In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 8 juli 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een groep ouders en de Stichting Katholiek Onderwijs Aruba (SKOA). De ouders, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. H.G. Figaroa, vorderden dat de SKOA zou worden verboden om betaling van het voor het schooljaar 2015-2016 verhoogde school- en aircogeld verplicht te stellen. De SKOA, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M.D. Tromp, voerde verweer en stelde dat de ouders niet-ontvankelijk verklaard moesten worden in hun verzoek.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de SKOA niet gerechtigd is om ouders te verplichten tot betaling van het verhoogde school- en aircogeld, omdat de kosten die de SKOA wenst te bestrijden uit de openbare kas moeten worden bekostigd. De rechter benadrukte dat ouders van leerlingen die ingeschreven zijn bij bijzondere scholen, die uit de openbare kas worden gefinancierd, niet anders behandeld mogen worden dan ouders van leerlingen in het openbare onderwijs. De SKOA mag wel schoolgeld vaststellen voor buitenschoolse activiteiten, maar dit moet op vrijwillige basis gebeuren.
De rechter heeft de SKOA verboden om aan het uitblijven van betaling van het school- en aircogeld gevolgen te verbinden, totdat er in een bodemprocedure over deze kwesties is beslist. Tevens is de SKOA veroordeeld in de proceskosten van de ouders. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de SKOA onmiddellijk aan de uitspraak moet voldoen, ook al kan er nog hoger beroep worden ingesteld.