstand (verder: de KRB-kaart) aangetekend en wordt daarop ook de naam vermeldt van de advocaat die in civiele zaken de bijstand zal geven (verder: de aangewezen advocaat; artikel 3 Landsverordening).
2.3
Als de rechtshulpbehoevende in een civiele procedure in het gelijk gesteld wordt en de rechter een proceskostenveroordeling ten laste van diens wederpartij uitspreekt, stort de advocaat volgens de Landsverordening dit bedrag na ontvangst in ’s Lands kas, voor zover deze som het bedrag dat door Land Aruba aan de advocaat voor de behandeling van de zaak in de betreffende instantie is toegekend, niet overschrijdt (artikel 6a lid 2 Landsverordening).
2.4
In civiele zaken bedraagt de door het Land aan de ingevolge artikel 3 Landsverordening aangewezen advocaat te betalen standaardvergoeding Afl. 600,. Dat bedrag is niet gebaseerd op de Landsverordening of een Landsbesluit. De vergoeding wordt niet gevarieerd naar gelang de aard of de bewerkelijkheid van de zaak. Het bedrag is sinds de jaren ’60 niet gewijzigd [1] .

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Eiser vordert – geparafraseerd – verklaring voor recht dat Land Aruba onrechtmatig handelt doordat er een onaanvaardbare discrepantie bestaat tussen de vergoedingen aan advocaten voor kosteloze rechtskundige bijstand in civiele zaken enerzijds en strafzaken anderzijds, en dat Land Aruba daarom gehouden is de daardoor ontstane schade te vergoeden, op te maken bij staat, subsidiair de overeenkomst met betrekking tot de vergoeding voor rechtsbijstand ingevolge de Landsverordening aldus te wijzigen dat de vergoeding gelijk zal zijn aan die in strafzaken, een en ander steeds te vermeerderen met de wettelijke rente en met veroordeling van Land Aruba tot vergoeding van de proceskosten.
3.2
Eiser grondt de vordering erop dat Land Aruba onrechtmatig handelt door niet voldoende te vergoeden voor rechtskundige bijstand, althans de overeenkomst om die reden moet worden gewijzigd.
3.3
Land Aruba voert hiertegen verweer, met vordering tot veroordeling van Eiser in de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1.
Anders dan Eiser (wellicht) aanvoert, ziet het gerecht in de Landsverordening geen opdracht aan (de regering van) Land Aruba om een Landsbesluit houdende algemene maatregelen te nemen waarin op uniforme wijze de vergoeding van onder de Landsverordening rechtshulpverlenende advocaten wordt geregeld. Land Aruba kan er dan ook mee volstaan om op grond van de Landsverordening met individuele advocaten overeenkomsten te sluiten. De Landsverordening kent geen vormvoorschrift voor die overeenkomst. Bij het sluiten van de overeenkomst komt aan beide partijen in beginsel contractsvrijheid toe. Bij de invulling daarvan komt aan Land Aruba een grote beleidsvrijheid toe om schaarse algemene middelen aan te wenden ter behartiging van verschillende belangen en daarbij andere prioriteiten te stellen dan de verhoging van de kostenvergoeding in civiele gedingen. Dat in andere landen binnen het Koninkrijk de vergoeding voor rechtshulp aan on- en minvermogenden wel middels (materiële) wetgeving is geregeld en de vergoeding hoger is dan in Aruba, brengt niet mee dat Land Aruba gehouden is hetzelfde te doen. Ook het concordantiebeginsel zoals dat is neergelegd in artikel 39 lid 1 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, brengt niet mee dat Land Aruba gehouden is de wetgeving of de vergoedingssystematiek van de andere landen te volgen. Evenmin is Land Aruba gehouden om de vergoeding of de vergoedingssystematiek in civiele zaken gelijk te trekken met die in strafzaken.
4.2.
