ECLI:NL:OGEAA:2015:187

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
31 juli 2015
Publicatiedatum
31 juli 2015
Zaaknummer
K.G. no. 1511 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervangende toestemming voor verhuizing met minderjarige kinderen naar Curaçao

In deze zaak heeft de rechter in kort geding op 31 juli 2015 uitspraak gedaan over de vordering van eiseres, die toestemming vroeg om met haar minderjarige kinderen naar Curaçao te verhuizen. Eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. G.L. Griffith, is gescheiden van gedaagde, die door mr. C.S. Edwards werd bijgestaan. Eiseres heeft een nieuwe partner op Curaçao en wil met hem samenwonen, terwijl gedaagde zich verzet tegen de verhuizing, omdat hij vreest dat dit de omgang met zijn kinderen zal bemoeilijken en dat eiseres financieel afhankelijk wordt van haar nieuwe partner.

De rechter heeft de belangen van beide partijen afgewogen. Eiseres heeft aangetoond dat zij goed voor de kinderen zorgt en dat de verhuizing naar Curaçao in hun belang is, vooral omdat zij daar al op school zijn ingeschreven en er een plek voor hen is in het nieuwe huis. De rechter heeft vastgesteld dat de risico's voor de kinderen beheersbaar zijn en dat er voldoende spoedeisend belang is bij de beslissing, aangezien de kinderen vóór het nieuwe schooljaar moeten verhuizen.

Uiteindelijk heeft de rechter eiseres vervangende toestemming verleend om met de kinderen naar Curaçao te verhuizen, en de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

Vonnis van 31 juli 2015
K.G. no. 1511 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
Vonnis in kort geding tussen:
[eiseres],
wonende te Aruba,
eiseres,
gemachtigde: de advocaat mr. G.L. Griffith,
en
[gedaagde],
wonende te Aruba,
gedaagde,
gemachtigde: de advocaat mr. C.S. Edwards.

1.De procedureHet verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift;
- een brief met producties van 21 juli 2015 van de zijde van gedaagde;
- de ter openbare terechtzitting op 22 juli 2015 overgelegde pleitnotities, die zijn voorgedragen;
De minderjarige kinderen zijn op 29 juli 2015 door de rechter gehoord.
Het vonnis is bepaald op heden.

2.De vordering en het verweer2.1 Eiseres vordert bij vonnis in kort geding, uitvoerbaar bij voorraad:

- haar toe te staan met de minderjarige kinderen van partijen:
 [kind 1], geboren te Aruba op [datum]; en
 [kind 2], geboren te Aruba op [datum] naar Curaçao
te mogen verhuizen; dan wel
  • aan haar vervangende toestemming te verlenen met de kinderen naar Curaçao te verhuizen; althans
  • enige andere beslissing te nemen die de rechter in goede justitie meent te moeten nemen;
  • met compensatie van de proceskosten.
2.2
Aan haar verzoek legt eiseres ten grondslag dat zij gescheiden is van gedaagde en al enkele jaren op Curaçao een nieuwe partner heeft met wie zij wil gaan samenwonen en met wie zij in september gaat trouwen. Zij wil de kinderen meenemen. Dezen willen dat ook. Deze partner heeft huis en werk en gaat goed om met de kinderen. Zij zal loyaal uitvoering geven aan een omgangsregeling tussen gedaagde en de kinderen, in de vakanties, op Aruba of Curaçao, telefonisch en via Skype. Partijen hebben beiden het gezag. Gedaagde weigert mee te werken aan de gewenste verhuizing.
2.3
Gedaagde voert gemotiveerd verweer. Hij ziet geen noodzaak voor het vertrek van eiseres met de kinderen. Ze worden daar financieel afhankelijk van haar nieuwe partner. Hij betwijfelt of eiseres de kinderen voldoende financiële stabiliteit zal kunnen bieden. Gedaagde zal zijn kinderen veel minder vaak zien. Verder voert hij aan dat eiseres een groot geldbedrag schuldig is aan haar Arubaanse werkgever wegens door haar gepleegde fraude. Hij ziet haar vertrek als een vlucht. Voor de zoon ziet hij bovendien als groot probleem dat hij in Aruba op hoog niveau baseball speelt en zeer goede training en begeleiding krijgt. Op Curaçao heeft hij dat allemaal niet.

3.De beoordeling3.1 Voorop gesteld zij dat hier sprake is van verschillende, op zichzelf te respecteren belangen. Dat van eiseres, die met haar huidige partner wil samenwonen en die van vader om zo veel mogelijk omgang met zijn kinderen te hebben. Moeder wil verhuizen naar Curaçao en dat brengt voor iedereen de nodige veranderingen en onzekerheden met zich.

3.2
Een regeling in der minne is ter zitting niet gelukt. Er zal dus uit hoofde van artikel 1: 253a van het Burgerlijk Wetboek uitspraak moeten worden gedaan in dit geschil tussen ouders, die beiden gezag uitoefenen.
3.3
De kort geding rechter merkt op dat moeder, bij wie de kinderen wonen, in beginsel de vrijheid toekomt om een andere woonplaats te kiezen voor haar en de kinderen. De keuze die zij maakt, is niet zonder risico en kan ook niet gepaard gaan zonder van de kinderen aanpassingen te vragen die zij niet altijd gemakkelijk zullen vinden. Haar keuze heeft ook gevolgen voor vader, die zijn kinderen veel minder zal zien. De rechter heeft afgewogen of moeders keuze voldoende verantwoord is en of er naar verwachting sprake van is dat de belangen van de kinderen en hun vader onnodig op het spel worden gezet.
3.4
De kort geding rechter is van oordeel dat eiseres haar keuze voldoende heeft doordacht en voorbereid. Niet ter discussie staat dat eiseres een goede moeder is. Verder heeft zij tot nu toe goed meegewerkt om de omgangsregeling tussen vader en de kinderen. De risico’s voor de kinderen lijken te overzien. Zij zijn daar ingeschreven op school en voor hen is plaats in het nieuwe huis. Mocht het onverhoopt mislopen, dan kunnen zij altijd nog terug naar Aruba. In het belang van de kinderen is voorts dat zij vóór het nieuwe schooljaar naar Curaçao vertrekken. Halverwege het jaar heeft dat allerlei nadelen. Om die reden bestaat er ook voldoende spoedeisend belang bij een voorziening.
3.5
Alles voorshands afwegende, ziet de kort geding rechter aanleiding eiseres vervangende toestemming te verlenen om met de kinderen naar Curaçao te reizen en daar te wonen.
3.6
Gelet op de familieverhoudingen, zullen de proceskosten worden gecompenseerd.

4.De beslissing

De rechter in dit gerecht, recht doende in kort geding:
Verleent eiseres toestemming om met:
 [kind 1], geboren te Aruba op [datum];
en
 [kind 2], geboren te Aruba op [datum]
naar Curaçao te reizen en daar te wonen;
Compenseert de proceskosten en wel zo dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.A.H. Lemaire, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 31 juli 2015 in tegenwoordigheid van de griffier.