Niet voldoende gemotiveerd gesteld is dat de vergoeding zodanig is, dat hierdoor de toegang tot de rechter in civiele zaken in het algemeen onaanvaardbaar wordt beperkt. Een rol daarbij mag spelen dat in civiele zaken in eerste aanleg en in hoger beroep bijstand van een advocaat niet verplicht is, terwijl de rechter op voet van artikel 118 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bevoegd is om, als hij dit voor de - mede door artikel 6 EVRM beheerste - goede en geregelde gang van zaken nodig acht, partijen bij de behandeling van de zaak de nodige voorlichting te geven, hen te ondervragen en zelfs opmerkzaam te maken op de rechts- en bewijsmiddelen, die zij kunnen aanwenden.
4.3.
Het gerecht gaat er in dit geding verder vanuit dat tussen Eiser en Land Aruba kennelijk een (mondelinge voor)overeenkomst is gesloten, op grond waarvan de Directie Sociale Zaken in voorkomend geval op de ten behoeve van een rechtshulpbehoevende af te geven KRB-kaart aantekent, dat Eiser als aangewezen advocaat rechtshulp zal verlenen. Op grond van de (mondelinge voor)overeenkomst en de aantekening op de KRB-kaart wordt aan de rechtshulpbehoevende krachtens nadere overeenkomst met betrekking tot het desbetreffende geschil rechtshulp verleend door Eiser en kan Eiser in civiele zaken jegens Land Aruba aanspraak maken op (in de praktijk steeds) Afl. 600, per geschil. Dit bedrag wordt kennelijk door Land Aruba standaard aangeboden. Daarover wordt van geschil tot geschil niet onderhandeld.
4.4.
Er bestaat geen verplichting om kosteloos rechtsbijstand te verlenen. Anders gezegd, Eiser is niet verplicht om met Land Aruba een (voor)overeenkomst te sluiten die meebrengt, dat als de Directie Sociale Zaken zijn naam aantekent op de KRB-kaart, Eiser als aangewezen advocaat tegen een door Land Aruba te betalen vergoeding van Afl. 600, rechtshulp moet verlenen. Hij mag dat weigeren [2] . Niet gesteld is dat daarop een ‘sanctie’ zijdens Land Aruba volgt, bijvoorbeeld in die zin dat Eiser dan ook in andere zaken niet meer wordt aangewezen als advocaat of dat de (voor)overeenkomst met Eiser om die reden wordt ontbonden of opgezegd.
4.5.
Het gerecht constateert voorts, dat als een proceskostenveroordeling ten laste van de wederpartij van de rechtshulpbehoevende wordt uitgesproken waarbij het gemachtigdensalaris hoger is dan Afl. 600, en die kosten daadwerkelijk worden betaald, conform het systeem van de Landsverordening geen aanspraak bestaat op een vergoeding van Afl. 600, . De advocaat incasseert in dat geval de hogere proceskostenvergoeding conform het door de gerechten en het hof gehanteerde standaard liquidatietarief en hoeft het meerdere boven Afl. 600, niet af te dragen aan Land Aruba.
4.6.
Alles bijeengenomen kan ook op deze grond niet geconstateerd worden dat de vergoeding die Land Aruba aan aangewezen advocaten in civiele zaken betaalt in alle gevallen zodanig is dat Land Aruba jegens Eiser onrechtmatig handelt.
4.7.
De vordering zal daarom worden afgewezen met veroordeling van Eiser in de proceskosten. Nu Land Aruba in dit geval middels de jurist van haar eigen dienst heeft geprocedeerd heeft hij geen voor vergoeding in aanmerking komende kosten gemaakt.

5.5. DE BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
wijst de vordering af:
veroordeelt Eiser in de proceskosten en begroot die kosten van de zijde van Land Aruba tot op heden nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 26 augustus 2015 in aanwezigheid van de griffier.

Voetnoten

1.Inleidend verzoek onder 12, niet weersproken.
2.Het siert Eiser en andere advocaten die onder de Landsverordening rechtshulp verlenen overigens dat zij, ondanks de hoogte van de vergoeding, toch rechtshulp op basis van de Landsverordening verlene. De desbetreffende advocaten verlenen daarmee een grote dienst aan onze democratische rechtsstaat. Het zou mooi zijn als Land Aruba in ieder geval dat zou erkennen.